voorkennis H8

H8 statistiek
WAT IS STATISTIEK?
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H8 statistiek
WAT IS STATISTIEK?

Slide 1 - Tekstslide

Opbouw les 
  • Start
  • Uitleg
  • Aan de slag
  • Afsluiten

Slide 2 - Tekstslide



Het maken van aantekeningen is niet verplicht, maar wel aan te raden.

Het is wel verplicht om aantekeningen te maken van de gedeelde lessen.






 

Slide 3 - Tekstslide

Begrippen voorkennis

Waarneming
Frequentie
Modus
Mediaan
Gemiddelde
Klassen

Slide 4 - Tekstslide

Ik kan werken met verschillende diagrammen.
Succescriteria

Ik ken de begrippen: waarneming, frequentie, diagram, frequentietabel.
Ik kan een frequentietabel maken.
Ik weet wat een staafdiagram is en kan hiermee werken.
Ik weet wat een lijndiagram is en kan hiermee werken.



Slide 5 - Tekstslide

Soorten diagrammen
Een diagram geeft een verband tussen gegevens overzichtelijk weer.

Verschillende diagrammen
  • Beelddiagram
  • Cirkeldiagram
  • Staafdiagram
  • Lijndiagram 
  • Steelbladdiagram

Slide 6 - Tekstslide

Soorten diagrammen
Beelddiagram

Cirkeldiagram

Staafdiagram

Lijndiagram

Steelbladdiagram

Slide 7 - Sleepvraag

Werken met een frequentietabel
Waarneming: groepen/voorwerpen die je met elkaar wilt vergelijken.

Frequentie: het aantal keer dat een waarneming voorkomt. 



Bijv. er zijn 5 appels en 3 peren. Dan is de frequentie van de appels 5. 
Bijv. fruitsoorten, geloof, cijfers, diersoorten, etc.

Slide 8 - Tekstslide

Werken met een frequentietabel
Waarneming: groepen/voorwerpen die je met elkaar wilt vergelijken.

Frequentie: het aantal keer dat een waarneming voorkomt. 


Voorbeeld:
Sandra haalde voor wiskunde de cijfers: 7, 5, 8, 6, 6, 7, 5, 7, 7 en 6.
Deze cijfers zet ze in een frequentietabel.
cijfer 
Frequentie
Bijv. er zijn 5 appels en 3 peren. Dan is de frequentie van de appels 5. 
Bijv. fruitsoorten, geloof, cijfers, diersoorten, etc.

Slide 9 - Tekstslide

Werken met een frequentietabel
Waarneming: groepen/voorwerpen die je met elkaar wilt vergelijken.

Frequentie: het aantal keer dat een waarneming voorkomt. 


Voorbeeld:
Sandra haalde voor wiskunde de cijfers: 7, 5, 8, 6, 6, 7, 5, 7, 7 en 6.
Deze cijfers zet ze in een frequentietabel.
cijfer 
5
6
7
8
Frequentie
2
3
4
1
Bijv. er zijn 5 appels en 3 peren. Dan is de frequentie van de appels 5. 
Bijv. fruitsoorten, geloof, cijfers, diersoorten, etc.

Slide 10 - Tekstslide

Staafdiagram en lijndiagram 
Staafdiagram: een weergave van gegevens met behulp van staafjes. 
(zie linker diagram)

Lijndiagram: een diagram waarin met een lijn wordt aangegeven hoe de zaken verlopen. 
(zie rechter diagram)


Slide 11 - Tekstslide

Ik kan werken met centrummaten.
Succescriteria

Ik weet wat centrummaten zijn.
Ik ken de begrippen: gemiddelde, modus en mediaan.
Ik kan het gemiddelde van een reeks getallen uitrekenen.
Ik kan de modus van een reeks getallen bepalen.
Ik kan de mediaan van een reeks getallen uitrekenen.
Ik kan een frequentietabel tekenen.


Slide 12 - Tekstslide

Gemiddelde
Gemiddelde berekenen met een frequentietabel
  1. Bereken de totale frequentie.
  2. Vermenigvuldig de waarnemingen met de frequenties en tel de uitkomsten bij elkaar op (totaal van de waarnemingen).
  3. Gemiddelde = totaal van de waarnemingen : totale frequentie.



Slide 13 - Tekstslide

Modus en mediaan
Modus
De waarneming die het vaakst voorkomt.  De waarneming met de grootste frequentie.

Mediaan 
Het middelste getal van een rij getallen die op volgorde van klein naar groot staan.

Slide 14 - Tekstslide

Ik kan het gemiddelde bij een indeling in klassen berekenen.
Succescriteria

Ik weet wat klasse, klassenmidden, modale klasse en klassengrezen.
Ik kan een tabel met klassen maken.
Ik weet hoe ik een gemiddelde berekenen bij een tabel. 


Slide 15 - Tekstslide

Begrippen
Klasse               Is een groep waarin getallen die dicht bij elkaar liggen samenneemt.

Klassenmidden    Het midden van een klasse.

Modale klasse     De klasse met de grootste frequentie.

Klassengrenzen   De getallen die de grenzen van de klasse aangeven.

Slide 16 - Tekstslide

Gemiddelde berekenen bij een indeling in klassen.
klasse
klassenmidden
frequentie
berekening
150 -< 160
155
4
4 • 155 = 620
Totaal
......
.....
Gemiddelde = totale waarneming : totale frequentie

Slide 17 - Tekstslide

Aan de slag
Lees aandachtig de voorbeelden in de kaders van je boek door.

Heb je aantekeningen genoteerd voor jezelf in je schrift?

Maak opgaven: V1 t/m V5

Controleer je werk kritisch met behulp van de uitwerkingen via magister leermiddelen.
Snap je wat je fout gedaan hebt? Verbeter je fouten met een andere kleur. 
Wie kan je om hulp vragen als je het niet begrijpt?
Let ook op je notatie!

Lever in je nagekeken uitwerkingen van bovenstaande opgaven op de volgende slide.

Slide 18 - Tekstslide


Check
Foto van je werk!

Slide 19 - Open vraag


Check out!
Welke onderdelen vind je nog lastig?

Slide 20 - Open vraag


A
onvoldoende
B
voldoende
C
goed
D
uitmuntend

Slide 21 - Quizvraag