Herhaling want/would like and should/could/would kader jaar 3

Herhaling want/would like and should/could/would
Ms. Drif
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Herhaling want/would like and should/could/would
Ms. Drif

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
  • Regels 
  • Lesdoelen

  • Woordweb
  •  Grammatica
  • Oefenen
  •  Nabespreken

Slide 2 - Tekstslide

Regels
  • Respect voor elkaar.
  • Geen scheldwoorden
  • Geen jassen
  • Geen telefoons
  • Niet lopen zonder toestemming.
  • Niet naar het toilet zonder toestemming.
  • Niet door elkaar heen praten.

Slide 3 - Tekstslide

Aan het einde van de les...
  • Heb je geoefend en een herhaling gehad van de grammatica voor je toets.
  • Heb je de stof opgefrist voor de toetsweek.

Slide 4 - Tekstslide

Wat weet je nog?

Slide 5 - Woordweb

Want vs. would like
Want en would like worden gebruikt aan te geven dat je iets wil.

I want to offer you a good deal.
I would like to offer you a good deal.

Want is informeler en soms zelfs onbeleefd terwijl would like beleefd en vooral minder dwingend is.

Slide 6 - Tekstslide

Should, would and could
Should: Zou moeten
We should help him. - We zouden hem moeten helpen.

Would: Zou
I would dance with her - Ik zou met haar dansen.

Could: Zou kunnen
They could come over here. - Zij zouden deze kant op kunnen komen

Slide 7 - Tekstslide

Wat is I would like in het Nederlands?
A
ik wil graag
B
wat vind ik leuk
C
vind ik iets leuk
D
wat wil ik doen

Slide 8 - Quizvraag

I....(want/would like)to ask you for a favor?

Slide 9 - Open vraag

Put the polite or impolite sentences in the right box
Polite
Impolite
Hello/Hi
Good morning, sir/madam
Ewa niffo
What’s your name?
May I see your passport?
Would you like a cup of coffee?
Sign here
Do you want tea?
Thanks!
How many persons are staying?
Have a great day, sir/madam!
May I have your name?

Slide 10 - Sleepvraag

could, would, should
....... you please call the manager?
A
could
B
should
C
would

Slide 11 - Quizvraag

Vul in could should of would

My father ..... read when he was 3 !!
A
could
B
should
C
would

Slide 12 - Quizvraag

could, should, would
What .... you like to eat this weekend?
A
could
B
should
C
would

Slide 13 - Quizvraag

Could, would or should?

"John ............ be here by now.”
A
should
B
could
C
would

Slide 14 - Quizvraag

work sheet

Slide 15 - Tekstslide

Geef op de schaal aan hoe makkelijk ( 0= super makkelijk) of moeilijk (100=vet moeilijk) je deze opdrachten vond.
0100

Slide 16 - Poll

Hoe goed ben je voorbereid op de toets?
-210

Slide 17 - Poll

How did you like today's class
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll