H6.2 - Spiegelbeelden - Mavo 2

6.2 - Spiegelbeelden
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

6.2 - Spiegelbeelden

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen van paragraaf 6.2
  • Je kunt opschrijven op welk punt een spiegelbeeld verschilt van de wereld voor de spiegel. 
  • Je kunt met behulp van een tekening de spiegelwet uitleggen / laten zien.
  • Je kunt in een tekening laten zien hoe een lichtstraal door een spiegel teruggekaatst wordt. 
  • Je kunt met de spiegelwet uitleggen hoe spiegelbeelden ontstaan.
  • (Extra) Je kunt opschrijven waarom dat bij alle soorten oppervlakten de spiegelwet geld en wanneer de terugkaatsing spiegelend of diffuus is.

Slide 2 - Tekstslide

Introductie
Als zonlicht op een vel wit papier of op een spiegel valt, wordt het teruggekaatst. Bij het vel papier is die terugkaatsing diffuus: het weerkaatste zonlicht beweegt alle kanten op. Bij een spiegel wordt het licht juist heel gericht – spiegelend – teruggekaatst.

Slide 3 - Tekstslide

Spiegelbeelden bekijken
In een spiegel zie je een levensecht beeld van je eigen wereld. Het spiegelbeeld heeft zelfs diepte: het lijkt echt achter de spiegel te liggen. Kijk maar eens naar je hand, als je een spiegel vasthoudt, en dan naar het beeld van je gezicht. Je voelt dat je ogen zich steeds anders moeten instellen. Het spiegelbeeld is verder weg dan je hand.
Een spiegel weerkaatst het licht heel gericht. Dat heet spiegelende weerkaatsing.
 De spiegelwereld verschilt op één belangrijk punt van de wereld voor de spiegel. Dat merk je meteen als je tekst bekijkt via een spiegel. Je ziet de tekst dan in spiegelschrift 

Slide 4 - Tekstslide

Is de bewering juist of onjuist?
Tim zegt: "Bij een spiegel worden boven en onder omgekeerd."
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Is de bewering juist of onjuist?
Ron zegt: "Bij een spiegel worden links en rechts omgekeerd."

A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Spiegelschrift ziet er gewoon uit als je het via een (achteruitkijk)spiegel bekijkt.

Slide 7 - Tekstslide

Welke van deze letters zien er precies hetzelfde uit als je ze via een spiegel bekijkt?
A
H
B
M
C
B
D
T

Slide 8 - Quizvraag

Welke van deze letters zien er precies hetzelfde uit als je ze via een spiegel bekijkt?
A
A
B
F
C
B
D
X

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Video

De spiegelwet
In figuur zie je hoe een vlakke spiegel een smalle lichtbundel terugkaatst.
Je kunt zo’n lichtbundel tekenen als één lichtstraal. 
 Op de plaats waar de lichtstraal de spiegel raakt, is een lijn getekend die loodrecht op de spiegel staat: de normaal. De hoek tussen de invallende lichtstraal en de normaal heet de hoek van inval (∠ i). De hoek tussen de teruggekaatste lichtstraal en de normaal heet de hoek van terugkaatsing (∠ t)
 
Bij terugkaatsing door een vlakke spiegel geldt altijd: 
hoek van inval = hoek van terugkaatsing 
Deze regel wordt de spiegelwet genoemd.

Slide 11 - Tekstslide

Is de bewering juist of onjuist?
Damian zegt: "Als zonlicht op een vel wit papier valt, wordt het in alle richtingen teruggekaatst."
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quizvraag

Is de bewering juist of onjuist?
Bashar zegt: "Als zonlicht op een spiegel valt, wordt het licht in één richting teruggekaatst.

