1.1 Nomaden + 1.2 Schriftelijke bronnen



Geschiedenis
Introductie
1.1 Nomaden + 1.2 Schriftelijke bronnen
Geschiedenis
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les



Geschiedenis
Introductie
1.1 Nomaden + 1.2 Schriftelijke bronnen
Geschiedenis

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Prehistorie
Wat klopt er niet aan deze afbeelding?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat klopt er niet aan de afbeelding?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het eind van deze les: 
  • Weet je waar de mens vanaf komt.
  • Kun je uitleggen hoe de homo sapiens is ontstaan.
  • Weet je wat neanderthalers zijn.
  • Je weet wat het verschil tussen geschreven/ongeschreven/primaire/ secundaire bronnen zijn.
  • Je kunt verschillende onderdelen van de levenswijze van jagers-verzamelaars beschrijven.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Interactieve Video: 

Hoe is de de eerste mens ontstaan?
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Tijd van Jagers en Boeren is van...
A
10.000 v.C. – 3000 v.C.
B
3000 v.C. – 500 n.C.
C
500 n.C. – 1000 n.C.
D
1000 n.C. – 1500 n.C.

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Interactieve Video
Hoe is de de eerste mens ontstaan?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

10

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:18
Australopithecus

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

00:31
homoniden

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

00:59
homo erectus

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

01:12
homo sapiens

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

01:22


De eerste mensachtigen woonden in Afrika.
Waarom juist in dit deel van de wereld?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

01:58


De naam homo sapiens betekent 'wijze mens'.
Waarom is deze naam goed gekozen?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

02:43

Homo sapiens verlaat Afrika,
terwijl het klimaat toch beter wordt.
Waarom zouden ze dan tóch ergens anders naartoe gaan?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

04:03
Wat is juist?
A
De Cro-magnonmens is een homo sapiens
B
De Neanderthaler is een homo sapiens

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

05:29
Homo sapiens en Neanderthaler
hebben samen kinderen gekregen.
De moderne mens heeft daardoor een
paar dingen van de Neanderthaler meegekregen.
Welke denk je dat het is?
A
Sommige mensen hebben heel veel lichaamshaar.
B
Sommige mensen hebben geen kin.
C
Sommige mensen hebben rood haar.
D
Sommige mensen kunnen goed jagen.

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

07:29

De eerste mensen
  • Homo betekent mens
  • Eerste rechtoplopende aapmens: 4 miljoen - 2 miljoen jaar geleden)
  • Homo erectus: 'rechtopgaande mens' (1,9 miljoen - 140.000 jaar geleden)
  • Homo sapiens: 'moderne mens' (200.000 jaar geleden tot nu
  • Homo neanderthalensis: 'Neanderthaler' (275.000 - 20.000 jaar geleden)

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het idee dat er altijd maar 1 "menssoort" tegelijk op de aarde rond heeft gelopen waaruit wij zijn ontstaan klopt dus niet. Er waren meerdere soorten tegenlijk.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke vragen heb je nog over het ontstaan van de moderne mens?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom noemen we deze tijd de prehistorie? (voor de geschiedenis)
A
Omdat we er eigenlijk niets van weten
B
Omdat deze mensen het schrift nog niet hadden uitgevonden
C
Omdat het voor de oudheid was
D
Omdat deze mensen geen landbouw bedreven

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Prehistorie
  • Historie = geschreven geschiedenis

  • Pre = voor

  • Tijd vóór dat mensen konden schrijven 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bronnen
Overblijfselen uit het verleden.
OF 
Geven informatie over het verleden.

Slide 24 - Tekstslide

Bij geschiedenis onderzoeken en beschrijven we het leven van mensen. Maar hoe komen we aan informatie over mensen die honderden jaren geleden leefden? Mensen laten tijdens hun leven bewust en onbewust sporen achter. Deze sporen noemen we ook wel bronnen. Door deze bronnen goed te bestuderen, komen we aan informatie over (het leven van) mensen uit het verleden...
Prehistorie
  • De prehistorie eindigt niet overal ter wereld op hetzelfde moment!

  • Als een volk een schrift ontwikkelt dan begint voor dat volk de historie en eindigt de prehistorie

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

prehistorie
Historie

Slide 26 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Direct/primair
Indirect/secundair

Slide 27 - Tekstslide

Naast geschreven en ongeschreven bronnen kennen we ook directe en indirecte bronnen.
Je hebt bronnen die informatie geven over een persoon of een gebeurtenis die zijn gemaakt in de tijd van de persoon of gebeurtenis zelf. Bijvoorbeeld: een dagboek van een Middeleeuwse monnik waarin hij zijn dagelijkse leven beschrijft. Dit noemen we een directe bron.
Een indirecte bron is gemaakt na de gebeurtenis of na de persoon waarover hij informatie geeft. Bijvoorbeeld een boek over het leven van Middeleeuwse monniken dat geschreven in is 1900. Dit is dus een indirecte bron.
Geschreven
Ongeschreven

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Secundaire bronnen
Primaire bronnen

Slide 29 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geschreven bronnen 
Ongeschreven bronnen
Versleep de afbeeldingen naar de juiste box.

Slide 30 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Jager-verzamelaars
  • Leven van de natuur

  • Mannen: jagen (ook: vissen)

  • Vrouwen: verzamelen van bessen, noten enz.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jager-verzamelaars
  • Leven in kleine groepen (ongeveer 30-50 mensen)

  • Geen vaste woonplaats: nomaden

  • Trekken achter hun eten aan
  • Eenvoudige woningen: hutten/grotten

  • Weinig bezittingen

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Weinig bezittingen...
maar wat bepaalde dan jouw aanzien in de stam?

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Jagers-verzamelaars
  • Jagers en Verzamelaars leefden 14.000 v. Chr vlakbij het poolgebied.
  • Ze waren Nomaden: ze leefden niet op één plek maar trokken rond.
  • Overdag waren de mannen bezig met jagen, de vrouwen met het verzamelen van bijvoorbeeld planten en noten.


Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Op zoek naar voedsel

Rond 9000 v. Chr. leven mensen als nomaden in de oerbossen in groepen van 20 tot 30 personen.

Het belangrijkste middel van bestaan was:

  • jagen, vissen en voedsel verzamelen

Omstreeks 10.000 v.C. eindigde in Nederland de ijstijd

  • oorzaak: verandering van klimaat
  • gevolg: ijs smelt en plantengroei werd mogelijk

--> samenleving van jagers- verzamelaars ontstaat

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Natuurgodsdienst

Godsdienst waarbij mensen geloven dat er speciale krachten
zijn in de natuur die kunnen zorgen voor zaken als geluk en ongeluk.

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grafgiften
  • Wapens werden in het graf gelegd. Waarom zouden ze dat doen?

  •  Sommige mensen werden simpel begraven, anderen met grootse graven. Waarom?

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Levenswijze van de jagers-verzamelaars:

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Levenswijze van de jagers-verzamelaars:

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heb je nog vragen? Stel ze hier!

Slide 42 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de belangrijkste dingen die je geleerd hebt?

Slide 43 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies