9.1 + 9.2 Omtrek en oppervlakte cirkel

Doelen van deze les:
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Doelen van deze les:

Slide 1 - Tekstslide

De straal is van middelpunt naar cirkel. De straal is de helft van de diameter.
(straal = diameter : 2)
De diameter gaat van cirkel door middelpunt naar cirkel. Is 2x zo groot als de straal.
(diameter = 2 x straal)

Slide 2 - Tekstslide

Wat is groter de straal van een cirkel of de diameter van een cirkel?
A
Straal
B
Diameter

Slide 3 - Quizvraag

De rode lijn is ….
A
de oppervlakte van de cirkel
B
de omtrek van de cirkel
C
de diameter van de cirkel
D
de straal van de cirkel

Slide 4 - Quizvraag

De rode lijn is ….
A
de oppervlakte van de cirkel
B
de omtrek van de cirkel
C
de diameter van de cirkel
D
de straal van de cirkel

Slide 5 - Quizvraag

Van een cirkel is de straal 100 cm.
De diameter is dan ...
A
200 cm
B
50 cm
C
200 cm 2
D
50 cm 2

Slide 6 - Quizvraag

Is de diameter van een cirkel 20 cm,
dan is de straal?
A
40 cm
B
10 cm
C
30 cm
D
15 cm

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

 π
Op je rekenmachine kun je deze
vinden door:
shift en dan EXP, je ziet
dan het π teken

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Diameter cirkel = 2 x straal
Omtrek cirkel = diameter x π
Oppervlakte cirkel = straal x straal x π
Rekenen met cirkels

Slide 13 - Tekstslide

Welk wiskundig symbool is nodig om de omtrek en oppervlakte van cirkels te berekenen?
A
α
B
C
π
D

Slide 14 - Quizvraag

De formule: π x straal²
hoort bij:
A
De omtrek van een cirkel
B
De oppervlakte van een cirkel
C
De oppervlakte van een driehoek
D
De oppervlakte van een rechthoek

Slide 15 - Quizvraag

De formule: π x diameter
hoort bij:
A
De omtrek van een cirkel
B
De oppervlakte van een cirkel
C
De oppervlakte van een driehoek
D
De oppervlakte van een rechthoek

Slide 16 - Quizvraag

Van een cirkel is de diameter 10. Bereken de omtrek A en de oppervlakte O
A
A=31,4 en O=314
B
A=31,4 en O=78,5
C
A=15,7 en O=78,5
D
A=15,7 en O=314

Slide 17 - Quizvraag

Tekst
Omtrek cirkel

Oppervlakte cirkel

diameter
diameter x PI
straal
straal x straal x PI
cirkel

Slide 18 - Sleepvraag

Einde uitleg...
Blijf in Teams!
Hou je camera aan!
En ga actief aan de slag met...
Ga naar planning en maak 

9.1 en 9.2 Omtrek en oppervlakte cirkel
Huiswerk voor de volgende les!!!

Slide 19 - Tekstslide