Sondevoeding

Sonde(voeding)
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

Onderdelen in deze les

Sonde(voeding)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
De student :

  • heeft kennis van de indicaties voor het toedienen van sondevoeding
  • heeft kennis verkregen van neusmaagsonde en PEG sonde
  • kan benoemen welke soorten sondevoeding er zijn
  • weet op welke manieren je sondevoeding kan toedienen
  • kent de aandachtspunten bij het geven van sondevoeding
  • kan verpleegkundig rekenen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wanneer krijgt iemand sondevoeding

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Indicaties sondevoeding
  • verbeteren voedingstoestand
  • complicaties ondervoeding voorkomen
  • voedingstoestand tijdens ziekteperiode op peil houden
  • chronische maag/darmaandoening: voeding niet goed verteerd of opgenomen
  • stofwisselingsziekte
  • slikproblemen/kauwproblemen: neurologische aandoening, bewusteloosheid
  • slokdarmaandoening: te nauw/ontsteking
  • obstructie in het spijsverteringskanaal door bijvoorbeeld een tumor
  • zorgvrager die weigert te eten (anorexia nervosa)
  • verminderde eetlust: kanker, chemo
  • slechte lichamelijke conditie: wonden, aansterken voor operatie

Slide 4 - Tekstslide

Neurologische aandoeningen:
multiple sclerose;
ziekte van Parkinson;
traumatisch hersenletsel;
hersentumoren;
meningitis;
ALS (amyotrofische laterale sclerose);
syndroom van Guillain-Barré;
tumoren;
traumaletsels.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Controle juiste ligging
- visuele controle
- bij twijfel of na plaatsing controle met PH-indicator

Slide 8 - Tekstslide

- 5-10 ml lucht met 50 ml spuit (vrijmaken sonde van voeding/water/medicijnen en vrij van maagwand)
- zuig een paar druppels maagsap op
- indicator 1-30 seconden in maagsap
- PH kleiner of gelijk aan 5,5 : waarschijnlijk juiste ligging

Grote spuiten geven minder druk en zuigkracht.
wat is een pegsonde

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

PEG sonde
Percutane Endoscopische Gastrostomie
Onder lokale verdoving wordt een punctie in de buikwand gemaakt: daar wordt de PEG-sonde rechtstreeks in de maag geplaatst.
Start voeding 6-12 uur na plaatsing

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verzorgen PEG eerste 7-10 dagen na plaatsing  (5-7 dagen)
  • PEG-sonde niet losmaken, niet dompelen en niet draaien
  • niet douchen of baden
  • dagelijks het gaasje tussen de huid en de PEG-sonde verschonen; zo voorkom je infecties (evt metalline gaasje)
  • PEG-sonde minimaal vier keer per dag met 20-30 ml water doorspoelen, in ieder geval voor en na het toedienen van voeding of medicijnen.
  • Na 5-7 dagen externe fixatiedisk losser (munt, 2 mm)

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na 10 dagen verzorgen PEG
  • insteekopening dagelijks goed schoonmaken
  • PEG-sonde dagelijks draaien en 1 x per week dompelen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

wat is een mic-key button?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn voordelen van een PEG sonde
en wanneer wordt dit geplaatst?

Slide 17 - Woordweb

Langer dan 4-6 weken sondevoeding
Niet zichtbaar
Minder snel verstopt
Minder complicaties
Comfortabeler

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Andere sondes
PEGJ-sonde = Percutane Endoscopische Gastrostomie met Jejunumextensie
Sonde via de maag in de dunne darm (het jejunum) met een uitgang in de maag en een uitgang in het jejunum

PEJ-sonde = Percutane Endoscopische Jejunostomie
Sonde rechtstreeks in de dunne darm (jejunum).

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is sondevoeding?

