LHBTIQ: Een introductie tot seksuele en genderdiversiteit

LHBTIQ: Een introductie tot seksuele en genderdiversiteit
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

LHBTIQ: Een introductie tot seksuele en genderdiversiteit

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je het begrip LHBTIQ uitleggen.

Slide 2 - Tekstslide

Presenteer het leerdoel en maak duidelijk dat de studenten aan het einde van de les deze term moeten kunnen uitleggen. Vraag vervolgens aan de studenten of ze weten wat LHBTIQ betekent.
Wat weet je al over LHBTIQ?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent LHBTIQ?
LHBTIQ staat voor lesbisch, homo, biseksueel, transgender, intersekse en queer. Dit zijn seksuele en genderidentiteiten die niet altijd overeenkomen met de normen en verwachtingen van de maatschappij.

Slide 4 - Tekstslide

Leg de betekenis van LHBTIQ uit en benadruk dat deze identiteiten niet altijd begrepen worden of geaccepteerd worden door anderen.
Seksuele oriëntatie
Seksuele oriëntatie verwijst naar op wie je romantisch, emotioneel en seksueel valt. LHBTIQ zijn allemaal verschillende seksuele oriëntaties.

Slide 5 - Tekstslide

Leg uit wat seksuele oriëntatie is en geef voorbeelden van LHBTIQ-identiteiten die bij elke categorie horen.
Genderidentiteit
Genderidentiteit verwijst naar hoe iemand zichzelf ziet en voelt, mannelijk of vrouwelijk of iets anders. Transgender en intersekse zijn genderidentiteiten.

Slide 6 - Tekstslide

Leg uit wat genderidentiteit is en geef voorbeelden van transgender en intersekse personen.
Genderexpressie
Genderexpressie verwijst naar hoe iemand zich presenteert aan anderen, bijvoorbeeld door middel van kleding, gedrag of uiterlijk. Queer is een genderexpressie.

Slide 7 - Tekstslide

Leg uit wat genderexpressie is en geef voorbeelden van queer personen.
Stereotypen
Stereotypen zijn vooroordelen en verwachtingen die mensen hebben over anderen op basis van hun seksuele oriëntatie of genderidentiteit. Het is belangrijk om te begrijpen dat deze stereotypen schadelijk kunnen zijn.

Slide 8 - Tekstslide

Leg uit wat stereotypen zijn en bespreek voorbeelden van stereotypen die gerelateerd zijn aan LHBTIQ-identiteiten.
Respect en acceptatie
Het is belangrijk om respectvol te zijn tegenover anderen, ongeacht hun seksuele oriëntatie of genderidentiteit. Acceptatie betekent dat je iemand volledig accepteert voor wie ze zijn.

Slide 9 - Tekstslide

Beschrijf waarom respect en acceptatie zo belangrijk zijn en praat over manieren waarop studenten respect kunnen tonen voor LHBTIQ-identiteiten.
Samenvatting
LHBTIQ staat voor lesbisch, homo, biseksueel, transgender, intersekse en queer. Dit zijn seksuele en genderidentiteiten die niet altijd overeenkomen met de normen en verwachtingen van de maatschappij. Het is belangrijk om respect en acceptatie te tonen voor alle identiteiten.

Slide 10 - Tekstslide

Vat de belangrijkste punten van de les samen en beantwoord eventuele vragen die studenten nog hebben.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.