1MHV Voorzetsels en lidwoorden

Voorzetsels & lidwoorden
1MHV Frans
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Voorzetsels & lidwoorden
1MHV Frans

Slide 1 - Tekstslide

Voorzetsels en lidwoorden?

Slide 2 - Woordweb

Voorzetsels & lidwoorden
Voorzetsels:
de = van
à = in, naar

Lidwoorden:
le / la / l' / les = de/het

Slide 3 - Tekstslide

de + le / la / l' / les
Bijv. Ik ben de broer van de jongen = Je suis le frère du garçon.

Mannelijk EV: de + le > du(!)
Vrouwelijk EV: de + la = de la
EV met klinker: de + l' = de l'
Meervoud: de + les > des (!)

Slide 4 - Tekstslide

à + le / la / l' / les
Bijv. Ik ga naar de stad = Je vais à la ville.

Mannelijk EV:       à + le > au (!)
Vrouwelijk EV:      à + la = à la
EV met klinker:    à + l' = à l'
Meervoud:             à + les > aux (!)

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Vul de goede vorm in:
Elle va (naar het) maison.
A
au
B
à la
C
à l'
D
aux

Slide 7 - Quizvraag

Vul de goede vorm in:
Je suis le frère (van de) garçons.
A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 8 - Quizvraag

Vul de goede vorm in:
Je vois le frère (van de) garçon.
A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 9 - Quizvraag

Vul de goede vorm in:
Je vais (naar het) hôtel.
A
au
B
à la
C
à l'
D
aux

Slide 10 - Quizvraag

Vul de goede vorm in:
Tu vas (naar de) matchs.
A
au
B
à la
C
à l'
D
aux

Slide 11 - Quizvraag

Vul de goede vorm in:
Elle est la prof (van de) élève.
A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 12 - Quizvraag

Vul de goede vorm in:
Elle est la prof (van de) classe.
A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 13 - Quizvraag

Vul de goede vorm in:
Ils vont (naar de) Galéries Lafayette.
A
au
B
à la
C
à l'
D
aux

Slide 14 - Quizvraag

Vul de goede vorm in:
On va (naar het) fête de Damien.
A
au
B
à la
C
à l'
D
aux

Slide 15 - Quizvraag