H2: W.39: 1.3 geslacht woorden

• Duits
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2,3

Heute

• Herhaling ontleden 1e, 3e en 4e naamval
  
• Herhaling voorzetsels 3e naamval 
  

Herzlich Willkommen! 

Deine Schulsachen bitte auf den Tisch!

Frau Hol

[e-mail] 

• Aufgabe 2-4 aus Lektion 3 besprechen
• Grammatik wiederholen
• Weitere Aufgaben aus Lektion 3 machen
• neue Hausaufgaben machen
  

             

Während der Unterrichtsstunde:

1 auch

2 immer

3 oft

4 nett

5 die Hauptstadt

6 wichtig

7 das Bundesland

Unterrichtsziele

• Je kent het geslacht van zelfstandige naamwoorden.
• Je kunt het Grammatikübersicht vinden.

Grammatikübersicht - Grammatik F

geslacht van het zelfstandig naamwoord

Schrijf het goede lidwoord voor het zelfstandig naamwoord.

Wolf

Mädchen

Kuh

Gebäude

Sonntag

Frage

Krankheit

• der
• das
• die
• das
• der
• die

• die

Wölfin

Zeitung

Herbst

Kaninchen

Lampe

Stückchen

Material

• die
• die
• der
• das
• die
• das
• das

Lektion 3 - Aufgabe 5 und 6 

Text lesen

Wir hören den Text Meine Familie zusammen an. 

Macht danach die Aufgaben 5 und 6 auf Seite 26.

Hilfe:

übersetzen = vertalen

fehlenden Informationen = missende informatie

Aus Lektion 3

Aufgaben 5 und 6 Seite 26

x Lernbox 1, 2, 4 (Dui-Nl)

x Lernbox 3a (Nl-Dui)

x Grammatik A, B, C, D, F aus Grammatikübersicht

x Klassendeutsch 

Grammatik: W-vraagwoorden 

woordenschat

Waarom zijn vraagwoorden handig om te kennen in een andere taal? Wat kun je met vraagwoorden? Welke ken je in het Nederlands?

• wer?
• wie?
• was?
• weshalb und warum?
• wo

• woher?
• wohin?
• wann?
• welch-?
• wie viel-?

Lektion 2 - Aufgabe 8 

Text lesen

Wir lesen den Text Musicalschule Hamburg zusammen durch. 

Achtet bitte auf deine Aussprache.

Beantwortet danach die Fragen auf Niederländisch. 

Aufgaben besprechen

-

Wir besprechen Aufgabe 8, 9 und 10 auf Seite 13.

Op willekeurige volgorde krijg je de beurt en lees je de hele zin voor.

Lektion 1.1

Ihr braucht das Arbeitsbuch

• We beginnen met de Aufgaben 1 bis 3 (und 5)
• We doen dit gedeeltelijk samen en in tweetallen.
• We bespreken het samen.