Personaliavraagjes BT1 luisteren multiple choice



A
Ik ben getrouwd.
B
Ik ben Mohamed.
C
Ik ben ziek.
D
Ik ben werkloos.
1 / 21
volgende
Slide 1: Quizvraag
nt2 nt1 alfa rekenen ict moLager onderwijs

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les



A
Ik ben getrouwd.
B
Ik ben Mohamed.
C
Ik ben ziek.
D
Ik ben werkloos.

Slide 1 - Quizvraag


A
Ik heet Elisabeth.
B
Goed, en met jou?
C
Ik weet het niet.
D
Ik heb 3 kinderen

Slide 2 - Quizvraag


A
Mijn familienaam is Bah.
B
Goed, en met jou?
C
Voor en na de les.
D
Mijn voornaam is Joana.

Slide 3 - Quizvraag


A
Mijn voornaam is Joana.
B
Goed en met jou?
C
Een familie-hotel.
D
Mijn familienaam is Bah.

Slide 4 - Quizvraag


A
Ik heet Julia.
B
Ik ga naar school.
C
Niet zo goed. Ik ben ziek.
D
Hoe gaat het?

Slide 5 - Quizvraag


A
Waar woon jij?
B
Ik kom uit Guinée.
C
In Anderlecht.
D
Goed, en met jou?

Slide 6 - Quizvraag


A
Ik kom uit Marokko.
B
Ik kom niet naar de les.
C
Ik woon in Molenbeek.
D
Ik kom uit de Aldi.

Slide 7 - Quizvraag


A
Ja, ik hou van spaghetti.
B
Nee, ik ben gescheiden.
C
Ja, ik woon in Schaarbeek.
D
Ja, ik heb 2 kinderen.

Slide 8 - Quizvraag


A
Ja, ik ben getrouwd.
B
Nee, ik woon in een huis.
C
Nee.
D
Nee, ik ben Ahmed.

Slide 9 - Quizvraag


A
Goed, en met jou?
B
Met de tram.
C
Ik heet Maria.
D
Ik ben veertig jaar.

Slide 10 - Quizvraag


A
1 jaar en 7 maanden.
B
Met de bus.
C
Goed, en met jou?
D
Ik heet Els.

Slide 11 - Quizvraag

Welke talen spreek je?

Slide 12 - Open vraag


A
Goed, en met jou?
B
Met de fiets.
C
Ik heet Luka.
D
Ik kom niet naar de les.

Slide 13 - Quizvraag


A
Ik ben niet werken.
B
Ja, ik ben getrouwd.
C
Nee, ik ben werkloos.
D
Nee, ik heb geen kinderen.

Slide 14 - Quizvraag


A
Vandaag is het 12 oktober.
B
Ik ben geboren in Brussel.
C
Ik ben niet geboren.
D
Op 12 september 1975.

Slide 15 - Quizvraag


A
Op 16 januari .
B
Ik ben geboren op 12 april 1972.
C
Ik woon in Anderlecht.
D
Ik ben geboren in Brussel.

Slide 16 - Quizvraag


A
Ik woon in een huis.
B
Ik woon in Anderlecht.
C
Ik woon op de eerste verdieping.
D
Ik woon in België.

Slide 17 - Quizvraag


A
Ik spreek met de leraar.
B
3
C
Mijn moedertaal is Arabisch.
D
Ik heb 4 kinderen.

Slide 18 - Quizvraag


A
Ik kom uit Senegal.
B
Drie talen.
C
Ik spreek Frans, Arabisch en een beetje Nederlands.
D
Ik spreek met de directeur.

Slide 19 - Quizvraag


A
Het is mooi weer.
B
Ik heet Karl.
C
Ja, ik ben getrouwd.
D
Goed, en met jou?

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide