OSP - lesweek 5

Vak: Ondersteuningsplan (OSP)
Semester: 4
Docenten: Frank van Aken
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vak: Ondersteuningsplan (OSP)
Semester: 4
Docenten: Frank van Aken

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Wat
Hoe lang
Opening en terugblik vorige week
15 minuten
Theorie over begeleidingstechnieken en begeleidingsstijlen
10 minuten
Opdrachten over begeleidingstechnieken en begeleidingsstijlen
20 minuten
Theorie over bedenken activiteiten
10 minuten
Werken aan het OSP
30 minuten
Afronden les
10 minuten

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
De student kan het verschil tussen begeleidingsmethodieken en begeleidingstechnieken uitleggen

De student kan verantwoorden welke begeleidingsstijl passend is bij de doelen uit het ondersteuningsplan

De student kan passende activiteiten bedenken bij de doelen uit het ondersteuningsplan

Slide 3 - Tekstslide

Vorige week hebben we het gehad over methodieken. Wat is blijven hangen?

Slide 4 - Woordweb

Methodieken (opfrisser)
Methodieken zijn gestructureerde manieren van werken die kunnen helpen om de doelen van cliënten te behalen. De stappen die je neemt zijn van tevoren bedacht.

Methodieken zijn te vergelijken met:

Slide 5 - Tekstslide

Begeleidingstechnieken
Begeleidingstechnieken zijn vaardigheden die je als begeleider kunt inzetten binnen je gekozen methodiek

Begeleidingstechnieken zijn te vergelijken met:

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeelden van begeleidingstechnieken
Begeleidingstechnieken zijn dus vaardigheden die je in kunt zetten ter ondersteuning van je gekozen methodiek. Voorbeelden van begeleidingstechnieken zijn:

  • Gesprekstechnieken
  • Observatietechnieken
  • Feedbacktechnieken

Slide 7 - Tekstslide

Begeleidingsstijlen
Naast begeleidingstechnieken moet je ook rekening houden met de te kiezen begeleidingsstijl. Een begeleidingsstijl is de manier waarop de begeleider de begeleiding uitvoert. Er zijn veel verschillende stijlen. De meest voorkomende zijn:


  1. Autoritaire begeleidingsstijl: taakgerichte manier van begeleiden waarbij de begeleider het begeleidingsplan bepaalt, zorgt voor de uitvoering en verwacht dat de cliënt precies datgene doet wat de begeleider vraagt
  2. Democratische begeleidingsstijl: op de mens gerichte begeleidingsstijl gericht op de mens en niet de taak zelf, vooral gericht op motivatie en welbevinden
  3. Laissez-faire: stijl van begeleiden waarbij de cliënt een grote vrijheid heeft en veel eigen inbreng en waarbij de begeleider nauwelijks persoonlijke invloed uitoefent. De begeleider stuurt niet of nauwelijks. 


Slide 8 - Tekstslide

Opdracht
Voer de onderstaande opdracht in twee- of drietallen uit:
  1. Bedenk minimaal 3 voordelen en 3 nadelen per begeleidingsstijl (tip: je kunt bijvoorbeeld iets bedenken vanuit de positie van de cliënt, de begeleider en de organisatie)
  2. Bespreek met elkaar of je vindt dat je als (persoonlijk) begeleider alle drie de begeleidingsstijlen moet beheersen. Noem argumenten voor en tegen

Duur: ongeveer 20 minuten
Nabespreking: Gezamenlijk in de klas

Slide 9 - Tekstslide

Bedenken van activiteiten
Activiteiten kun je gebruiken om de cliënt te helpen om de opgestelde doelen uit he OSP te halen. Het bedenken van activiteiten gebeurt op basis van een aantal stappen:

  1. Bepaal je doelgroep: is de activiteit voor de een groep of voor een individuele client?
  2. Bedenk een gebied waarop je de activiteit wilt organiseren: vrijetijdsbesteding, zelfzorgactiviteiten (ADL, HDL, ADML), arbeidsmatige activiteiten, vorming/educatie (sport, cultuur, kunst) of ontwikkelingsgerichte activiteiten (snoezelen)
  3. Bedenk een passende begeleidingsvorm (autoritair/laissez-faire/democratisch)
  4. Maak een planning van de activiteit waarin je in ieder geval uitlegt Waarom, Wie, Wat, Waar, Wanneer 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag: Aan welk onderdeel van het OSP moet jij nu gaan werken?
A
Ik moet de beginsituatie uitwerken
B
Ik moet SMART-doelen opstellen
C
Ik moet een methodiek kiezen
D
Ik moet de activiteiten opstellen / ik ben al verder

Slide 12 - Quizvraag

Aan de slag
  1. Bedenk of je individueel met je OSP verder wil gaan of dat je dit samen met iemand anders wilt doen. Mocht je samen willen werken: zoek iemand op die met dezelfde stap als jij bezig is!
  2.  Werk verder aan je OSP zodat je aan het einde van de les je OSP af hebt tot en met de activiteiten die je gaat uitvoeren

Slide 13 - Tekstslide

Huiswerk voor de volgende les
Maak je ondersteuningsplan verder af. Zorg dat je de onderdelen hebt aangevuld die we tot nu toe in de lessen behandeld hebben.

Volgende week gaan we oefenen met het bespreken van ondersteuningsplannen met de client/het netwerk. Zijn er studenten die hun OSP al zo ver af hebben dat zij hun OSP willen laten bespreken?

Slide 14 - Tekstslide

Lesdoel bereikt?
De lesdoelen waren:

De student kan het verschil tussen begeleidingsmethodieken en begeleidingstechnieken uitleggen

De student kan verantwoorden welke begeleidingsstijl passend is bij de doelen uit het ondersteuningsplan

De student kan passende activiteiten bedenken bij de doelen uit het ondersteuningsplan


Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide