PR2W3 - NE MC1: Het werkwoordelijk gezegde 25-26

het werkwoordelijk gezegde
NE MC1
zinsleer
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

het werkwoordelijk gezegde
NE MC1
zinsleer

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik ontleed zinnen en benoem daarbij persoonsvorm, onderwerp en gezegde. (2.10)
  • Ik duid de persoonsvorm in een zin aan.
  • Ik duid het onderwerp in een zin aan.
  • Ik bepaal het hoofdwerkwoord in een zin.
  • Ik noteer het recept van het werkwoordelijk gezegde.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ze zijn vertrokken naar de zee.
HWW = ?
zww of kww?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Mijn zus heeft om de mop gelachen.
HWW = ?
zww of kww?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Jij was vergeten je huiswerk te maken.
HWW = ?
zww of kww?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik zal morgen gaan wandelen in het park.
HWW = ?
zww of kww?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De leerlingen moeten oefenen voor de toets.
HWW = ?
zww of kww?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

WWG
het werkwoordelijk gezegde

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WWG
* hww= zww
* huww = deel van het gezegde
* 8 verschillende soorten of RECEPTEN

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

stappenplan om het recept te bepalen
  1. Zoek de pv. Duid het onderwerp aan.
  2. Duid alle andere werkwoorden in je zin aan.
  3. Bepaal of er WWG of NWG in de zin staat. (HWW = zww of kww?)
  4. Kijk naar de overige werkwoorden. In welke vorm staan zij? VD of infinitief?
  5. Vind je 'speciallekes' terug? Te, aan het, een adpv?
  6. Noteer het correcte recept.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Marcel schildert graag.
  • wwg = pv

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Marcel heeft graag geschilderd.
  • wwg = pv + VD

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Marcel zou graag schilderen.
  • wwg = pv + INF

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Marcel begint te schilderen.
  • wwg = pv + te + INF

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Marcel is aan het schilderen.
  • wwg = pv + aan het + INF

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Marcel zou graag leren schilderen.
  • wwg = pv + INF + INF

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Marcel zou dat geschilderd hebben.
  • wwg = pv + VD + INF

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Marcel werkt het schilderij af.
  • wwg = pv + adpv
  • afscheidbaar deel van de pv

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

voorbeeldzin
Gezegde (HWW)
Recept van het WWG
Marcel schildert graag.
schildert = persoonsvorm
pv
Marcel heeft graag geschilderd.
heeft = persoonsvorm
geschilderd = voltooid deelwoord
pv + VD
Marcel zou graag schilderen.
zou = persoonsvorm
schilderen = infinitief
pv + INF
Marcel begint te schilderen.
begint = persoonsvorm
te schilderen = te + infinitief
pv + te + INF
Marcel is aan het schilderen.
is = persoonsvorm
aan het schilderen = aan het + infinitief
pv + aan het + INF
Marcel zou graag leren schilderen.
zou = persoonsvorm
leren = infinitief
schilderen = infinitief
pv + INF + INF
Marcel zou dat geschilderd hebben.
zou = persoonsvorm
geschilderd = voltooid deelwoord
hebben = infinitief
pv + VD + INF
Marcel werkt het schilderij af.
werkt = persoonsvorm
af = afscheidbaar deel van de persoonsvorm
pv + adpv

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Maak een enkelvoudige zin, eventueel met meerdere werkwoorden.

Slide 22 - Open vraag

De zinnen die hier worden gegeven, gebruiken we aan het bord om samen te ontleden en het wwg te bepalen. Kies er enkele uit.
Ik kan het werkwoordelijk gezegde herkennen, aanduiden en benoemen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Oefenen maar!
Digitale werkers openen het werkblad via de link op de projectsite.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies