Leerpad adolescentie
1 / 51
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
"Onze jeugd heeft tegenwoordig een sterke hang naar luxe, heeft slechte manieren, minachting voor het gezag en geen eerbied voor ouderen. Ze geven de voorkeur aan kletspraatjes in plaats van training... jonge mensen staan niet meer op als een oudere de kamer binnen komt. Ze spreken hun ouders tegen, houden hun mond niet in gezelschap... en tiranniseren hun leraren."
WANNEER WERD DIT GESCHREVEN DENK JE? JE MAG ER 10 JAAR NAAST ZITTEN ;-)
WANNEER WERD DIT GESCHREVEN DENK JE? JE MAG ER 10 JAAR NAAST ZITTEN ;-)
Slide 8 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 9 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 10 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 11 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 12 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 15 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 16 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 17 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Op welke leeftijd wordt de definitieve lengte van de tiener bereikt?
Slide 18 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
10 tot 15 jaar
18 tot 23 jaar
Ik slaap gemiddeld 10 uur per nacht.
Ik zou een uur na het avondeten terug kunnen eten. Ik heb altijd wel honger.
Ik ben sinds vorige zomer niet meer gegroeid.
Ellie kampt met hevige pijn in de knieën. Dit komt omdat ze het laatste half jaar in een korte tijd 4 cm is gegroeid.
Slide 19 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 20 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 21 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
OESTROGEEN
TESTOSTERON
vrouwelijk geslachtshormoon
wordt o.a. in de eierstokken geproduceerd
mannelijk geslachtshormoon
wordt o.a. door de teelballen geproduceerd
Slide 22 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke lichaamsdelen ontwikkelen eerst bij de adolescent?
A
Romp, armen&benen, hoofd, handen&voeten
B
Hoofd, handen& voeten, armen&benen en romp
C
Handen&voeten, hoofd, romp, armen&benen
Slide 23 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
De groeiende adolescent eet:
A
Weinig tot niets
B
Normale hoeveelheden
C
Heel veel
Slide 24 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
De lichaamsdelen groeien niet allemaal gelijk. Hierdoor kan de adolescent zich vreemd gedragen.
A
Slungelig
B
Emotioneel
C
Afstandelijk
Slide 25 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 26 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 27 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
MORELE ontwikkeling
Voor wie klopt deze stelling: ik ben veel kritischer dan vroeger.
Voor wie klopt deze stelling: ik ben veel kritischer dan vroeger.
Zeker
Helemaal niet
Een beetje
Slide 28 - Poll
Adolescenten kunnen loskomen van de realiteit en bedenken wat er 'zou kunnen' gebeuren.
Ze denken niet meer zwart/wit, maar wegen ethische principes tegenover elkaar.
Het denken wordt genuanceerder met benadering vanuit meerdere standpunten.
Men is veel kritischer en gaat graag in discussie, soms gewoon voor de discussie zelf.
Voor wie klopt dit?
Ik ben ongeduldiger als iets niet loopt zoals het zou moeten.
Ik ben ongeduldiger als iets niet loopt zoals het zou moeten.
Zeker
Een beetje
Klopt niets van
Slide 29 - Poll
Er is een grotere vorm van idealisme bij adolescenten en ze worden snel ongeduldig als iets niet loopt zoals zou moeten.
Hun groter vermogen tot kritisch denken maakt hen vooral gevoelig voor de vermeende tekortkomingen van ouders en docenten.
Ze proberen de waarden en de rechtvaardigingen waarmee ze in hun leven geconfronteerd worden op een actieve manier te begrijpen.
Slide 30 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 31 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 32 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat klopt niet over adolescenten?
A
Ze zijn egocentrisch: zien zichzelf als middelpunt van het universum.
B
Ze hebben snel commentaar op het gedrag van anderen.
C
Ze zijn weinig bereid om zelf kritiek te incasseren.
D
Ze denken dat hun ervaringen iedereen ook overkomen.
Slide 33 - Quizvraag
Het egocentrisme is één van de redenen dat adolescenten vaak denken dat zij in het middelpunt van de belangstelling staan. Soms creëren ze zelfs een zogenaamd imaginair publiek voor zichzelf: fictieve toeschouwers die net zoveel aandacht aan het gedrag van de adolescent besteden als hijzelf. Het imaginaire publiek richt zich in de meest gevallen op datgene waar de adolescent het meest mee bezig is: zichzelf. Helaas kleeft er ook een nadeel aan zijn imaginair publiek. Zo kan hij ervan overtuigd zijn dat er in de klas een leraar specifiek op hem zit te letten of kan hij het gevoel hebben dat iedereen om hem heen naar de puist op zijn kin kijkt.
RELATIE met ouders
Hoe is jouw relatie met je ouders?
Hoe is jouw relatie met je ouders?
Heel goed
Matig
Slecht
Slide 34 - Poll
De sociale wereld van adolescenten is veel groter dan die van kinderen. Naarmate hun relaties met mensen buiten het gezin belangrijker worden, krijgen de interacties met andere gezinsleden een ander, soms moeizamer, karakter.
