SP1

Waaraan zie je dat een dier ademhalingsproblemen heeft!
1 / 23
volgende
Slide 1: Open vraag
DierverzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Waaraan zie je dat een dier ademhalingsproblemen heeft!

Slide 1 - Open vraag

Waarom is het belangrijk een dier met een belemmerde ademhaling altijd door een dierenarts te laten onderzoeken?

Slide 2 - Open vraag

Als een dier niet ademt , start je dan direct met beademen ?
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quizvraag

Antwoord B is juist!
Dit antwoord is juist. Als een dier niet of moeizaam ademt, controleer je of de ademhalingsweg vrij is. Als dat zo is ga je met reanimeren starten. 

Slide 4 - Tekstslide

Wat is de normale ademhalingsfrequentie van een hond?

Slide 5 - Open vraag

Welke kleur hebben de slijmvliezen als een dier voldoende zuurstof binnen krijgt?

Slide 6 - Open vraag

Je redt een dier dat bijna is verdronken uit het water. Het dier ademt niet en is buiten bewustzijn. Je hebt het dier beademd, maar de ademhaling komt niet op gang. Je kunt de pols niet goed voelen.
Ga je nu reanimeren?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quizvraag

Antwoord A is juist
Dit antwoord is juist. Als een dier buiten bewustzijn is en niet ademt, ga je reanimeren. Als je de pols wel kunt voelen, hoef je alleen te beademen.

Slide 8 - Tekstslide

Welke test bij de slijmvliezen kun je doen om te beoordelen of de bloedsomloop mogelijk vertraagd is?

Slide 9 - Open vraag

Wat is shock?
A
een situatie waarbij de bloedstroom door het lichaam onvoldoende is ,waardoor de lichaamscellen van de organen en weefsels te weinig zuurstof krijgen
B
een schrikreactie van het lichaam
C
een tekort aan bloedcellen in de bloedsomloop
D
de fase voorafgaand aan de dood

Slide 10 - Quizvraag

Antwoord A is juist
Dit antwoord is juist. Als er te weinig bloed naar de organen en weefsels gaat, ontstaat er shock. De lichaamscellen beschadigen of gaan dood doordat ze te weinig zuurstof krijgen.

Slide 11 - Tekstslide

IN BLS ( Basis Life Support), welke 3 acties onderneem je bij een dier in shock?

Slide 12 - Open vraag

En wat doet de dierenarts in ALS ( Advanced Life Support) bij een dier in shock als eerste?

Slide 13 - Open vraag

Wat is het meest spoedeisend?
A
Verlaagd bewustzijnsniveau
B
Coma
C
Bewusteloosheid
D
Alert

Slide 14 - Quizvraag

Antwoord B is juist 
Dit antwoord is juist. Coma is de ernstigste verlaging van het bewustzijnsniveau. Als een dier in coma is, heeft het heel snel hulp nodig.

Slide 15 - Tekstslide

Waar kijk je naar bij het onderdeel Exposure/Environment van
het ABCDE-protocol?

Slide 16 - Open vraag

Waarvoor staan de letters SPAR tijdens een spoedonderzoek?

Slide 17 - Open vraag

Bij welk dier is de CRT vertraagd?
A
Als hij korter dan 1 seconde is
B
Als hij het warm heeft
C
Als hij in shock is
D
Als hij veel kwijlt

Slide 18 - Quizvraag

Antwoord C is juist
De normale CRT (Capillairy Refill Time )duurt tot aan 1 seconde. Kwijlen heeft er niets mee te maken. Als het dier het warm heeft zal hij alleen maar meer bloed naar zijn slijmvliezen pompen, dus zal de CRT niet verlengen. Als het dier door oververhitting in shock raakt wordt hij dus wel langer..... 

Slide 19 - Tekstslide

Uit welke 2 onderdelen bestaat reanimatie?

Slide 20 - Open vraag

Hoe vaak beadem je per ronde bij reanimatie van een dier?

Slide 21 - Open vraag

Hoe snel voer je hartmassages uit bij een hond of kat?
A
1 per seconde
B
2 per seconde
C
10 per minuut
D
20 per minuut

Slide 22 - Quizvraag

Antwoord B is juist
Je zorgt voor 100 tot 120 hartmassages per minuut, dit zijn er ongeveer twee per seconde.

Slide 23 - Tekstslide