Woordenschat les 3

Pak je boek - 10 minuten lezen
timer
10:00
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Pak je boek - 10 minuten lezen
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag:
  • Mededeling
  • Nakijken opdracht 7/8/9
  • Woordenlijst maken (evt. digitaal + Kahoot)
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Nakijken opdr. 7
  • 1 expliciet    uitdrukkelijk
    • impliciet    niet uitdrukkelijk; stilzwijgend
    • 2 intramuraal    tussen de muren; binnenshuis; binnen de instelling
    • extramuraal    buiten de muren; wat zich buiten het huis of de instelling afspeelt
    • 3 organisch    het karakter dragend van een orgaan; ingericht als iets levends
    • anorganisch    niet levend; niet tot het dieren- of plantenrijk behorend
    • 4 antipathie    weerzin; negatieve gevoelens ten opzichte van een persoon
    • sympathie    positieve, warme gevoelens ten opzichte van een persoon

Slide 3 - Tekstslide

Nakijken opdr. 7
  • 5 continu    doorgaand; niet ophoudend
    • discontinu    met onderbrekingen
    • 6 illusie    droombeeld; ideale, onwerkelijke voorstelling van iets
    • desillusie    verstoring van een droombeeld
    • 7 relevant    van belang; ter zake (doend)
    • irrelevant    niet van belang; niet ter zake (doend)
    • 8 held    iemand die zich dapper en groots gedraagt
    • antiheld    het tegendeel van een held; soort lafaard
    • 9 motiveren    stimuleren; redenen geven om zich voor iets in te spannen
    • demotiveren    niet stimuleren; redenen geven om zich niet voor iets in te spannen

Slide 4 - Tekstslide

Nakijken opdr. 7
  • 10 actief    bezig; werkend
    • inactief    niet werkend; passief
    • 11 materieel    stoffelijk; wat uit materie bestaat
    • immaterieel    niet stoffelijk; geestelijk
    • 12 these    stelling
    • antithese    tegenstelling
    • 13 intensief    grondig; met grote intensiteit
    • extensief    niet grondig; oppervlakkig

Slide 5 - Tekstslide

Nakijken opdr. 7
  • 14 prenataal    wat voor de geboorte plaatsvindt
    • postnataal    wat na de geboorte plaatsvindt
    • 15 productief    iets opleverend
    • improductief    niets opleverend
    • 16 functioneren    werken; een functie vervullen
    • disfunctioneren    niet (goed) werken; een functie slecht vervullen

Slide 6 - Tekstslide

Nakijken opdr. 8
  • 1 - g
  • 2 - a
  • 3 - j
  • 4 - c
  • 5 - m
  • 6 - 0
  • 7 - e
  • 8 - l
  • 9 - n
  • 10 - b

Slide 7 - Tekstslide

Nakijken opdr. 8
  • 11 - k
  • 12 - i
  • 13 - f
  • 14 - h
  • 15 - d

Slide 8 - Tekstslide

Nakijken opdr.
  • 1 contradictio in terminis
    • 2 curriculum vitae
    • 3 stante pede
    • 4 in optima forma
    • 5 postscriptum
    • 6 pars pro toto
    • 7 ad rem
    • 8 corpus delicti
    • 9 communis opinio
    • 10 malafide

Slide 9 - Tekstslide

Woordenlijst
  • Maak van de woorden die we gehad hebben een lijst
  • Je mag zelf weten hoe je dit doet
  • Opties: papier, in Word, in wrts, via quizzlet, via Kahoot etc.
  • Klaar? Oefen! Vrijdag wordt dit getoetst

Slide 10 - Tekstslide