Kraamzorg

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je kunt minimaal 3 werkzaamheden van een kraamverzorgende benoemen
  • Je weet het verschil tussen objectief en subjectief
  • Je kunt uitleggen wat een apgarscore is
  • Je kunt minimaal 2 reflexen benoemen van een baby

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Kunnen mannen ook in de kraamzorg werken? 
20 % binnen zorg en welzijn
10 % verpleeg- of verloskunde
Enkelen in kraamzorg
Discriminatie

Slide 4 - Tekstslide

20 % van de mensen die in de zorg werken, is man. 
Binnen de verpleeg- en verloskunde is dit 10 % 
Er zijn maar enkele mannen werkzaam binnen de kraamzorg
Dit heeft veelal te maken met discriminatie: Kraamverzorgende wordt nog als een echt vrouwenberoep gezien. Wie weet verandert dit in de toekomst? 
Kraamzorg
Verplicht  in basisverzekering
Acht dagen
Verschillende taken

Slide 5 - Tekstslide

In Nederland heeft iedereen recht op Kraamzorg, in ieder geval 8 dagen. 
Onder kraamzorg vallen verschillende taken, vooral bedoeld om het kraamgezin te ontlasten en voor te lichten. 
Taken kraamzorg
  • Assisteren bij de bevalling
  • Helpen de baby in bad te doen
  • Gezondheid van de baby controleren
  • Kraamvrouw helpen bij lichamelijke verzorging
  • Bloeddruk en polsslag opmeten
  • Toilet en douche schoonmaken
  • Voorlichting geven en rapporteren

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rapporteren
Objectief = wat je ziet / waarneemt
Subjectief = je mening en/of gevoel

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rapporteren
Privacy = iets wat niet voor de buitenwereld is
Geheimhoudingsplicht = zaken die je hebt gehoord in het gezin mogen niet naar buiten worden gebracht

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke opmerking is hier objectief?
A
Jouw kleren zijn prachtig
B
Jouw kleren zijn bijzonder
C
Jouw kleren zijn wit
D
Jouw kleren zijn niet mooi

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke opmerking is hier subjectief
A
De temperatuur van de baby is 37 graden
B
De kleur van de gordijnen is groen
C
Er staat beschuit met muisjes op tafel
D
Het bed van de kraamvrouw is mooi opgemaakt

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke opmerking is objectief?
A
Ik zie lekker eten in de keuken
B
Ik zie een banaan op de fruitschaal
C
Ik zie rommel in de gang
D
Ik kan mooi zingen

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke opmerking is subjectief?
A
Op dinsdag ben ik op school
B
Op woensdag heb ik het vak Engels
C
Op donderdag ga ik op de fiets
D
Op vrijdag voel ik me goed

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Op 9 november is mijn fiets gestolen. Ik ben toen direct naar het politiebureau gegaan.

Slide 13 - Open vraag

Objectief of subjectief? 
U kunt toch ook gewoon zelf het huishouden doen?

Slide 14 - Open vraag

Objectief of subjectief? 
Noem een taak van een kraamverzorgende

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Engelse Versie

Slide 18 - Tekstslide

Apgarscore wordt de 1e minuut gemeten, daarna na 5 minuten en vervolgens na 10 minuten. 
Reflexen
Grijpreflex
Loopreflex
Schrikreflex
Slikreflex
Zoekreflex
Zuigreflex

Slide 19 - Tekstslide

Grijpreflex = Baby grijpt vinger met handpalm meteen vast
Loopreflex = Baby optillen onder oksels, benen zullen loopbewegingen maken
Schrikreflex = Plotselinge beweging > armen wijd open
Slikreflex = meteen voeden van melk
Zoekreflex = wang baby aanraken en deze zal op zoek gaan naar tepel
Zuigreflex = als de baby iets in de mond krijgt, begint deze gelijk te zuigen
(Laten zien met de babypop) 
Blijvende reflexen
Braken
Hoesten
Kniepeesreflex
Oogknipperreflex
Niezen
Slikken
Pupilreflex

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een APGAR score?
A
Test om gezondheid baby vast te stellen
B
Test om gezondheid moeder vast te stellen
C
Score om alle reflexen te tellen
D
Score voor de kraamverzorgende

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke reflex draait de baby z'n mond naar je toe?
A
Grijpreflex
B
Zoekreflex
C
Zuigreflex
D
Schrikreflex

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke reflex gaan de armen van de baby opzij of de lucht in?
A
Loopreflex
B
Grijpreflex
C
Zoekreflex
D
Schrikreflex

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als de APGAR score van een baby 3 x 10 is, dan ...
A
is de baby heel gezond
B
is de baby een beetje gezond
C
leeft de baby niet meer
D
is de baby ziek

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Sterk voorbeeld van het grijpreflex: baby is nog niet geboren en grijpt de vinger vast van de verloskundige. 
Maken 
Opdracht 2 en 3 (Bladzijde 8 en 9)
Opdracht 6, 7 en 8a (Bladzijde 10 en 11)
Opdracht 12 t/m 14 (Bladzijde 14 t/m 16)

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je kunt minimaal 3 werkzaamheden van een kraamverzorgende benoemen
  • Je weet het verschil tussen objectief en subjectief
  • Je kunt uitleggen wat een apgarscore is
  • Je kunt minimaal 2 reflexen benoemen van een baby

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is je het meest bijgebleven van deze les?

Slide 28 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zou je nog willen leren?

Slide 29 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies