Les 5: ogen

Les 5: ogen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Les 5: ogen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we leren vandaag?
- Je kunt de delen van het oog benoemen.

Slide 2 - Tekstslide

Inhoud
-Herhalingsopgaven
-Extra uitleg
-Opgave horen
-Filmpje

Slide 3 - Tekstslide

In de afbeelding is een doorsnede van een oor schematisch getekend.
Hoe heet deel 2 en deel 6?

Slide 4 - Open vraag

Drie delen van een oor zijn: gehoorbeentjes, slakkenhuis en trommelvlies.

In welke volgorde worden geluidstrillingen door deze delen doorgegeven?
A
gehoorbeentjes - slakkenhuis - trommelvlies
B
slakkenhuis - gehoorbeentjes -trommelvlies
C
trommelvlies - gehoorbeentjes - slakkenhuis
D
trommelvlies - slakkenhuis - gehoorbeentjes

Slide 5 - Quizvraag

In de afbeelding is een doorsnede van een oor schematisch getekend.
Welk nummer geeft de oorzenuw aan?

Slide 6 - Open vraag

Bekijk de afbeelding.
Langs welke weg worden geluidstrillingen door delen van het oor naar de hersenen geleid? Zet de cijfers in de juiste volgorde.

Slide 7 - Open vraag

In de afbeelding is een doorsnede van een oor schematisch getekend.
Hoe heet deel 1 en deel 7?

Slide 8 - Open vraag

Ogen
De ogen liggen goed beschermd in de oogkassen.

Slide 9 - Tekstslide

De buitenkant van een oog
In beide afbeeldingen zie de buitenkant van een oog. De wenkbrauwen zorgen ervoor dat zweet of ander vocht niet in je ogen loopt. De wimpers beschermen de ogen tegen vuil en te fel licht.
Het harde oogvlies is het witte gedeelte van je oog. Het gekleurde gedeelte van het oog heet iris. Het zwarte rondje in de iris is de pupil. De pupil is een opening in de iris. Over de iris en de pupil ligt het hoornvlies. Het hoornvlies is doorzichtig.
Onder de huid boven de ogen liggen traanklieren. Deze klieren maken traanvocht. Als je knippert, verspreiden de oogleden het traanvocht over de ogen. Traanvocht zorgt ervoor dat de ogen niet uitdrogen. Ook spoelt het kleine stofjes weg. Het traanvocht wordt afgevoerd naar de neusholte via de traanbuis.

Slide 10 - Tekstslide

De binnenkant van een oog
Aan het harde oogvlies zitten oogspieren vast (zie afbeelding). De oogspieren draaien de ogen in de richting waarin je kijkt.


Slide 11 - Tekstslide

De binnenkant van het oog
In de afbeelding is de doorsnede van een oog getekend. De oogbol is voor het grootste deel gevuld met een soort gelei: het glasachtig lichaam. Achter de iris en de pupil bevindt zich de lens. De lens zorgt ervoor dat je scherp kunt zien.
De wand van een oog bestaat uit drie lagen: harde oogvlies, vaatvlies en netvlies.
De buitenste laag is het harde oogvlies. De middelste laag is het vaatvlies. Deze laag bevat veel bloedvaten. De binnenste laag is het netvlies. Hierin liggen de zintuigcellen. In de 
zintuigcellen ontstaan impulsen. Deze impulsen gaan via
de oogzenuw naar de hersenen. In het netvlies, recht 
tegenover de pupil, ligt de gele vlek. Met de zintuigcellen 
in de gele vlek kun je het scherpst zien. Als je naar iets 
kijkt, komen de lichtstralen vooral op de gele vlek. De 
plaats in het netvlies waar de oogzenuw het oog verlaat, 
heet blinde vlek. In de blinde vlek liggen geen 
zintuigcellen.


Slide 12 - Tekstslide

In de afbeelding is een schematische tekening van de delen van de buitenkant van het oog.

Zet de namen bij de genummerde delen.

Slide 13 - Open vraag

In de afbeelding is een schematische tekening van de delen van de buitenkant van het oog.

Welke onderdelen zijn niet zichtbaar aan de buitenkant maar horen wel bij het oog?

Slide 14 - Open vraag

In de afbeelding is een schematische tekening van de delen van de binnenkant van het oog.

Geef de namen van onderdelen 1 t/m 4.

Slide 15 - Open vraag

In de afbeelding is een schematische tekening van de delen van de binnenkant van het oog.

Geef aan welke nummer het harde oogvlies, het netvlies en vaatvlies aangeven.

Slide 16 - Open vraag

In de afbeelding is een schematische tekening van de delen van de binnenkant van het oog.

Geef de namen van onderdelen 5, 9 t/m 12.

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Link

Slide 19 - Link

Slide 20 - Video