Psychotische stoornis

Wat zie je?
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Wat zie je?

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je al over psychotische stoornissen?

Slide 2 - Open vraag

Wat is een psychotische stoornis? 

Een psychische aandoening waarbij denken, waarnemen en het gedrag wordt gevormd, dat de cliënt het contact met de werkelijkheid verliest. 

Psychose= Wanneer iemand het gewone contact met de realiteit kwijt is. 

Slide 3 - Tekstslide

Hallucinaties 
Iemand met een psychose neemt iets waar wat er in werkelijkheid niet is. De waarneming is voor de cliënt zelf levensecht, maar andere zien, horen, proeven, ruiken of voelen niets. Het horen van stemmen is de meest voorkomende hallucinatie. 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Wanen 
Persoonlijke overtuigingen die niet op de werkelijkheid berusten. Ook al wordt het tegendeel bewezen. De cliënt houdt zich vast aan zijn denkbeelden. 

Voorbeelden van wanen zijn:  Achtervolgingswaan, grootheidswaan en betrekkingswaan. 

Slide 6 - Tekstslide

Verward denken 
Het denken verloopt te snel, te traag of te chaotisch. Het verband tussen gedachten kan verloren gaan. De cliënt kan anderen moeilijk begrijpen. De realiteit neemt af, hierdoor lukt het vaak niet om helder te denken. 

Gevolgen: Miscommunicatie, onduidelijkheden, ADL

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Psychosen 
Soorten psychosen zijn: 

Manische psychose - gevolg van manisch depressieve 
Kortdurende psychose - reactie op spannende gebeurtenissen 
Psychose door gebruik van middelen - alcohol, drugs etc. 
Kraambedpsychose - bevalling 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

Schizofrenie 
Valt onder de psychotische stoornissen. 

Schizofrenie is een hersenaandoening waarbij je last hebt van psychoses. De aandoening wordt daarom ook wel psychose-gevoeligheid genoemd.

Slide 12 - Tekstslide

Hoe herken je iemand met schizofrenie?

- De cliënt ziet of hoort dingen die er niet zijn.
- De cliënt denkt dingen die niet waar zijn.
- De cliënt krijgt dingen niet op een rijtje.
- De cliënt ziet, proeft, ruikt of voelt dingen die er niet zijn.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Opdracht 
- Maak een infographic over clienten met psychotische         stoornissen. 
- Ga op zoek naar aantallen, ziektebeelden, kenmerken, oorzaken etc. 
- Verwerk dit op een A3 en lever dit in bij de docent!

Slide 15 - Tekstslide