4.2 Grondstoffen en duurzame ontwikkeling klas 19 april 2024

4.2 Grondstoffen en duurzame ontwikkeling
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

4.2 Grondstoffen en duurzame ontwikkeling

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen:
  • Je weet wat grondstoffen en natuurlijke hulpbronnen zijn
  • Je begrijpt waarom het gebruik van grondstoffen in de wereld steeds is toegenomen
  • Je kunt voorbeelden van duurzame ontwikkeling geven

Slide 2 - Tekstslide

Lesprogramma
9.55 - 10.00 Welkom
10.02 -10.03 Lesprogramma en leerdoelen
10.03 -10.13 Korte terugblik / check op vorige week
10.13 -10.30 Lezing paragraaf 4.2
10.30- 10.35 Instructie workshoptijd
10.35 - 11.05 Workshoptijd leerdoelen/ topografie
11.05 -11. 15 Blooket vlaggenspel + afronden

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Houd je rekening met het klimaat?
Ja
Af en toe
Nee

Slide 5 - Poll

Laat je wel eens iets aan staan (bijvoorbeeld de kraan) of in het stopcontact zitten?
Vaak
Soms
Nooit

Slide 6 - Poll

Hoe vaak eet je vlees?
Elke dag
Bijna elke dag
Soms
Nooit

Slide 7 - Poll

Ga je wel eens met het vliegtuig op vakantie?
Ja, elk jaar.
Ja, maar niet altijd
Nee, nog nooit.

Slide 8 - Poll

Grondstoffen en natuurlijke hulpbronnen
 

  • Grondstoffen: onbewerkte materialen om iets van te maken
  • Grondstoffen uit de aarde: delfstoffen >> ijzer, bruinkool, steenkool, aardolie
  • Grondstoffen uit de landbouw >> katoen, cacao
  • Natuurlijke hulpbronnen: alle bruikbare producten  uit de natuur

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Wat zijn delfstoffen?
A
Dit zijn stoffen die uit de grond worden gehaald.
B
Die vind ik aan de oppervlakte van land.
C
Die groeien in de natuur.
D
Die drijven op zee.

Slide 16 - Quizvraag

Wat zijn voorbeelden van delfstoffen?
A
Koffie, Katoen en Aardolie
B
Goud, Druiven en Diamant
C
Suikerriet, Katoen en Druiven
D
Ijzererts, Diamant en Aardolie

Slide 17 - Quizvraag

Meer consumptie

Redenen van toenemend grondstoffengebruik

1. Snelle groei van de wereldbevolking
    
Wat zijn andere redenen?

Slide 18 - Tekstslide

Meer consumptie (2)

Andere redenen van toenemend grondstoffengebruik
    - economische ontwikkeling
    - vervangen is vaak goedkoper dan repareren
    - transport kost veel energie

Slide 19 - Tekstslide

Niet-hernieuwbare 

             en

             hernieuwbare hulpbronnen

    

- kunnen opraken

 - kunnen niet opraken … of toch wel?

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Onbewerkt materiaal om iets van te maken of fabriceren.
Grondstof die uit de aarde wordt gehaald.
Alle bruikbare producten uit de natuur.
Hulpbronnen die we telkens opnieuw kunnen gebruiken als we er zuinig mee omgaan, zoals zeeën, water, bossen en landbouwgrond.
Grondstoffen, brandstoffen en mineralen die op kunnen raken, omdat er maar een beperkte hoeveelheid van is.
Grondstoffen
Delfstoffen
Natuurlijke hulpbronnen
Hernieuwbare hulpbronnen
Niet-hernieuwbare hulpbronnen

Slide 23 - Sleepvraag

niet-hernieuwbare hulpbronnen
hernieuwbare hulpbronnen
uranium
aardgas
zon
wind
katoen

Slide 24 - Sleepvraag

Duurzame ontwikkeling

Steeds meer gebruiken van hernieuwbare hulpbronnen
    
Hoe?
 


Slide 25 - Tekstslide

Duurzame ontwikkeling
Steeds meer gebruiken van hernieuwbare hulpbronnen
    - zo min mogelijk weggooien
    - afval scheiden
    - grondstoffen hergebruiken in het productieproces

Slide 26 - Tekstslide

Programma
Duurzaamheid
=
“met de natuur omgaan zodat de aarde nog bruikbaar is voor de toekomst”

Slide 27 - Tekstslide



         Duurzaam


     Niet duurzaam

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Duurzaam
De natuur (de aarde) wordt zo min mogelijk belast. Er wordt rekening gehouden met het milieu. De aarde moet leefbaar blijven, nu en in de toekomst.

Slide 31 - Tekstslide

Ecologisch
Er wordt rekening gehouden met planten en dieren.

Slide 32 - Tekstslide

Ecologische voetafdruk
Dus...
Een GROTE ecologische voetafdruk is SLECHTER voor de aarde. Je verbruikt per dag namelijk veel 'spullen' die de aarde je geeft. Bijvoorbeeld: water, grondstoffen (producten), brandstof (auto, bus), stroom enz. Het milieu wordt daardoor veel belast. 
En OP is OP!

Slide 33 - Tekstslide

Ecologische voetafdruk

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Ecologische voetafdruk 
 
  • hoeveel ruimte nodig is om alles wat je
    gebruikt te produceren en al het afval dat je maakt te verwerken
  • gebruik van de aarde is niet eerlijk verdeeld

Slide 36 - Tekstslide

Opdracht: ecologische voetafdruk
Wat: Je gaat je eigen ecologische voetafdruk onderzoeken
Hoe: Ga naar de website en vul de vragen in.
Hulp: Gebruik het internet of vraag aan mij wat iets betekent
Tijd: 20 min
Uitkomst: Hoeveel aarde(s) heb jij nodig? En hoeveel hectare?
Klaar: Maak de (online) opdrachten van paragraaf 4.2

Slide 37 - Tekstslide

Workshoptijd 10.15 - 11.05
- Maken opgave 1 t/m 5 paragraaf 4.2 Noordhoff online
- Maken Topografie van Nederland :  plaatsen 1 t/m 60
                                                                             wateren 

Verdieping / versnelling:  Start met Vlog-keuzeopdracht

Slide 38 - Tekstslide