A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quizvraag

De spiegelwet: ∠ i =∠ t

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

De teruggekaatste lichtstraal tekenen 
 
 

Met de spiegelwet kun je tekenen hoe een lichtstraal door de spiegel teruggekaatst wordt.  
1 Leg je geodriehoek neer zoals in de tekening 
2 Teken de normaal. De normaal staat altijd loodrecht op het vlak van inval (de spiegel).  
3 Lees de hoek van inval af.  
4 Leg je geodriehoek nu langs de andere kant van de normaal.  
5 Zet de hoek van terugkaatsing uit.  
6 Teken de teruggekaatste lichtstraal.

Slide 16 - Tekstslide

Zo kun je tekenen hoe een lichtstraal teruggekaatst wordt.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Bij een spiegel worden lichtstralen die erop vallen gericht teruggekaatst.
Vul de juiste woorden in.
De hoek van terugkaatsing is de hoek tussen de ……………….. lichtstraal en de normaal.
De hoek van terugkaatsing ...……………………. de hoek van inval.

Slide 19 - Open vraag

In de afbeelding zie je hoe een spiegel een lichtstraal gericht terugkaatst.
Welke hoek is de hoek van inval?
A
hoek A
B
hoek B
C
hoek C
D
hoek D

Slide 20 - Quizvraag

Een lichtstraal wordt door een spiegel teruggekaatst. De hoek tussen de teruggekaatste lichtstraal en de normaal bedraagt 20 graden.
Hoe groot is de hoek van inval?
De hoek van inval is...………………. graden.

Slide 21 - Open vraag

Peter legt een spiegeltje tussen zichzelf en een paal zo (horizontaal) neer, dat hij via het spiegeltje net de punt van de paal kan zien.
Welke lichtstraal is de invallende lichtstraal?
A
de straal die van de paal naar de spiegel gaat
B
de straal die van de spiegel naar de paal gaat
C
de straal die van het oog naar de spiegel gaat
D
de straal die van de spiegel naar het oog gaat

Slide 22 - Quizvraag

Een spiegel weerkaatst gericht lichtstralen die erop vallen.
Vul de juiste woorden in.
De hoek van inval is de hoek tussen de ...…………………. lichtstraal en de loodlijn.
De hoek van terugkaatsing en de hoek van inval ...………………... elkaar.

Slide 23 - Open vraag

Een lichtstraal wordt door een spiegel teruggekaatst. De hoek tussen de teruggekaatste lichtstraal en de normaal bedraagt 50 graden.
Hoe groot is de hoek van inval?
De hoek van inval is...………………. graden.

Slide 24 - Open vraag

Met de spiegelwet kun je tekenen hoe een lichtstraal door de spiegel teruggekaatst wordt.
Kruis aan welke voorwerpen je beslist nodig hebt om een teruggekaatste lichtstraal te tekenen.
A
geodriehoek
B
gum
C
liniaal
D
potlood

Slide 25 - Quizvraag

Op een spiegel valt een lichtbundel uit een zaklantaarn. De lichtstralen die de lichtbundel begrenzen, zijn getekend.
Bij welke lichtstraal is de hoek van terugkaatsing het kleinst?
A
de linke lichtstraal
B
de rechte lichtstraal
C
bij beide lichtstralen is de hoek van terugkaatsing even groot

Slide 26 - Quizvraag

Ga aan de slag!
6.2
-  lezen
- Maak in jouw boek opgaven 1 t/m 9
- Klaar/ dan huiswerk maken: opgaven 10 t/m 15

timer
15:00

Slide 27 - Tekstslide

Spiegelbeelden en de spiegelwet
De spiegelwet verklaart hoe spiegelbeelden ontstaan. Zet je een brandende kaars voor een spiegel, dan valt er licht op de spiegel. Dit licht wordt teruggekaatst volgens de spiegelwet.
Maar voor iemand die in de spiegel kijkt,
lijkt het licht van achter de spiegel te komen.
Het spiegelbeeld lijkt achter de spiegel te staan.

