,

Les 1 Radioactiviteit en Straling (EMA + BRR)

Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Radioactiviteit en Straling

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Straling?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
2
ik weet uit welke soorten straling het elektromagnetische spectrum bestaat. 
L2
1
ik kan uitleggen wat elektromagnetische straling is
L2
3
ik kan uitleggen wat stralingsenergie is en wat de gevolgen zijn van stralingsenergie 
L3
4
ik weet het verschil tussen natuurlijke en kunstmatige stralingsbronnen en kan van beide voorbeelden geven. 
L2
"ga jij ze beheersen?"

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Straling kun je zien
A
Ja
B
Nee
C
soms

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Elektromagnetische straling 
  • Zon zend verschillende soorten straling uit 
  • Straling van de zon bestaat uit verschillende soorten Elektromagnetische straling 
  • alle soorten straling behoren tot het Elektromagnetisch spectrum

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Elektromagnetisch spectrum 
Het elektromagnetisch spectrum bestaat uit:

  • Radiogolven 
  • Microgolfstraling
  • Ir-straling
  • Zichtbaar licht
  • Uv straling
  • Röntgenstraling 
  • Gammastraling 


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

E

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Radiogolven bevatten minder stralingsenergie dan gammastraling. Hoe meer stralingsenergie straling bevat hoe gevaarlijker het wordt. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stralingsbronnen
Natuurlijke stralingsbronnen
Zon, sterren, vuur, de mens

Kunstmatige stralingsbronnen
Lampen, radio's, wifi, magnetron, tv, infrarood lamp, zonnebank, enz. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Röntgenstraling

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Straling uitzenden
  • hete voorwerpen zenden straling uit. 
  •  Hoe hoger temperatuur hoe hoger de energie van de uitgezonden straling.

  • Mens zendt vooral IR-straling uit. 

  • Voorwerpen zenden eerst vooral rood licht uit. Worden de temperaturen hoger dan zenden ze vooral wit licht uit. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het elektromagnetisch spectrum bestaat uit verschillende soorten straling.  Zet De straling in de juiste volgorde.
Het spectrum :
röntgenstraling
zichtbaar licht
IR-straling
Gammastraling
UV straling
Microgolven
radiogolven

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Natuurlijke stralingsbron
Kunstmatige stralingsbron
Radiozender
Afstandsbediening
De zon
Kampvuur
Wifi-router
Uranium
De Playstation 5

Slide 14 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Ik kan beschrijven wat radioactiviteit is
  • Ik weet wat een geigerteller is
  • Ik ken drie soorten radioactievestraling
     Ik kan van drie soorten straling de grootte, lading, doordringbaarheid en samenstelling opschrijven.
     Ik kan het begrip tracer beschrijven, en weet welke deeltjes als tracer gebruikt worden
  • Ik weet wat achtergrondstraling is
     Ik kan rekenen met dosislimieten
     Ik kan beschrijven hoe een CT scan werkt
  • Eenheid Sievert

Slide 15 - Tekstslide

Dit is de introductieslide. Hierop worden de leerdoelen van de les genoemd.
Voorwerpen die straling uitzenden

Slide 16 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Veel voorwerpen zenden straling uit.

Het blijkt niet altijd even makkelijk om aan te voelen welke voorwerken wel en welke voorwerpen geen straling uitzenden.

Straling

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ioniserende straling

Ioniserende straling is in staat om de moleculen van andere stoffen te beschadigen.
Deze straling wordt uitgezonden door radioactieve stoffen of door een röntgenapparaat.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

niet ioniserend
welke straling?
ioniserend
Atoombom
soldeerbout
Afstandsbediening
rontgenapparaat
smartphone
rookmelder
zon
beton
gaskousje
radioactief afval

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Ioniserende straling
De meeste stoffen bestaan uit stabiele atomen. Daar verandert vanzelf niets aan. 
Een radioactieve stof bezit instabiele atoomkernen die vanzelf veranderen en nieuwe atoomkernen vormen. Hierbij zendt de radioactieve stof ioniserende straling uit. 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ioniserende straling
We kennen drie verschillende soorten ioniserende straling die een radioactieve stof kan uitzenden:

alfa straling                     α - straling
bètastraling                    β - straling
gammastraling              γ - straling

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Röntgenstraling
Is wel een ioniserende soort straling, maar niet afkomstig van een radioctieve stof.
Röntgenstraling of X-rays zijn afkomstig uit een Röntgenbuis.
Dit is een door de mensgemaakt apparaat (elektromagnetisch) dat aan- en uit gezet kan worden.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fragment - klokhuis.nl - Röntgen

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Uit welke deeltjes bestaat een atoom? Wat weet je over het verschil in de grootte en lading van deze deeltjes?

Slide 26 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

https://www.youtube.com/watch?v=IKdHS0LcwfM&list=PL9ngJuVeW8kcn9eLgH0hP2o3fcoUFuvbV&index=3&t=316s

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:46
Alpha
Beta
Gamma
Positief
Negatief
Neutraal
Relatief groot
Klein
Geen grootte
Doordring-baarheid Laag
Doordringbaarheid Gemiddeld
Doordring-baarheid Hoog
Helium kern
Elektron
Foton (golf, onzichtbaar licht)

Slide 31 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geigerteller
Een geigerteller is een apparaat waarmee je radioactiviteit kunt meten. Het meet de ioniserende straling die vrijkomt bij radioactief verval.

Slide 32 - Tekstslide

Leg uit wat een geigerteller is en hoe het werkt.
Tracer
Een tracer is een stof die in een lichaam wordt ingespoten, gedronken of ingeademd om zo de werking van organen en weefsels in beeld te brengen.

Slide 33 - Tekstslide

Leg uit wat een tracer is en hoe het gebruikt wordt.
Achtergrondstraling
Achtergrondstraling is de straling die voortdurend aanwezig is in onze omgeving. Het komt van nature voor in de aarde, de lucht en de kosmos.

Slide 34 - Tekstslide

Leg uit wat achtergrondstraling is en waar het vandaan komt.
Dosislimieten
Dosislimieten zijn vastgestelde grenzen voor de hoeveelheid straling die een persoon binnen een bepaalde periode mag ontvangen. In Nederland geldt bijvoorbeeld een limiet van 1 millisievert per jaar voor de algemene bevolking.

Slide 35 - Tekstslide

Leg uit wat dosislimieten zijn en waarom ze belangrijk zijn.
CT-scan
Een CT-scan is een medisch onderzoek waarbij gebruik wordt gemaakt van röntgenstraling. Het apparaat maakt een serie foto's van het lichaam vanuit verschillende hoeken en deze worden samengevoegd tot een driedimensionaal beeld.

Slide 36 - Tekstslide

Leg uit wat een CT-scan is en hoe het werkt.
Eenheid Sievert
De eenheid Sievert geeft aan hoeveel straling een persoon heeft ontvangen en hoeveel schade dit kan veroorzaken aan het lichaam. Het is een maat voor de effectieve dosis.

Slide 37 - Tekstslide

Leg uit wat de eenheid Sievert is en hoe het gebruikt wordt.
Oefen met de Quizlet
https://quizlet.com/_d1pil9?x=1jqt&i=4pzshw

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Maak gezamelijk meerkeuze antwoorden voor de huiswerkopgaven
Verdeling:
Tijdsduur:
Eindresultaat:

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 40 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 41 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 42 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.