Thema 13, taak 1 , 2 en 3

Doel van de les: Aan het einde van de les weet jij het verschil tussen een plattegrond en overzichtstekening. Ook kan je dit zelf ontwerpen. Daarnaast kan je verschillende vormen noemen van entertainment. En kan je zelf een optreden uitwerken. Voor dit optreden kan je een flyer maken.
Waarom: Bij dit thema leer je verschillende vaardigheden die je volgend jaar nodig hebt bij D&P
Duur: We zijn deze hele week bezig met thema 13.
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
D&PVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Doel van de les: Aan het einde van de les weet jij het verschil tussen een plattegrond en overzichtstekening. Ook kan je dit zelf ontwerpen. Daarnaast kan je verschillende vormen noemen van entertainment. En kan je zelf een optreden uitwerken. Voor dit optreden kan je een flyer maken.
Waarom: Bij dit thema leer je verschillende vaardigheden die je volgend jaar nodig hebt bij D&P
Duur: We zijn deze hele week bezig met thema 13.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Tekstslide

Plattegrond
Een plattegrond is een schematische tekening van een stad, dorp, wijk, pretpark of dierentuin, van bovenaf gezien. Op een plattegrond staan wegen, straatjes en paden aangegeven, zodat mensen de weg kunnen vinden.
Je kunt ook een plattegrond van een gebouw of ruimte hebben. Daarop staan de details aangegeven (bijvoorbeeld muren, ramen, deuren en trappen).  

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Overzichtstekening
Een overzichtstekening is een plattegrond met daarin alle details (bijvoorbeeld huizen, speeltuinen of attracties) ‘levensecht’ getekend, zodat alles goed herkenbaar is.  

Slide 6 - Tekstslide

Wat is een pictogram?

Slide 7 - Open vraag

Kies opdracht 1 of 2
1. Plattegrond of Overzichtstekening maken van school of jouw huis
2. Overzichtstekening maken van een nieuw pretpark (minimaal 5 attracties, voldoende voorzieningen bijvoorbeeld restaurant/wc, attracties en voorzieningen logisch bij elkaar)


Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Link

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht optreden:
In de vorige opdrachten heb je kennis gemaakt met verschillende soorten optredens en activiteiten. Nu ga je een optreden voor Funland bedenken.

Slide 12 - Tekstslide

Bedenk voor welke leeftijdsgroep(en) je een optreden wil voorbereiden.

Ik wil een optreden voorbereiden voor de volgende leeftijdsgroep(en):  
 
Brainstorm over het optreden. Denk na over:
het soort optreden, de sfeer (grappig, ontroerend, indrukwekkend, etc.), de inhoud etc. 

Denk na over alle ideeën en kies een geschikt optreden.
Het optreden dat ik ga voorbereiden wordt: 

De titel van mijn optreden wordt:

Slide 13 - Tekstslide

Ga als volgt te werk:
Geef aan wat voor soort optreden jullie gaan verzorgen (show, toneelstukje, concert, parade, …)
Geef aan voor welke leeftijdsgroep(en) jullie optreden bedoeld is.
Schrijf op welke rollen er zijn.
Geef, van begin tot eind, aan wat er gebeurt op het toneel. Denk hierbij aan:
acties/handelingen (wie/welke rol doet wat?)
teksten (wie/welke rol zegt wat?)
kleding/kostuums (wie draagt welke kleding?)
attributen (voorwerpen) (welke attributen zijn nodig?)
decor (wat zie je op de achtergrond?)
muziek en ander geluid
licht
etc. 

Slide 14 - Tekstslide


Je antwoorden worden beoordeeld op de volgende punten:
Heb je originele dingen bedacht?
Heb je bij het kiezen besproken waarom je een idee wel of niet wilden gebruiken?
Heb je een optreden bedacht dat geschikt is voor een pretpark?  
Heb je rekening gehouden met de leeftijd(en) van jullie publiek?  

Slide 15 - Tekstslide

Flyer
Het optreden is nu bedacht, maar zonder reclame komt er natuurlijk geen publiek naar het optreden toe. Om reclame te maken, ga je een flyer maken. 


Slide 16 - Tekstslide

Online of op een blaadje
Maak een flyer over het optreden om in het pretpark Funland aan de bezoekers uit te delen.
Geef aan:
om wat voor optreden het gaat (soort optreden en titel)
waarom dit optreden zo leuk is
wanneer en waar het optreden plaatsvindt (bedenk zelf een tijd en plaats in pretpark Funland) 

Slide 17 - Tekstslide

Je flyer wordt beoordeeld op de volgende punten: 

Staat alle gevraagde informatie erin?
Is de tekst uitnodigend geschreven?
Heeft de flyer kleuren en afbeeldingen die jullie publiek aanspreken?
Ziet de folder er overzichtelijk en netjes (niet rommelig) uit?
Passen de afbeeldingen goed bij het onderwerp?
Staan er geen taalfouten in de flyer? 