Slide 28 - Tekstslide

Een virtueel beeld
Doordat het licht van achter de spiegel lijkt te komen, zie je in de spiegel een tweede kaars. Uiteraard bevindt er zich in werkelijkheid geen kaars in de spiegel. Het beeld van de kaars is een virtueel beeld. De tweede kaars bestaat alleen in onze gedachten.

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Zijn de beweringen juist of onjuist?
Puck zegt: "In een spiegel zie je diepte."
A
juist
B
onjuist

Slide 31 - Quizvraag

Zijn de beweringen juist of onjuist?
Karim zegt: "Voorwerpen die dichtbij de spiegel zijn, zie je in de spiegel ver weg."

A
juist
B
onjuist

Slide 32 - Quizvraag

Zijn de beweringen juist of onjuist?
Alisha zegt: "Als zonlicht op een vel wit papier valt, wordt het diffuus teruggekaatst."

A
juist
B
onjuist

Slide 33 - Quizvraag

Zijn de beweringen juist of onjuist?
Reshano zegt: "Als zonlicht op een spiegel valt, wordt het licht in alle richtingen teruggekaatst.

A
juist
B
onjuist

Slide 34 - Quizvraag

Een zonne-energiecentrale bestaat uit een groot aantal vlakke spiegels die het zonlicht naar een oven moeten weerkaatsen. De spiegels staan op palen. Je ziet in de afbeelding de oven met het zwarte gat waar de lichtstralen heen moeten worden gestraald, drie palen met spiegels en de richting van het zonlicht.
Bij welke spiegel is de hoek van inval het grootst?
A
de linkse spiegel
B
de middelste spiegel
C
de rechtse spiegel

Slide 35 - Quizvraag

De jongen ziet het spiegelbeeld van de kaars in de spiegel.
Kruis de juiste bewering aan over de punt van de vlam en zijn spiegelbeeld.
A
de punt van de vlam ligt iets dichter bij de spiegel dan het spiegel beeld van de punt van de vlam
B
de punt van de vlam ligt even ver van de spiegel als het spiegel beeld van de punt van de vlam
C
de punt van de vlam ligt iets verder weg van de spiegel dan het spiegel beeld van de punt van de vlam

Slide 36 - Quizvraag

Dimitri kijkt in de spiegel en ziet zijn spiegelbeeld.
Welke bewering over Dimitri en zijn spiegelbeeld is juist?
A
Punt L4 bevindt zich iets dichter bij de spiegel dan punt B4
B
Punt L1 bevindt zich iets verder van de spiegel dan punt B1
C
Punt L3 bevindt zich op precies dezelfde afstand van de spiegel dan punt B3

Slide 37 - Quizvraag

Dimitri kijkt in de spiegel.
Van welk punt op Dimitri's hoofd zal het spiegelbeeld zich het dichtst bij de spiegel bevinden?
A
Punt L1
B
Punt L2
C
Punt L3
D
Punt L4

Slide 38 - Quizvraag

Spiegelende en diffuse terugkaatsing
spiegelde terugkaatsing:
- alleen vanaf heel gladde / vlakke oppervlakten
- voor iedere lichtbundel / - straal geld de spiegelwet.
- lichtbundel wordt als geheel teruggekaatst

diffuse terugkaatsing:
- alleen ruwe / niet geheel gladde / vlakke oppervlakten
- voor iedere lichtbundel / - straal geld de spiegelwet.
- hoek van inval is voor iedere lichtstraal anders.



Slide 39 - Tekstslide

Ga aan de slag!
6.2
-  lezen
- alle vragen maken maken in Nova leer-/werkboek
- online maken maken flitskaarten en Testjezelf
- leren

Aanbeveling:
Werk de leerdoelen uit.
timer
15:00

Slide 40 - Tekstslide

Huiswerk!
6.2
- vragen afmaken maken in Nova leer-/werkboek
- Online afmaken maken flitskaarten en Testjezelf
- leren

Aanbeveling:
Werk de leerdoelen uit.

Slide 41 - Tekstslide