les 1
1 / 24
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
80+80=
A
140
B
101
C
160
D
180
Slide 6 - Quizvraag
Hoeveel eierkoeken krijgt juf Britt?
Wel eerlijk delen he? Blijven er nog eierkoeken over? Typ je antwoord en leg het uit door de som ook te typen.
Wel eerlijk delen he? Blijven er nog eierkoeken over? Typ je antwoord en leg het uit door de som ook te typen.
Slide 7 - Open vraag
Slide 8 - Tekstslide
muis
A
muisen
B
muizen
Slide 9 - Quizvraag
paleis
A
paleisen
B
paleizen
Slide 10 - Quizvraag
olijf
A
olijfen
B
olijven
Slide 11 - Quizvraag
postduif
A
postduiven
B
postduifen
Slide 12 - Quizvraag
lever
A
leveren
B
leferen
Slide 13 - Quizvraag
gaaf
A
gave
B
gafe
Slide 14 - Quizvraag
w....
A
ij
B
ei
Slide 15 - Quizvraag
r....s
A
ij
B
ei
Slide 16 - Quizvraag
l...st
A
ij
B
ei
Slide 17 - Quizvraag
Noa is een hardwerkende leerling.
Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
A
Noa
B
is
C
hardwerkende
D
leerling
Slide 18 - Quizvraag
Siraj heeft rode schoenen aan.
Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
A
rode
B
Siraj
C
schoenen
D
aan.
Slide 19 - Quizvraag
Wat vond je van de les?
A
B
C
D
