H5 les 2 Handel in de Oost en de West

H5 De Republiek, een bijzonder land
Tijd van Regenten en vorsten
Vroeg Moderne tijd
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

H5 De Republiek, een bijzonder land
Tijd van Regenten en vorsten
Vroeg Moderne tijd

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling les 1  Handel en Nijverheid

Slide 2 - Tekstslide

Hoe heet het gebied waar de Republiek veel handelde?
A
Noordzeegebied
B
Oostzeegebied
C
Westzeegebied
D
Zuidzeegebied

Slide 3 - Quizvraag

Waarom vluchtten Antwerpse handelaren naar Amsterdam?

Slide 4 - Open vraag

Welke begrip past het beste bij de afbeelding?
A
handelskapitalisme
B
stapelmarkt
C
migratie
D
verdraagzaamheid

Slide 5 - Quizvraag

Wat is handelskapitalisme?

Slide 6 - Open vraag

Les 2 Handel in de Oost en de West
  • Je kunt twee kenmerken noemen van de VOC en de WIC en beschrijven hoe zij handel dreven.
  • Je kunt uitleggen waarom Europeanen op grote schaal in slaven handelden.
  • Je kunt beschrijven wat er gebeurde met mensen die tot slaaf waren gemaakt.

Slide 7 - Tekstslide

  • wie? Verenigde Oost-Indische Compagnie.
  • wat? Nederlands handelsbedrijf
  • waar? Opgericht in Nederland / Handel in de Oost (Azië)
  • wanneer? 1602-1799
  • waarom? Om ruzie tegen te gaan binnen kleine Nederlandse bedrijven werd er één groot bedrijf opgericht.

Slide 8 - Tekstslide

producten
Kruidnagel
Foelie
peper
Kruidnagel

Slide 9 - Tekstslide

  • wie? West Indische Compagnie.
  • wat? Nederlands handelsbedrijf
  • waar? Opgericht in Nederland, Handel met de West (Afrika en Amerika)
  • wanneer? 1621-1792
  • waarom? handel

Slide 10 - Tekstslide

Producten
suiker
koffie
slaven

Slide 11 - Tekstslide

Kenmerken VOC / WIC
  1. Investeren en deel winst krijgen 
  2. Speciale rechten 


  • Handelsmonopolie > alleenrecht op handel in Azië 
  • Forten te bouwen
  • Oorlog voeren
  • Verdragen sluiten met heersers in Azië > afspraken maken

Slide 12 - Tekstslide

Wereldeconomie

Slide 13 - Tekstslide

Slavernij

Slide 14 - Tekstslide

Indianen werkten op plantages in Amerika


Later vervangen door slaven uit West-Afrika

Slide 15 - Tekstslide

Driehoekshandel
Geweren, alcohol en koperen prducten
Slaven
Rietsuiker, tabak

Slide 16 - Tekstslide

Hoe werd je slaaf?

Slide 17 - Tekstslide

Gevangen tijdens oorlog of rooftochten
Vervoer van slaven naar schepen

Slide 18 - Tekstslide

Vervoer per schip

Slide 19 - Tekstslide

Verkocht op de slavenmarkt 

Slide 20 - Tekstslide

Werken op plantages en in huishouden

Slide 21 - Tekstslide

Verzet door slaven
Oogst vernietigen 
Eigen cultuur houden 
Weglopen
Opstand

Slide 22 - Tekstslide

Waarom richtten kooplieden samen bedrijven op voor de handel met Azië?
A
Hoge kosten handelsreis Azië delen.
B
Als de reis geen succes werd verloren ze minder geld.
C
Geen van de antwoorden is juist
D
Allebei de antwoorden zijn juist

Slide 23 - Quizvraag

Kies uit WIC of VOC.

Handelde in rietsuiker en tabak
A
WIC
B
VOC

Slide 24 - Quizvraag

Kies uit WIC of VOC.

Handelde met West-Afrika
A
WIC
B
VOC

Slide 25 - Quizvraag

Wanneer werd de VOC opgericht?
A
1621
B
1602
C
1601
D
1618

Slide 26 - Quizvraag

Handel in mensen
  • In de 17e eeuw beheersten Europese landen, waaronder Nederland, gebieden in Amerika.
  • Daar werden plantages gesticht, die winst moesten opleveren.
  • Een plantage is een groot landbouwbedrijf waar ze 1 gewas verbouwen, bijvoorbeeld katoen.

Slide 27 - Tekstslide

Handel in mensen
  • In Suriname en op de Antillen waren veel plantages in bezit van mensen uit de Republiek.
  • De slaven kregen niets betaald voor het zware werk op de plantages.

Slide 28 - Tekstslide

Handel in mensen
  • De handel in slaven & de producten van de plantages leverden de Europeanen veel geld op.
  • Ze hadden geen moeite met de slavenhandel en slavernij.
  • Afrikanen waren volgens Europeanen minderwaardig.
  • Dit omdat Europa voorliep op het gebied van techniek,
  • Daarnaast waren Afrikanen niet christelijk.

Slide 29 - Tekstslide

Hoe noemen we deze handel ook wel?
A
Westelijke handel
B
Slavenhandel
C
Driehoekshandel
D
WIC

Slide 30 - Quizvraag


De Driehoekshandel bracht slaven van Amerika naar Europa.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 31 - Quizvraag

Waar of niet waar:
De WIC deed mee aan de Driehoekshandel
A
Waar
B
Niet Waar

Slide 32 - Quizvraag

Slide 33 - Video

Noem twee dingen die je hebt geleerd.

Slide 34 - Open vraag

Wat is er nog niet goed genoeg voor je uitgelegd?

Slide 35 - Open vraag

Huiswerk
H5 paragraaf 2 maken (blz 84 t/m 92)

Slide 36 - Tekstslide