Slide 18 - Tekstslide

Optreden aankondigen
In deze les gaan jullie je eigen optreden aankondigen door een filmpje te maken! Dit filmpje mag je weer met mij delen.
We gaan eerst naar verschillende aankondigingen kijken. Ik ben benieuwd wie als eerst de show weet te raden waarvoor het filmpje is gemaakt.

Slide 19 - Tekstslide

Voor welk optreden is deze aankondiging gemaakt?

Slide 20 - Open vraag

Voor welk optreden is deze aankondiging gemaakt?

Slide 21 - Open vraag

Voor welk optreden is deze aankondiging gemaakt?

Slide 22 - Open vraag

Maak nu een filmpje waarin jullie zelf je optreden aankondigen.  
Maak nu een filmpje waarin jullie zelf je optreden aankondigen. 
Ga als volgt te werk: 
- Schrijf een uitnodigende tekst om jouw optreden aan te kondigen. 
- Schrijf je ideeën op (denk aan: verschillende mensen, plaatsjes editen enz.) 
- Bekijk of al je ideeën haalbaar zijn.

- Film de aankondiging. 

Slide 23 - Tekstslide

Jouw aankondiging wordt beoordeeld op de volgende punten:

-Heb je aangegeven om welk optreden het gaat?
-Heb je aangegeven wanneer en waar het optreden is?
-Is de aankondiging enthousiast?
-Hebben je (in je taalgebruik) rekening gehouden met jouw publiek? 

Slide 24 - Tekstslide

Draaiboek
Nu het optreden eigenlijk van start kan gaan, moet er nog wel een draaiboek gemaakt worden. Er moet nog van alles georganiseerd worden..

Slide 25 - Tekstslide

Wat is een draaiboek?

Slide 26 - Open vraag

Draaiboek
Als je iets organiseert (zoals een optreden), moeten er veel dingen gebeuren. Om te zorgen dat je niets vergeet en dat alles op tijd klaar is, maak je een draaiboek. Een draaiboek is een overzicht waarin staat: - welke acties nodig zijn, - wanneer die acties moeten worden uitgevoerd (start- en eindtijd), - wie de acties uitvoert, - waar de acties moeten worden uitgevoerd.
Alle mensen die meewerken aan een project krijgen een kopie van het draaiboek. Zo weet iedereen wat hij of zij moet doen en wanneer. Als het draaiboek goed in elkaar zit, komt niemand voor nare verrassingen te staan.  

Slide 27 - Tekstslide

In de vorige taak heb je jouw idee voor een optreden uitgewerkt in een Google forms. Lees dat document nog een keer goed door.
Bedenk wat er moet gebeuren voor en tijdens jullie optreden.
Denk aan:  
-ruimte regelen  
- repeteren 
-kostuums/kleding verzorgen/meenemen 
-attributen (voorwerpen) verzorgen/meenemen 
-decor verzorgen/opbouwen  
-licht en geluid verzorgen/aansluiten
-zaal inrichten
-ontvangst publiek
etc.

Maak het draaiboek. Ga als volgt te werk: 

Slide 28 - Tekstslide

Actie
Wanneer (begin- en eindtijd
Wie
Waar
Bijzonderheden
Je maakt de tabel in Google Documenten. 
- Invoegen > tabel > 5 naar rechts en 8 naar onderen

Slide 29 - Tekstslide

Jullie draaiboek wordt beoordeeld op de volgende punten:
 

-Heb je alle acties in jouw draaiboek opgenomen?

-Heb je de hele tabel ingevuld?

-Ziet jouw draaiboek er netjes uit?

Slide 30 - Tekstslide

Ticket
Het optreden is bedacht, de reclame is gemaakt, maar nu heeft jouw publiek nog een ticket nodig om binnen te komen. Je gaat nu dus een ticket maken voor jouw optreden.


Slide 31 - Tekstslide

Online of op een blaadje
Maak een ticket voor het optreden, om voor het optreden aan het publiek uit te delen.
Geef aan:
om wat voor optreden het gaat (titel)
wanneer en waar het optreden plaatsvindt (tijd en plaats van flyer) 
Op welke plek de mensen moeten zitten (sta- of zitplaats)

Slide 32 - Tekstslide

Je toegangskaartje wordt beoordeeld op de volgende punten:

- Heb je de naam van jullie optreden, de tijd en de plaats in het pretpark vermeld?  
- Ziet het kaartje er overzichtelijk uit?

- Staan er geen taalfouten op het kaartje? 

Slide 33 - Tekstslide