TM L&B les 1

Loopbaan & Burgerschap

Periode 2
Les 1/10
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Loopbaan & Burgerschap

Periode 2
Les 1/10

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik
  • Wat weten we nog van de vorige les?
  • Hoe ver zijn jullie gekomen?
  • Zijn er nog vragen en/of onduidelijkheden?

Slide 2 - Tekstslide

Inhoud vandaag
  • Opening: nieuws + nabespreken
  • Uitgebreide uitleg portfolio-opdracht politieke partij
  • In duo's aan de slag met de opdracht
  • Stand van zaken bespreken
  • Afronden: raadsel + antwoord

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Nabespreken
  • Welke onderwerpen kwamen tijdens het nieuws aan bod?
  • Welke 2 nieuwsitems vind jij het meest interessant? Waarom?

Slide 5 - Tekstslide

Portfolio-opdracht
Je maakt een werkstuk over politiek. Dit werkstuk bestaat uit de volgende onderdelen: 
Voorblad, begrippen, eigen politieke partij en eigen mening

  1. Voorblad
  2. Beschrijving begrippen
  3. Eigen politieke partij
  4. Eigen mening

Slide 6 - Tekstslide

1. Voorblad
  • Naam eigen politieke partij
  • Naam, studentnummer, datum, klas
  • Eventueel illustratie/plaatje

Slide 7 - Tekstslide

2. Beschrijving begrippen
  • Democratie
  • Kiesrecht
  • Regering
  • Coalitie
  • Oppositie
  • Staatssecretaris
  • Parlement
  • Zetels

Slide 8 - Tekstslide

3. Eigen politieke partij
Bedenk in duo's een eigen politieke partij. Kies uit de volgende aandachtsgebieden:
Werkgelegenheid, onderwijs, gezondheidszorg, sport, milieu en veiligheid
  • Bedenk een passende naam
  • Waarom zou deze partij moeten bestaan?
  • Welke standpunten heeft jullie partij?
  • Welke doelen wil jullie partij bereiken?

Slide 9 - Tekstslide

4. Eigen mening
Leg uit waarom de partij die jullie hebben bedacht bij jou past. Denk hierbij aan jouw achtergrond, ideeën, identiteit enz. 

Gebruik minimaal 4 beoordelingswoorden die je ook motiveert/uitlegt. Beoordelingswoorden zijn bijvoorbeeld: goed, saai, interessant, zwak, sterk enz. 

Slide 10 - Tekstslide

Raadsel
Twee vaders en twee zonen gaan uit vissen. Ze vangen ieder één vis en nemen deze mee naar huis. Ze verliezen geen vis, maar toch komen ze maar met 3 vissen thuis. 

Hoe is dit mogelijk?

Slide 11 - Tekstslide

Antwoord
Er zijn maar 3 mensen: een opa, zijn zoon en zijn kleinzoon. 

Slide 12 - Tekstslide