2.6 Veilig Vrijen en SOA's

2.6:
Veilig Vrijen (en SOA's)
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

2.6:
Veilig Vrijen (en SOA's)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen 2.6
  1. Aan het einde van de les kan ik van enkele voorbehoedsmiddelen beschrijven en aangeven of ze betrouwbaar zijn of niet.
  2. Aan het einde van deze les kan ik ziekteverschijnselen en genezingsmogelijkheden noemen van seksueel overdraagbare aandoeningen. 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke 2 methoden zijn onbetrouwbaar en waarom ook alweer?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Noem alle betrouwbare voorbehoedsmiddelen op die je kent!

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke van de besproken voorbehoedsmiddelen bescherm ook tegen Soa's?
Ja
Nee
De Pil
Pessarium
Condoom
NuvaRing
Sterilisatie
Spiraaltje
Prikpil

Slide 5 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

 Virale SOA
Bacteriële soa
Chlamydia
Hiv
herpes genitalis
Hepatitis B
Gonorroe 
Syfilis

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

SOA's die bestreden kunnen worden met antibiotica

Chlamydia
Herpes genitalis
Gonorroe
Hepatitis B
HIV (AIDS)
Syfilis

Slide 7 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aantekeningen maken
Cornwell formulier.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onbetrouwbare Methoden;
Periodieke onthouding;
Hierbij hebben de man en de vrouw geen geslachtsgemeenschap ronde de vruchtbare periode. 

Deze methode is onbetrouwbaar, 
omdat je nooit precies kunt bepalen 
wanneer de ovulatie plaatsvindt. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onbetrouwbare Methoden;
Periodieke onthouding;
Manieren om te bepalen:
  • kalender bijhouden bij een regelmatige menstruatiecyclus,                                                                    zodat je de dag van de ovulatie kunt berekenen. 

  • temperatuur meten; de lichaamstemperatuur is na de ovulatie                                                                   tot aan de volgende menstruatie gemiddeld 0,3 graden Celsius hoger.

  • Afscheiding uit de vagina; bij veel vrouwen wordt de afscheiding                                                             na de ovulatie doorzichtiger en elastischer.                                                                                                       Er is vaak ook meer afscheiding. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onbetrouwbare Methoden;
coïtus interruptus
Hierbij trekt de man zijn penis terug uit de vagina als hij zijn organisme voelt aankomen.  De zaadlozing vindt dan buiten de vagina plaats. 
Deze methode is onbetrouwbaar, 
omdat in voorvocht ook al 
zaadcellen kunnen zitten. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Betrouwbare methoden;
Door voorbehoedsmiddelen te gebruiken is de kans dat je zwanger raakt minimaal. 
Door voorbehoedsmiddelen te gebruiken is de kans dat je zwanger raakt minimaal. 


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Betrouwbare methoden
Er zijn voorbehoedsmiddelen met en zonder hormonen. 
  • De hormonen zorgen ervoor dat er geen eicel gaat rijpen en vrijkomt. 
  • Ook zorgen ze ervoor dat het slijm in de baarmoederhals moeilijker doorlaatbaar is voor zaadcellen. 
  • Verder zorgen hormonen ervoor dat het baarmoederslijmvlies niet wordt opgebouwd, waardoor er geen innesteling mogelijk is. 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Betrouwbare Methoden
Condooms, koperspiraaltje, pessarium, sterilisatie, anticonceptiepil, hormoonpleister, hormoonstaafje, hormoonspiraaltje, Nuvaring en prikpil zijn betrouwbare methoden van anticonceptie.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SOA's
SOA's staat voor seksueel overdraagbare aandoeningen.

Tijdens geslachtsgemeenschap kun je bacteriën, schimmels of virussen overdragen die ziekten veroorzaken. 

Bij orale seks of ander contact met de vagina, penis of anus kun je besmet raken.  


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SOA's
Je kunt GEEN SOA oplopen op een vies 
toilet of door uit een glas van een ander 
te drinken. 

De enige manier om je tegen SOA´s te 
beschermen, is door een condoom of 
beflapje te gebruiken. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke SOA's
Chlamydia, gonorroe, hepatitis B, herpes genitalis, HIV/aids, HPV en genitale wratten en syfilis zijn veelvoorkomende SOA's.
Chlamydia komt in Nederland het meest voor. 

Chlamydia en gonorroe kunnen tot onvruchtbaarheid leiden.

HIV/aids en syfilis kunnen tot de dood leiden.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

GEEN SOA = 
CANDIDA
Candida is een namelijk een schimmelinfectie,
die je ook op andere manieren kunt krijgen.

Candida zorgt voor afscheiding en jeuk aan de vagina of penis.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

SOA-Test
Een SOA-test wordt gebruikt om te controleren of je een SOA hebt. Onder de 25 jaar kun je gratis een SOA-test doen. Dit kan bij je huisarts of bij de GGD. 

Er zijn jaarlijks tienduizenden jongeren die zo´n test laten doen.

Afhankelijk van het type onveilige seks wordt er verschillende soorten onderzoek gedaan; Urinetest (man), uitstrijkje (vrouw), uitstrijkje keel of anus. Soms is een bloedtest nodig. 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak nu online van 2.6
opdracht 1, 2, 5  t/m 8
Klaar?
  • Maak een samenvatting onderaan je aantekeningen.
  • Verwerk alles in je mindmap voor bonus.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 22 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 23 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 24 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.