H9 les 5

De formule voor
exponentiële groei is :
A
N = b + g x t
B
N = g + b^t
C
N = b x g^t
D
N = g + b x t
1 / 16
volgende
Slide 1: Quizvraag
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

De formule voor
exponentiële groei is :
A
N = b + g x t
B
N = g + b^t
C
N = b x g^t
D
N = g + b x t

Slide 1 - Quizvraag

Is hier sprake van exponentiele groei?


A
ja
B
nee

Slide 2 - Quizvraag

Wat is het groeipercentage bij de groeifactor 1,035?
A
103,5%
B
35%
C
3,5%
D
10,35%

Slide 3 - Quizvraag

Wat is het groeipercentage dat hoort bij de groeifactor 0,852
A
14,8%
B
-14,8%
C
85,2%
D
-85,2%

Slide 4 - Quizvraag

Welk groeipercentage hoort er bij een groeifactor van 3,5?
A
3,5%
B
250%
C
350%
D
25%

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het groeipercentage dat hoort bij de groeifactor 2,35
A
235%
B
135%
C
35%
D
2,35%

Slide 6 - Quizvraag

lesdoelen
  • Verdubbelingstijd berekenen bij exp. groei
  • halveringstijd berekenen bij exp. groei
  • groeifactor/-percentage berekenen bij gegeven           verdubbelings-/halveringstijd 

Slide 7 - Tekstslide

§9.2 theorie B
Verdubbelingstijd → tijd nodig voor verdubbeling bij
                                             exponentiële groei
Er geldt:

Gebruik:                          y1 = g^x     optie snijpunt → x = ...
                                            y2 = 2                                             t = ...

Slide 8 - Tekstslide

§9.2 theorie C



Gebruik:      y1 = g^x       optie snijpunt → x = ...
                        y2 = 0,5                                           t = ...

Slide 9 - Tekstslide

Voorbeeldvraag 1





Probeer eerst zelf op te lossen.

Slide 10 - Tekstslide

Uitwerking

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeldvraag 2





Probeer eerst zelf op te lossen.

Slide 12 - Tekstslide

Uitwerking

Slide 13 - Tekstslide

Verwerking
Basisroute               → 29, 33 t/m 36, 38 t/m 41           
Middenroute           → 30, 33 t/m 36, 38 t/m 41
Uitdagende route → 31, 32, 33, 35, 36, 37, 38 t/m 41

Slide 14 - Tekstslide

Welke vergelijking moet je oplossen om de verdubbelingstijd te berekenen bij exp. groei?

Slide 15 - Open vraag

Welke vergelijking moet je oplossen om de halveringstijd te berekenen bij exp. groei?

Slide 16 - Open vraag