3H NA Toets Krachten

• Natuurkunde
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 2

oefenvragen krachten

Schrijf bij het antwoord de juiste eenheden.

1 Wat is plastische vervorming?

2 Noteer drie effecten die een kracht op een voorwerp kan hebben.

3 Neem over en reken om:
a 6 kg = ... N
b 500 g = ... N
c 44,1 kN = ... kg

4 Veer A heeft een veerconstante van 500 N/m. Veer B heeft een veerconstante van 40 N/cm.
Leg uit welke veer het slapst is.
Dus met berekening en de juiste eenheden

5 Een veer is 20 cm lang als er geen kracht op wordt uitgeoefend. De veer is 22,5 cm lang als er een kracht van 1,0 N op wordt uitgeoefend.
a Bereken de veerconstante van de veer.
b Teken het diagram van de kracht F (horizontaal) tegen de uitrekking u (verticaal). Gebruik horizontaal de verdeling 1 cm ≙ 1,0 N.
c Bereken hoe lang deze veer wordt als er een massa van 600 g aan wordt gehangen

6 Davy laat twee honden tegelijkertijd uit. De riempjes komen in zijn rechterhand samen. Hond 1 trekt met een kracht van 200 N en hond 2 trekt met een kracht van 400 N.
a Bereken de resultante als de honden in dezelfde richting lopen.
b Teken de krachten van de twee honden en de resultante, werkend op de rechterhand. Gebruik als krachtenschaal 1 cm ≙ 100 N.
c Teken de kracht die Davy moet uitoefenen om de honden in bedwang te houden.

vraag 8

Reina heeft een aanhangfiets gekocht om haar zoontje Paul te leren fietsen. De fiets kan aan een gewone fiets worden gekoppeld (zie figuur 1). Punt B is het zwaartepunt van Paul en de aanhangfiets samen. Paul en de aanhangfiets hebben samen een massa van 35 kg. Punt C is het bevestigingspunt.

8 a Bereken de zwaartekracht op Paul en de aanhangfiets samen.
b Bereken de kracht in het bevestigingspunt C.

vraag 9

Babette bedenkt een manier om van een plankje met een lengte van 65 cm de massa te bepalen. Zij heeft een blokje van 100 g en plaatst dit op het uiteinde van het plankje. Hierna schuift zij het plankje voorzichtig over de tafelrand. Het plankje staat op het punt te gaan kantelen als Babette de voorkant 20 cm naar rechts heeft geduwd (zie figuur 2). Het zwaartepunt van het plankje ligt in het midden.

9 Bereken de massa van het plankje.
Schrijf de formules op, de berekening en de juiste eenheden bij het antwoord.