  • vloeibare voeding die per sonde direct in maag, duodenum of jejunum wordt toegediend
  • bevat alle voedingsstoffen 
  • bevat vitamines, mineralen en sporenelementen


Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten sondevoeding
Polymere voeding:
  • wordt gegeven bij een goed functionerend maag-darmstelsel 
  • Eiwitten, vetten, koolhydraten

Oligomere en monomere (astronauten) voeding:
  • bestaat uit voorverteerde eiwitten, vetten, koolhydraten

Slide 24 - Tekstslide

Polymere voeding:
bevat stoffen die in het spijsverteringskanaal
afgebroken moeten worden (eiwit,
    vet,  koolhydraten)

monomere voeding = astronautenvoeding
bevat stoffen die deels al verteerd zijn
 (bij malabsorptieklachten)

Meest voorkomende sondevoeding
  • standaard sondevoeding
  • energieverrijkte sondevoeding
  • vezelverrijkte sondevoeding
  • eiwitverrijkte sondevoeding
  • sojasondevoeding
  • geconcentreerde sondevoeding

Slide 25 - Tekstslide

verrijkt met voedingsvezels;
verrijkt met energie;
energieverlaagd;
glutenvrij;
op basis van soja.
kant-en-klare sondevoeding
sondevoeding in poedervorm

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar let je op voor
je de SV toedient?

Slide 27 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Aandachtspunten
  • juiste patiënt
  • juiste sondevoeding
  • controleer de houdbaarheidsdatum
  • na openen datum/tijd noteren
  • let op : zakken 24 uur houdbaar
  • Let op : glazen flessen max. 8 uur

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschillende opties voor toedienen
Intermitterend: bepaalde periode
Continu: via pomp doorlopend
Per portie/bolus: via spuit/trechter meerdere malen per dag

Slide 29 - Tekstslide

Per portie geef je vaak 250-300 ml (maximaal 500 ml).
Toediening via voedingspomp
Toediening via spuit (bolus)

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aandachtspunten 
  • Neem de tijd bij toediening sondevoeding via een spuit
  • Niet meer dan 500 ml per bolus
  • Altijd de sonde doorspoelen met 20-30 ml lauw water
  • Vervang het toedieningssysteem iedere 24 uur
  • Medicatietoediening via sonde
  • Verpleegkundig rekenen nodig bij instellen pomp

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem 2 complicaties van sondevoeding

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Misselijkheid, zuurbranden, buikpijn, diarree of obstipatie, aspiratie, ontstekingen in de mond
Er is te veel of juist te weinig sondevoeding.
De soort sondevoeding is niet geschikt.
De voeding is te koud (altijd op kamertemperatuur!).
Voeding loopt te snel in, inloopsnelheid aanpassen.
Houding kan een rol spelen. Laat de cliënt rechtop zitten en plaats ’s nachts het hoofdeinde hoger dan de rest van het lichaam.

Aspiratie door hoesten, niezen, braken, verschuiven sonde: aanhoudende prikkelhoest en benauwdheid 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veel verschillende merken
Nutricia flow care - E-learning

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een reden om per
pomp toe te dienen?

Slide 35 - Woordweb

Voeding loopt langzaam in waardoor minder kans op misselijkheid en braken
Portie voeding toedienen niet altijd mogelijk. Zeker niet als sonde in darm ligt

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Astrid krijgt 1500 ml sondevoeding per 24 uur. Op hoeveel ml/uur stel je de pomp in?

Slide 38 - Open vraag

62 of 63 ml/uur
Mevrouw krijgt 1 liter sondevoeding per 16 uur. Op hoeveel druppels per minuut laat je de sondevoeding inlopen?
In 1 ml zitten 20 druppels

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mevrouw krijgt 1 liter sondevoeding per 16 uur. Op hoeveel druppels per minuut laat je de sondevoeding inlopen?


In 1 ml zitten 20 druppels

Formule: 
(Aantal ml x 20)/(aantal uur x 60) = aantal druppels per minuut

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mevrouw krijgt 1 liter sondevoeding per 16 uur. Op hoeveel druppels per minuut laat je de sondevoeding inlopen?
In 1 ml zitten 20 druppels
Formule: 
(Aantal ml x 20)/(aantal uur x 60) = aantal druppels per minuut

(1000 mlx20) / (16x60) = 
20.000 druppels/ 960 minuten = 20,83
Afgerond 21 druppels per minuut

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Psycho-sociale aspecten
  • niet gezellig om te eten met een sonde
  • sonde trekt de aandacht van anderen
Let daar op!

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen?
Feedback?

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies