Beeldende Begrippen, Licht

 Licht en schaduw
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Art & designMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

 Licht en schaduw

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen, uitleggen en toepassen welke verschillende licht en schaduw werkingen er zijn.  

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plasticiteit
Wordt gesuggereerd op een plat vlak door licht en schaduw (met name door de eigen schaduw, maar ook door slagschaduw en belichte plekken)


Voorbeeld:
De appel op deze afbeelding is niet plastisch, er is geen ruimte gesuggereerd. Het kleurvlak is egaal er is geen licht-donkercontrast.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

schaduwwerking en plasticiteit
Met licht en schaduw wordt ruimtelijkheid; plasticiteit gesuggereerd. 
Door plasticiteit lijkt een vorm op een plat vlak tastbaar.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plasticiteit
Wordt gesuggereerd op een plat vlak door licht en schaduw (met name door de eigen schaduw, maar ook door slagschaduw en belichte plekken)

Voorbeeld:
Deze handen zijn plastisch getekend. 
Rechtsboven zie je de hand plastisch weergegeven en de mouw juist niet ruimtelijk, omdat daar geen eigen schaduw is toegepast.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Meelicht
Als je mee kijkt met de richting van het licht, dan spreek je van meelicht. 
De lichtbron is dus achter je en dat wat je bekijkt heeft dan bijna geen eigen schaduw.


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slagschaduw
Slagschaduw is de schaduw die een object "werpt" op een ondergrond of achtergrond.


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als ergens licht op valt dan krijg je schaduw. Er zijn verschillende soorten schaduw: 

Eigenschaduw: Dit is de schaduw die ontstaat óp het belichte object. Het benadrukt de vorm van dat object en geeft het object plasticiteit. 




 Slagschaduw: De slagschaduw is de schaduw
die een belicht voorwerp werpt op zijn omgeving (dit kan bijvoorbeeld een ander object zijn). Deze schaduw is geen onderdeel van het object maar van zijn omgeving, en benadrukt de ruimte. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zijlicht
Bij zijlicht komt het licht van opzij. Behalve slagschaduw, heb je ook
eigen schaduw. Hierdoor wordt de plasticiteit vergroot.


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tegenlicht of Silhouet
Tegenlicht ontstaat als er een lichtbron bijvoorbeeld de zon of een lamp recht voor de beschouwer( jij ) staat en er een voorwerp tussen jou en de zon of lamp in staat.
Dat voorwerp zie je dan als een silhouet, donker zonder details. 



Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hier zie je een voorbeeld van een?
A
verborgen lichtbron
B
eigen schaduw
C
zichtbare lichtbron
D
slagschaduw

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zijlicht
Eigenschaduw
Slagschaduw

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dit meisje heeft duidelijk een lichte en donkere kant. Dit is:
A
Plasticiteit
B
slagschaduw
C
toonvervaging
D
textuurvervaging

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke soort schaduw zie je hier?
A
eigen schaduw
B
slagschaduw
C
kernschaduw
D
halfschaduw

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Lichtsoorten: Sleep de begrippen naar de afbeelding die van toepassing zijn:
meelicht
kunstlicht
strijklicht
tegenlicht
slagschaduw

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Benoem de schaduwen die je hier ziet.
Waar komt hier het licht vandaan?

Slide 16 - Tekstslide

Leg zo nodig de begrippen 'slagschaduw' en 'eigen schaduw' uit. Vraag dan waar Vincent 'slagschaduw' en waar hij 'eigen schaduw' gebruikte.
  • Bierpullen, 1885
  • De schilder op de weg naar Tarascon, 1888, vernietigd in de Tweede Wereldoorlog


Zijlicht is licht dat van opzij komt. Hierbij zie je de schaduwen heel duidelijk.  De schaduw in de oogkassen en op het voorhoofd van het skelet bijvoorbeeld.
Strijklicht is licht dat langs de dingen 'strijkt'. Hierdoor zie je het oppervlak heel goed.

Slide 17 - Tekstslide

Leg zo nodig de begrippen 'zijlicht' en 'strijklicht' uit. Vraag vervolgens waar Vincent 'zijlicht' en waar hij 'strijklicht' gebruikte. De antwoorden staan in de hotspots.

  • Detail van Kop van een skelet met brandende sigaret, 1886
  • Naaiende vrouw, 1885



Wat is het grootste verschil tussen mee- en tegenlicht?

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies