3.4

Basisstof 4 - Schimmels
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Basisstof 4 - Schimmels

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we vandaag doen?

Vorige les
Bespreken/nakijken 3.3
Uitleg basisstof 4
Aan de slag


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zie je op de afbeelding sporendoosjes of
sporenhoopjes
A
Sporendoosjes
B
Sporenhoopjes

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zaadplanten hebben ...?
A
bloemen, bladeren, stengels en wortels
B
bladeren, stengels en wortels

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen kenmerk van zaadplanten?
A
bloemen
B
sporen
C
wortels
D
bladeren

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sporenplant of zaadplant?
A
Zaadplant
B
Sporenplant

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen

3.4.7 Je kunt 2 kenmerken noemen van schimmels.

3.4.8 Je kunt tenminste 2 voorbeelden noemen van gevaren en toepassingen van schimmels.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bouw van schimmels

Schimmels hebben een celwand en  een celkern. Dus géén bladgroenkorrels. 

In schimmels kan dus geen fotosynthese plaatsvinden.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bouw van schimmels

Schimmels hebben lange, dunne draden = schimmeldraden

Deze zien er uit als "pluis". Onder een microscoop kan je deze draden goed zien.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voortplanting van schimmels

Schimmels planten zich meestal voort met sporen

Bij sommige schimmels, zoals de penseelschimmel, ontstaan sporen aan de uiteinden van de schimmeldraden.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voortplanting schimmels

Bij andere schimmels zorgen de organen voor het ontstaan van sporen.

Denk aan paddenstoelen zoals een vliegenzwam of een aardappelbovist.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nut en schade
Schimmels voeden zich vaak met de resten van dode organismen. = nuttig voor de natuur. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nut en Schade
Nuttig voor mensen:
-  Om voedingsmiddelen te maken.
-  Als voedsel (paddenstoelen)
-  Om geneesmiddelen te maken.

Slide 13 - Tekstslide

Gist: Om brood te laten rijzen. Ook voor bier en wijn wordt gist gebruikt. 

Antibiotica: geneesmiddelen die bacteriën doden. Gemaakt van penseelschimmels.
Nut en schade
  • Schimmels kunnen ook schadelijk zijn, wanneer ze ons voedsel bederven. 
  • Ook kunnen ze ziektes veroorzaken zoals ontstekingen (zwemmerseczeem).

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Zie je op de foto schimmeldraden weergeven?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat hebben schimmels niet?
A
Celwand
B
Bladgroenkorrels
C
Celkern
D
Celplasma

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Schimmels hebben:
A
wel een celwand geen celkern wel bladgroenkorrels
B
wel een celwand wel een celkern geen bladgroenkorrels
C
geen celwand geen celkern wel bladgroenkorrels
D
wel een celwand geen celkern geen bladgroenkorrels

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Paddenstoelen horen bij het plantenrijk
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een paddenstoel is:
A
het huis van een kabouter
B
een schimmel
C
het voorplantingsorgaan van een schimmel
D
de stoel van een pad

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een paddenstoel is een ...
A
bacterie
B
schimmel

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag! Thema 3.4
Maken: opdracht 1 t/m 7



Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zaadplanten hebben geen.....
A
zaden
B
bloemen
C
stengels
D
sporen

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies