Control - Break-even les 1

Reader 4: 
Break-evenanalyse 
&
Veiligheidsmarge
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Reader 4: 
Break-evenanalyse 
&
Veiligheidsmarge

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het doel en wat heb je nodig?
Het doel:
- Weten wat break-even is
- De break-evenafzet en break-evenomzet kunnen berekenen en snappen wat het antwoord betekent. 

Benodigdheden:
- Pen en papier
- Rekenmachine


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Break-even
- helpt je om te beslissen of je een product wel of niet moet maken en verkopen

- het is een gelijkspel van omzet en kosten

De begrippen:
- break-even in € = Break-evenomzet (BEO)
- break-even in hoeveelheid = Break-evenafzet (BEA)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Beschrijf in eigen woorden wat omzet is.

Slide 6 - Open vraag

Break-even bij Bol.com
Bol.com is opgericht in 1999.
 
Break-even in 2018!
Dus in 2018: geen winst & geen verlies.
Dus de kosten zijn gelijk aan de omzet.

1999 tot 2018: verlies.
Na 2018 begonnen met winst draaien.

Slide 7 - Tekstslide

Een voorbeeldopgave:
Fuyvis BV produceert en verkoopt zakken borrelnoten. De constante kosten in het jaar 2019 waren €20.000,-. De variabele kosten van één zak borrelnoten was €1,40. De verkoopprijs van één zak borrelnoten lag op €3,-.

Gevraagd:
A. Bereken de break-evenafzet (BEA) van Fuyvis BV.
B. Bereken de break-evenomzet (BEO) van Fuyvis BV.

Slide 8 - Tekstslide

Wat is afzet?

Slide 9 - Open vraag

Wat zijn constante kosten?
Je mag ook een voorbeeld geven.

Slide 10 - Open vraag

Wat is het verschil tussen constante kosten en variabele kosten?

Slide 11 - Open vraag

Een voorbeeldopgave:
Fuyvis BV produceert en verkoopt zakken borrelnoten. De constante kosten in het jaar 2019 waren €20.000,-. De variabele kosten van één zak borrelnoten was €1,40. De verkoopprijs van één zak borrelnoten lag op €3,-.

Gevraagd:
A. Bereken de break-evenafzet (BEA) van Fuyvis BV.

Formule:

Slide 12 - Tekstslide

Een voorbeeldopgave:
Fuyvis BV produceert en verkoopt zakken borrelnoten. De constante kosten in het jaar 2019 waren €20.000,-. De variabele kosten van één zak borrelnoten was €1,40. De verkoopprijs van één zak borrelnoten lag op €3,-.

Gevraagd:
A. Bereken de break-evenafzet (BEA) van Fuyvis BV. (antwoord: 12.500 zakken)
B. Bereken de break-evenomzet (BEO) van Fuyvis BV.
 Normaal gesproken is de formule van de omzet: afzet x verkoopprijs.
In dit geval is het dus BEA x verkoopprijs

Slide 13 - Tekstslide

Een voorbeeldopgave:
Fuyvis BV produceert en verkoopt zakken borrelnoten. De constante kosten in het jaar 2019 waren €20.000,-. De variabele kosten van één zak borrelnoten was €1,40. De verkoopprijs van één zak borrelnoten lag op €3,-.

Gevraagd:
A. Bereken de break-evenafzet (BEA) van Fuyvis BV.    (antwoord: 12.500 zakken)
B. Bereken de break-evenomzet (BEO) van Fuyvis BV. (antwoord: €37.500,-)
 
De conclusie is dus: Fuyvis  moet 12.500 zakken borrelnoten verkopen om geen verlies of winst draaien. Hierbij hebben ze een omzet van €37.500,- 

Slide 14 - Tekstslide

Nu: Zelf maken

Slide 15 - Tekstslide

Een fabrikant produceert 9000 plastic plantenbakken per jaar. De verkoopprijs van een plantenbak is €25. De variabele koten zijn €12,50. De constante kosten van deze plantenbakken zijn €120.000,-.

Bereken de BEA (formule: C / p-v )
en de BEO

Slide 16 - Open vraag

Het antwoord van opgave 1:

Slide 17 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen omzet en winst?

Slide 18 - Open vraag

Extra informatie:

Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk (= volgende week woensdag af!):
Reader 4 - Module 1 
De opgaven in paragraaf 1.3 allemaal maken.

Reader 4 kun je vinden in Teams > Control - basisjaar > Bestanden > Lesmateriaal > Periode 4.

De opgaven maak je even in een eigen schrift of papier. 
Het boekje mag je ook komen ophalen op school. App mij dan even om een dag af te spreken.

Slide 20 - Tekstslide

Wat vonden jullie van deze manier van lesgeven en heb je tips/tops?

Slide 21 - Open vraag