H2, §2.4 Vorsten met absolute macht

§2.4 Vorsten met absolute macht
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

§2.4 Vorsten met absolute macht

Slide 1 - Tekstslide

Lezen..
In stilte en voor jezelf blz. 87....

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt uitleggen:

- Hoe koningen sinds de late middeleeuwen meer macht proberen te krijgen
- Wat 'Absolutisme' is en hoe dit functioneert in Frankrijk
- Wat de gevolgen zijn van absolutisme in andere landen zoals Rusland

Slide 3 - Tekstslide

Kijk naar onderstaande tekst over koning Lodewijk XIV. Maak de tekst kloppend. 
Over Lodewijk XIV weet je al het een en ander. Hij is de koning van [......................]  en valt samen met twee Duitse staatjes en [......................] in het jaar [......................] de Republiek binnen. Hij wil dat Frankrijk een grens krijgt aan de rivier de [......................] . Aanvankelijk wint hij terrein – de Nederlanders noemen dit jaar niet voor niets het [......................]. Maar daarna werd hij uit de Republiek verdreven door stadhouder [......................].
Kies uit deze woorden
Frankrijk
Engeland
1672
Rijn
Rampjaar
Willem III

Slide 4 - Sleepvraag


Bekijk bron 1. Het schilderij laat zien welk beeld Lodewijk XIV van zichzelf geeft. Leg dit uit met onderdelen van de bron.

Slide 5 - Open vraag

Koningen willen meer macht
De meeste Europese landen zijn monarchieën in de 17de eeuw
In de middeleeuwen zijn de vorsten afhankelijk van edelen
De adel zorgt voor soldaten in ruil voor een stuk land
In dit leenstelsel is de adel echter niet altijd trouw aan de vorst

Slide 6 - Tekstslide

Oplossing voor meer macht
In de late middeleeuwen komt de handel weer op
Hierdoor is er meer geld en kunnen vorsten belasting innen
Hiermee betalen de vorsten (huur)soldaten en ambtenaren
De vorsten zijn dus niet meer afhankelijk van de adel

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Kaart

Slide 9 - Kaart

'Absolutisme' 
In de 17de eeuw grijpt Lodewijk XIV alle macht in Frankrijk
Wanneer de vorst absolute macht heeft, is dat absolutisme
Lodewijk XIV ziet zichzelf als het middelpunt van alles
Daarom wordt hij ook de Zonnekoning genoemd
  • Hij neemt zelf alle beslissingen
  • Hij stuurt alle ministers en ambtenaren aan
  • Hij is de hoogste rechter

Slide 10 - Tekstslide

Absolutisme in de praktijk
Lodewijk XIV behoudt zijn macht op verschillende manieren
Adel
De adel moet bij de koning in zijn paleis in Versailles komen wonen. Zo kan hij hen goed in de gaten houden. Zij hebben geen bestuurstaken meer.
1
Belasting
Door de economie te laten groeien komt er meer belastinggeld binnen. Hiermee kunnen soldaten, ambtenaren en een luxe leven worden betaald.
2
Droit divin
Lodewijk XIV verspreidt het idee dat hij door God is gekozen om als enige Frankrijk te leiden. Hiervoor moet wel iedereen hetzelfde geloof hebben, dus enkel katholicisme is toegestaan.
3
Staand leger
Lodewijk XIV zorgt voor een permanent (staand) leger. Hiermee voert hij oorlog, maar slaat hij ook opstanden tegen zijn bestuur neer.
4

Slide 11 - Tekstslide

Filmpje

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Pak je schrift
Zoek op internet de Russische vertaling van deze woorden
Anker
Bank
broek
Kombuis
Kanaal
Kapitein
Matroos
Zwabber

Slide 14 - Tekstslide

Absolutisme in Rusland (1)
Tsaar Peter de Grote wil ook zijn macht vergroten
Hij wil ook absolutisme in Rusland
Rusland loopt echter achter op de rest van Europa
Hij gaat dus in de leer bij de andere vorsten

Slide 15 - Tekstslide

Absolutisme in Rusland (2)
In de Republiek leert Peter de Grote alles over scheepsbouw
In Pruisen leert hij alles over het leiden van een leger
Hij voert oorlog om zijn grondgebied uit te breiden
En tot slot bouwt hij een nieuwe stad: Sint-Petersburg

Slide 16 - Tekstslide

Rusland
Tsaar Peter de Grote wil in Rusland ook het absolutisme
Lees bladzijde 88
Maak opdracht 7 (5 minuten)

Slide 17 - Tekstslide

Resumé
Pak je schrift
Schrijf voor jezelf op (of bedenk 4 vragen over) wat we deze les besproken hebben
Wie, Wat, Waarom, Wanneer
timer
2:00

Slide 18 - Tekstslide