RTL fase 4 boek deel 1

RTL
 fase 4 deel 1
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
BeroepskaartPraktijkonderwijsLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

RTL
 fase 4 deel 1

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de eerste stap bij het voorbereiden van het ontvangen van goederen.
A
Hoeveel wordt er bezorgd
B
Wie komt er iets bezorgen
C
Waar kan ik de spullen neerzetten
D
Hoe laat ze weg zijn

Slide 2 - Quizvraag

Hoe noem je het als de goederen terug gestuurd worden naar de leverancier?
A
terug geven
B
opnieuw kopen
C
retouren
D
Verkopen

Slide 3 - Quizvraag

Hoe noem je de plek waar de vrachtwagens hun goederen moeten lossen?
A
Losplaats
B
Uitruimplek
C
Vrachtwagens parkeerplek
D
spullen uitruim plaats

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor opslaglocatie?
A
werkplek
B
hal
C
Klaslokaal
D
Magazijn

Slide 5 - Quizvraag

Moet een laadklep altijd recht zijn?

Slide 6 - Open vraag

Wat betekend defect?
A
Dat iets goed werkt
B
Dat iets stuk is
C
Dat iets kapot is
D
Dat iets nieuw is

Slide 7 - Quizvraag

wat betekent deze foto?
A
Giftig
B
Ontvlambaar
C
Ontplofbaar
D
Breekbaar

Slide 8 - Quizvraag

Wat zit er altijd bij een levering van goederen?
A
Spullenlijst
B
Een rooster
C
Vrachtbrief
D
Een vrachtbrief van de volgende levering

Slide 9 - Quizvraag

Als je door het tillen rugklachten krijgt met van de dingen hier beneden krijg je dan op werk mee te maken?
A
Ziekteverzuim
B
Verzuim melding
C
Met de huisarts
D
Arbeidsongeschiktheid

Slide 10 - Quizvraag

Waarvoor is de arbowet?

Slide 11 - Open vraag

Wat staat er op een pakbon?
A
Wie de chauffeur is
B
Van welk bedrijf de chauffeur is
C
Daar staan alle goederen op
D
Het aantal goederen van de vracht

Slide 12 - Quizvraag

Wat betekend opslag gereed?

Slide 13 - Open vraag

Wat betekend werkelijke voorraad?
A
De goederen die werkelijk in het magazijn zijn
B
De goederen die werkelijk in de vrachtwagen zitten
C
Alles wat er op de pakbon staat
D
Alles wat het bedrijf besteld heeft

Slide 14 - Quizvraag

Wat betekend het woord derving
A
Dat de producten niet kloppen met de pakbon
B
Dat er teveel producten zijn
C
Dat is een ander woord voor pauze
D
Het verlies van goederen wat niet word opgemerkt

Slide 15 - Quizvraag