bloem vrucht zaad §6.1 tm §6.6

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

thema 6 bloem vrucht zaad

De bloem

bevruchting

vruchten en zaden

voortplanting

doelen van vandaag

1. je kunt twee dingen benoemen die je hebt geleerd op de voortplanting van een plant

2. Je weet minimaal 1 onderwerp waar je nog voor gaat oefenen

een eicel en stuifmeelkorrel hebben allebei 100% van het DNA van de plant

1. waar
2. niet waar

een paardenbloem is een voorbeeld van een windbloem

1. waar
2. niet waar

meeldraad

vruchtbeginsel

kroonbladen

stempel

kelkbladen

helmknop

wat is het verschil tussen kruisbestuiving en zelbestuiving

insectenbloemen maken meer stuifmeel dan windbloemen

1. waar
2. niet waar

een vrucht ontstaat altijd.......

1. NA het stuifmeel op de stempel is gekomen
2. VOOR het stuifmeel op de stempel is gekomen

zaden/pitten zijn niet stuifmeel!

een stuifmeelbuis komt uit in het zaadbeginsel

1. waar
2. niet waar

een gember plant (wortelstok)
kan zich ..............
voortplanten

1. geslachtelijk
2. ongeslachtelijk
3. zowel geslachtelijk als ongeslachtelijk

kiem

zaadhuid

zaadlob

welke vorm van voortplanting doet een aardappelplant?

1. geslachtelijk via stuifmeelkorrels
2. bollen
3. knollen
4. wortelstokken

inzicht:
Noem een voordeel van ongeslachtelijke voortplanting

een plant heeft in zijn stengel cellen met 48 chromosomen.
hoeveel zitten er in de eicellen?

1. 12
2. 24
3. 36
4. 48

gelukt met het huiswerk?

§6.6 geslachtelijke voortplanting

vragen?

6, 7, 10

Moedercel heeft 36 'chromosomen'
hoeveel 'chromosomen' hebben de dochtercellen na de meiose

1. 12
2. 18
3. 24
4. 36

oefenopdrachten maken

test jezelf § 6.1 tm §6.6

Biologie pagina

opdrachten opnieuw maken

samenvatting maken

flipcharts maken

1. wat heb je geleerd over de voortplanting van planten?
2. Welk deel wil je nog extra oefenen?

Tot donderdag!

laatste kans voor vragen

oefentoets