Het schoolvak Nederlands

Het schoolvak Nederlands
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

Het schoolvak Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Onderdelen bij het
schoolvak Nederlands?

Slide 2 - Woordweb

Lezen (leesvaardigheid)
Je leert hoe de structuur van teksten in elkaar zit en deze handvatten helpen je een tekst beter te begrijpen.

Slide 3 - Tekstslide

Het onderwerp van de tekst kun je vinden in...
A
de inleiding van de tekst
B
het middenstuk van de tekst
C
het slot van de tekst
D
alle drie

Slide 4 - Quizvraag

Sleep het juiste verband naar het juiste signaalwoord.
zoals
maar
vroeger
daarnaast
Chronologisch verband
Opsommend verband
Tegenstellend verband
Toelichtend verband

Slide 5 - Sleepvraag

Schrijven
Verschillende keren per jaar moet je een schrijfopdracht maken. Dat kan van alles zijn: een brief, een recensie, een betoog, een handleiding.

Slide 6 - Tekstslide

Spreken en luisteren
Elk jaar houd je een of twee 
spreekbeurten 
over een boek of een project.

Slide 7 - Tekstslide

Grammatica

Slide 8 - Tekstslide

Wat is het onderwerp in deze zin:

Aan de ijverige leerlingen gaven de docenten heel veel complimentjes.
A
aan de ijverige leerlingen
B
gaven
C
de docenten
D
heel veel complimentjes

Slide 9 - Quizvraag

Spelling en Formuleren

Slide 10 - Tekstslide

Vul in: Het meisje ... daar loopt, zit bij mij in de klas.
A
die
B
dat
C
wat
D
A, B en C zijn goed

Slide 11 - Quizvraag

Vul in: Ik ben benieuwd hoe deze vraag ... gemaakt.
A
word
B
wort
C
wordt

Slide 12 - Quizvraag

Welk woord is goed geschreven?
A
onmiddelijk
B
ommiddelijk
C
onmidellijk
D
onmiddellijk

Slide 13 - Quizvraag

Woordenschat

Slide 14 - Tekstslide

Wat betekent 'op eieren lopen'?
A
heel voorzichtig te werk gaan
B
zachtjes lopen
C
er een smeerboel van maken
D
grapjes maken

Slide 15 - Quizvraag

Maak de uitdrukking af door van links naar rechts te slepen.
kwel
praal
nimmer
vlam
Pracht en ...
Nooit ofte ...
In vuur en ...
Kommer en ...

Slide 16 - Sleepvraag

Fictie
We lezen elk jaar verschillende boeken die je moet verwerken in een opdracht, toets of presentatie.
Daarnaast is er aandacht voor poëzie, films, series, strips, korte verhalen enz.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Welke twee betekenissen van het woord 'Heppie' staan in het gedicht?

Slide 19 - Open vraag

Heb je nu een goed beeld van het schoolvak Nederlands?
Nee
Ja
Een beetje
Ik heb nog vragen!

Slide 20 - Poll