VVT les 1

VVT
Leerjaar 3 verpleegkunde
Les 1
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

VVT
Leerjaar 3 verpleegkunde
Les 1

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
Welkom

Wat is VVT
Introductie VVT
Begrippen 

Slide 2 - Tekstslide

VVT
Verpleeghuis,
Verzorgingshuis,
Thuiszorg


extramurale zorg, intramurale zorg, transmurale zorg

Slide 3 - Tekstslide

Wie kom je tegen?
VVT – zorg voor ouderen en thuiszorg.
Wie kom je tegen?
Oudere zorgvragers met:
  • Beperkte zelfzorg
  • Chronische ziekte
  • Psychogeriatrische aandoeningen
  • Revalidatie
  • Kort durende opname na ziekenhuis

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Aan welke ziektebeelden denk je bij VVT?

Slide 7 - Woordweb

Wat betekent chronisch ziek zijn?

Slide 8 - Open vraag

Wat houdt de ICF-classificatie in?
A
Beschrijft de beperkingen bij de ADL
B
Beschrijft het functioneren en eventuele problemen
C
Is een classificatiesysteem voor de GGZ/GHZ
D
Is een classificatiesysteem van het WNF

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Noem een voorbeeld van extramurale zorg

Slide 11 - Open vraag

Noem een voorbeeld van intramurale zorg

Slide 12 - Open vraag

Noem een voorbeeld van transmurale zorg

Slide 13 - Open vraag

Wat is ketenzorg?
A
Zorg verleend door verzorgende en verpleegkundige
B
Zorg verleend door artsen
C
zorg verleend door verschillende zorgaanbieders
D
Ketenzorg bestaat niet

Slide 14 - Quizvraag

Zorgstandaard
Een zorgstandaard beschrijft vanuit het perspectief van de patiënt wat goede zorg is voor een bepaalde chronische ziekte. Bijvoorbeeld bij diabetes, astma of hart- en vaatziekten. Patiëntenorganisaties en zorgverleners ontwikkelen de zorgstandaarden samen.

website van het Zorginstituut Nederland

Slide 15 - Tekstslide

Zorgstandaard en Zorgplan
Bij een zorgstandaard hoort een individueel zorgplan. De zorgverlener die het eerste aanspreekpunt is, stelt samen met de zorgvrager een individueel zorgplan op. Hierin staat welke zorg de zorgvrager nodig heeft en wat hij of zij zelf kan doen. Bijvoorbeeld als het gaat om voeding, bewegen of gebruik van medicatie.

Slide 16 - Tekstslide

Volgende week
zorgvragers met aandoeningen aan het bewegingsstelsel

Slide 17 - Tekstslide