Verkeer les7 groep 5

• Verkeer
• Basisschool
• Groep 5

Verkeer les 7 

waarmee kun je
opvallen in het donker?

Hoe kan je veilig iets meenemen op de fiets?

veilig

onveilig

in je fietsmand

aan het stuur

onder de snelbinders

aan je arm

op je rug

De fietser wil de spelende kinderen waarschuwen. Met welk verplicht fietsonderdeel kan zij dit doen?

1. banden met voldoende profiel
2. een fietsbel
3. een goed werkend achterlicht
4. een koplamp

Wanneer doe je je fietsverlichting aan?

licht aan

licht uit

als de straatverlichting ook aan gaat

als de zon schijnt

als het donker is

als het mistig is

als het regent

als het schemerig is

Moet David zijn fietsverlichting aandoen?

1. Nee, want de straatverlichting is al aan.
2. Nee, want de fietser aan de overkant heeft ook geen verlichting aan.
3. Ja, want dat meisje voor hem heeft ook haar verlichting aan.
4. Ja, als de straatverlichting aan gaat moet jij ook je licht aandoen.

Maak de zin af:
Remmen heb je nodig om...

1. ..op tijd stil te staan.
2. ..grip te hebben op je stuur

Maak de zin af:
Een rode achterreflector heb je nodig om...

1. ..anderen te waarschuwen
2. ..zichtbaar te zijn aan de achterkant van je fiets

Wie fietst het veiligst?

1. meisje 1
2. meisje 2
3. jongen 1

valt wel op

valt niet op

Waarmee val je op in het donker?

Wat is verplicht op je fiets?

1. een stevige bagagedrager
2. een wit achterspatbord
3. een goed slot
4. remmen die goed werken

Welke verlichting is niet verplicht
op je fiets?

1. 1 = een rood achterlicht
2. 2 = een rode achterreflector
3. 3 = een witte koplamp
4. 4 = een witte voorreflector

Wanneer zijn de banden van je fiets veilig?

1. als ze goed opgepompt zijn
2. als ze geen profiel hebben
3. als ze zacht zijn
4. als ze zwart zijn

Wat is waar over reflectoren op je fiets?

1. achterop hoort een gele achterreflector
2. op de banden of wielen hoort reflectie te zitten
3. een witte voorreflector is verplicht
4. op de trappers horen rode reflectoren

Hoe kan je opvallen in het verkeer?

1. met fietsverlichting
2. met fietsverlichting en reflectoren
3. met fietsverlichting, reflectoren en kleding
4. met reflectoren

Melle en Thom gebruiken hun telefoon op hun fiets. Wat is waar?

1. Dit mag.
2. Dit mag alleen in een erf.
3. Dit mag niet.

Wat hadden de fietsers anders moeten doen?