3.1 A en B

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

naam	nummer	naam	nummer
Evelien Abbink	1	Marwa Mahhouti	15
Abdelrahmane Ahrouch	2	Yaro Nagelhout	16
Shihab Abdullah	3	Chanel Poel	17
Aïsha Batawangge	4	Pip Rusman	18
Menessa Bdair	5	Jarno Spaans	19
Arif Bourhan	6	May Titi	20
Emre Cikrikciglu	7	Lilly van der Valk	21
Max Dekker	8	Robin Visscher	22
Milo van Enkhuijzen	9	Silje Visser	23
Medya Hasan	10	Lise van Wilgen	24
Storm Jansen	11	Misha Wilson	25
Oscar de Jong	12	Rinaysha van Loon	26
Kacper Krupa	13		27
Bjorn Lith	14		28

Wat gaan we doen?

• Uitleg 3.1A
• Werken.
• Uitleg 3.1B

Leerdoel

• Je kunt uitleggen waarom verschillende mensen in de 19e eeuw in armoede leefden.
• Je kunt uitleggen dat bestuurders tot 1873 weinig deden tegen armoede.  

Groen = aantal mensen op het platteland 

Blauw = aantal mensen in de stad

• Urbanisatie of verstedelijking.

Redenen verstedelijking:

• Minder werk op het platteland door verbetering landbouw technieken.
• Minder grote vraag naar producten die door machines goedkoper te produceren waren. 

Wat zijn kenmerken van deze fabriek?

Kenmerken van een fabriek zijn:

• Lawaaierig, stoffig en onveilig.
• Veel ongelukken.
• Veertien uur per dag werken, zes dagen in de week.
• Kinderen werkten ook.
• Laag loon.

Wat zijn de kenmerken van deze woning?

Kenmerken woning:

• Eén kamer voor een heel gezin.
• Donker, vochtig, geen ramen.
• Geen elektriciteit.
• Geen riolering.
• Geen waterleiding.

Aan het werk

• zelfstandig 10 minuten:
• Lees blz 98.
• Maak 3.1 A blz 99.

JE MAG MIJ VRAGEN STELLEN, MAAR NIET AAN ELKAAR, DUS NIET PRATEN/FLUISTEREN!

Politiek

Tot 1850 deed de politiek niks aan de armoede onder de bevolking.

Wat vond de politiek van die armoede?

Zet in de goede kolom:

Socialist

Liberaal

Confessioneel

2. God heeft je een plek gegeven in de maatschappij.

1. Je moet jezelf redden, zonder hulp van de overheid.

3. We komen op voor de rechten van de arbeiders.

4. Werk hard en klaag niet, het wordt ooit beter als je goed leeft.

5. Wij zijn rijk en bezitten de fabrieken.

Zet in de goede kolom:

Socialist

Liberaal

Confessioneel

2. God heeft je een plek gegeven in de maatschappij.

1. Je moet jezelf redden, zonder hulp van de overheid.

3. We komen op voor de rechten van de arbeiders.

4. Werk hard en klaag niet, het wordt ooit beter als je goed leeft.

5. Wij zijn rijk en bezitten de fabrieken.

• Fabrieksbazen laten arbeiders te lang werken voor te weinig loon. Er moeten sociale wetten komen.

• De economie moet vrij zijn, geen extra wetten.
  

• Zorgen voor hun eigen armen.
  

Armenzorg

Wat deed de politiek wel.

• De armenwet 1854.

• Alleen als de kerk of je familie niet voor je kon zorgen. Maar dat potje was snel leeg.
• Rijke mensen gaven liefdadigheid, geld en kleding voor arme mensen.
  

Huiswerk

Lees blz 98 en 100.

Maak 3.1 A en 3.1 B