Ondanks hun zoektocht naar zelfstandigheid voelen adolescenten veel liefde en respect voor hun ouders. Hoewel er uitzonderingen is de meerderheid van de ouder-kind relaties overwegend positief. Deze positieve relaties helpen adolescenten zich te wapenen tegen druk van leeftijdgenoten.
Slide 35 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat klopt niet over adolescenten?
A
Ze kunnen zich goed beheersen.
B
Ze nemen meer risico's.
C
Ze zijn impulsief, doen dingen zonder nadenken.
D
Ze kunnen moeilijker emoties lezen bij anderen.
Slide 36 - Quizvraag
De prefrontale cortex is ook het gebied van de hersenen dat zorgt voor de beheersing van impulsen. Een impuls is een ingeving die een mens zomaar ineens spontaan kan krijgen.
De hersenen zijn volop in ontwikkeling, maar sommige gebieden lopen voor op andere en als het om gebieden gaat die moeten samenwerken levert dat problemen op. Zo wordt het puberbrein sneller getriggerd door beloning op korte termijn (emotie) en is het minder gevoelig voor waarschuwingssignalen over risico’s (ratio, verstand).
Wanneer de prefrontale cortex volledig is ontwikkeld ben je in staat om emoties niet zomaar de vrije loop te laten. Dit biologische feit (=het nog niet ontwikkeld zijn van de prefrontale cortex) is verantwoordelijk voor het risicovolle en impulsieve gedrag.
Ook positieve gevolgen: emotionele intensiteit, knuffelen, het hartstochtelijk omarmen van idealen en verhoogde creativiteit.
Wat hoort er niet bij?
Door de seksueel getinte contacten met anderen kan de adolescent :
Door de seksueel getinte contacten met anderen kan de adolescent :
A
zijn seksuele oriëntatie ontdekken
B
een eigen seksuele moraal opbouwen
C
leren omgaan met zijn eigen gevoelens van liefde, genegenheid en affectie
D
leren praten met zijn ouders over seksualiteit
Slide 37 - Quizvraag
Hij leert hiernaast ook nog:
- het belang van vertrouwen in een intieme relatie kennen
- de gevoelens van de partner te respecteren…
Het verwerven van zelfstandigheid verloopt niet altijd
zonder slag of stoot. Waar heb je zoal ruzie
over met je ouders?
zonder slag of stoot. Waar heb je zoal ruzie
over met je ouders?
Slide 38 - Woordweb
De kans op conflicten tussen ouders en kinderen is het grootst in de vroege adolescentie. Vaak is dit het gevolg van verschillende opvattingen over gepast en ongepast gedrag zoals huiselijke corvees, zakgeld, het zelf kiezen van kleren en haardracht, uitgaan, vrijheid in de keuze van vrienden, gedragingen…
Zijn de conflicten met je ouders negatief of positief?
A
ze hebben alleen negatieve gevolgen
B
ze hebben alleen positieve gevolgen
C
er zijn negatieve en positieve gevolgen
D
de conflicten zijn nodig om zich te ontwikkelen
Slide 39 - Quizvraag
De conflicten zijn leerervaringen die de jongere telkens een stap dichterbij de volwassenheid brengen. In het oplossen van deze conflicten leert de adolescent een aantal belangrijke sociale vaardigheden zoals luisteren, rekening houden met de mening van anderen, onderhandelen, inzien van fouten bij zichzelf, zich kunnen excuseren, zich inleven in de anderen enz…
Hoeveel uur slaap jij per nacht gemiddeld?
5u
6u
7u
8u
9u
Slide 40 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
Hoe komt het dat jij
soms te weinig slaapt?
soms te weinig slaapt?
Slide 41 - Woordweb
Je hebt in principe 9u nodig om uitgerust te zijn. Uit onderzoek is gebleken dat vooral jongens die ‘s avonds nog gamen, op internet surfen
of met hun mobiele telefoon bezig zijn, een slaaptekort riskeren.
Wat is meestal geen gevolg van te weinig slaap?
A
lagere cijfers op school
B
anorexia
C
stemmingswisselingen
D
lage concentratie
Slide 42 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 43 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 44 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Welke grote vraag stellen adolescenten zich vooral?
Slide 45 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Geef 1 lichamelijke verandering bij de jongens en 1 lichamelijke verandering bij de meisjes
Slide 46 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Op gebied van de cognitieve ontwikkeling komen volgende zaken aan bod in de adolescentiefase:
A
Een betere concentratie, is onzeker, is vaak angstig
B
Een betere concentratie, voelt zich vaak eenzaam
C
Een betere concentratie, kan de aandacht beter verdelen over verschillende zaken
Slide 47 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Op sociaal-emotioneel gebied zijn volgende kenmerken van toepassing gedurende de adolescentie:
A
De jongere geeft meer uiting aan zijn emoties en doet een poging om zijn gedrag aan te passen aan de omgeving.
B
De jongere is constant erg emotioneel en gaat moeilijke situaties uit de weg.
C
De jongere vertoeft niet meer graag bij zijn ouders en wordt steeds snel kwaad.
D
De jongere heeft te kampen met constante stemmingswisselingen en kan hierdoor geen vrienden maken.
Slide 48 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe heet de fase waarin jongeren bepaalde zaken gaan uittesten (drugs, alcohol, roken, gamen, ...)
Slide 49 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 50 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 51 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
