7.3 Verlichte ideeën in de praktijk (deel 1)

7.3 Verlichte ideeën in de praktijk 
H4
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

7.3 Verlichte ideeën in de praktijk 
H4

Slide 1 - Tekstslide

Programma 
1. Terugblikvragen (10 min) 
2. Uitleg (15 min.)
3. Zelf aan de slag: invuloefening (rest van de les)

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen 
  • Je kent de staatstructuur van Frankrijk voor de Franse Revolutie 
  • Je kent de oorzaken van de Franse Revolutie 
  • Je kunt uitleggen wat er veranderde in Frankrijk door de Franse Revolutie  

Slide 3 - Tekstslide

Wat is het verband tussen de verlichting en de afschaffing van de slavernij? (Abolitionisme)

Slide 4 - Open vraag

Beantwoord deze vraag op de volgende pagina 

Slide 5 - Tekstslide

Uit het antwoord dat Joanna aan Stedman geeft, blijkt dat zij niet heel enthousiast is over Stedmans idee om haar vrij te kopen.

Stel, je onderzoekt hoe slaven en slavinnen dachten over de slavernij en over hun rol daarin.

Maak duidelijk dat je kunt twijfelen of deze bron betrouwbare informatie biedt voor je onderzoek. (2p)

Slide 6 - Open vraag

Wat is de verlichting?
A
De uitvinding van de elektriciteit
B
Het toepassen van een wetenschappelijke manier van denken in de natuurwetenschappen
C
Ideeën die dankzij rationeel redeneren ontstonden en die tot doel hadden een betere samenleving te creëren
D
Een regeerwijze waarbij de vorst, de absolute macht in handen heeft, maar probeert om zonder inspraak van het volk hervormingen door te voeren

Slide 7 - Quizvraag

Wat is verlicht absolutisme
A
Een regeerwijze waarbij de vorst, de absolute macht in handen heeft, maar probeert om zonder inspraak van het volk hervormingen door te voeren
B
Het systeem dat Frederik en Catherina de Grote in Pruisen en Rusland invoerden en dat Frankrijk juist niet wilde invoeren.
C
Ideeën die dankzij rationeel redeneren ontstonden en die tot doel hadden een betere samenleving te creëren
D
Het vertrouwen dat de samenleving beter en eerlijker kan worden door het gebruik van ratio

Slide 8 - Quizvraag

Hoe reageerde het Ancien Regime in Frankrijk op de verlichting
A
Het voerde ideeën van de verlichting door in de macht
B
Het hield vast aan het absolutisme en sloot zelfs verlichte denkers op.
C
Het deed helemaal niets
D
Het voerde een democratie in.

Slide 9 - Quizvraag

6: Verlichting en revoluties (1650 - 1848)
  • Kenmerkende aspecten:
  • Rationeel optimisme en 'verlicht denken' dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
  • Voortbestaan van 'ancien régime' met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse, verlichte wijze vorm geven (verlicht absolutisme)
  • De democratische revoluties in westerse landen als gevolg van discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap

Slide 10 - Tekstslide

Franse Revolutie (1789)
  • directe aanleiding: Door enorme bestedingen Lodewijk XVI: dreigend bankroet (Failliet) Franse staat > Lodewijk XVI roept de Staten-Generaal bijeen
  • Staten-Generaal drie standen:  
1. geestelijkheid  (1 stem)
2. adel  (1 stem)
3. burgerij: rijke Burgers + andere burgers en boeren (1 stem)

Slide 11 - Tekstslide

Oorzaken problemen:
Ontevredenheid derde stand over:
  • - misoogsten
  • - hoge belastingen
  • - privileges 1e en 2e stand
  • - absolutisme

Slide 12 - Tekstslide

De verlichting en de Franse Revolutie
Derde stand voelde zich ondersteund door de verlichting: 
  • Verlichte denkers tegen de standenmaatschappij:
  • ipv erfelijke rechten en religieuze ideeën: natuurrechten o.a. recht op vrijheid, leven en bezit
  • Pas eind 18e eeuw idee van universele vrijheid / volledige gelijkheid
  • 'Droit Divin' werd verworpen:
  • John Locke (1632-1704): sprake van een 'sociaal contract' en volk het 'recht op verzet'
  • Rousseau(1712-1778): idee van 'permanente volkssoevereiniteit':
  • Montesque: Macht moet gescheiden zijn en worden gecontroleerd
  • 'de regering is de uitvoerder van de gezamenlijke wil van de burgers'

Slide 13 - Tekstslide

De Franse revolutie 
  • Standenvergadering mislukte > Kosten komen weer te liggen bij derde stand. 
  • Derde stand: richt eigen vergadering op: Nationale vergadering: 'Eed op de Kaatsbaan' > Eigen grondwet, met meer gelijkheid voor bevolking. 
  • 14 juli 1789: Onrust escaleert door slechte oogsten: Bastille bestormd door burgers Parijs. 






Slide 14 - Tekstslide

Frankrijk: Constitutionele monarchie 
  • Vorst (Lodewijk XVI)  geeft toe: 
1. Erkennning van Nationale vergadering 
2. Erkenning: Verklaring van de Rechten van de Mens en de Burger' > einde standenmaatschappij en absolutisme
  • Frankrijk is een constitutionele monarchie: Koning houdt functie, maar Grondwet heeft het hoogste gezag
  • Parlement de meest macht: bestaat uit gematigde (girondijnen) en radicale revolutionaire (Jacobijnen) 






Slide 15 - Tekstslide

Opdracht (rest van de les)
  1. Maak de twee opdrachten (zie Teams)
Opdracht 1: Doe de invuloefening m.b.v. de woorden onder de Opdracht 2: Zet de gebeurtenissen in de goede volgorde
2. Gebruik hiervoor 7.3 (Blz. 132 t/m 135). 

Slide 16 - Tekstslide

Radicale fase
  • Jacobijnen blijven koning wantrouwen en onthoofden hem. 
  • Nemen de macht over olv Robespierre 
  • Terreur: vele executie via Guillotine 
  • Schrikbewind tot 1794 >  Beëindigd door burgers Parijs 
  • Via veroveringen in Europa worden Revolutionaire ideeën verspreid. 

Slide 17 - Tekstslide