H3.3 Soms te veel



3.3 Soms te veel
H3 Water
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les



3.3 Soms te veel
H3 Water

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik par 3.2
  • Wat houdt de waterbalans en duurzaam waterbeheer in?
  • Hoe werkt de waterbalans?
  • Waarom is duurzaam waterbeheer belangrijk?
  • Wat is een aquifer, fossiel water, nuttige neerslag, infiltratie?
  • Noem een voorbeeld van vernieuwbaar water en niet-vernieuwbaar water.

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen par 3.3
  • Je weet welke gebieden overstromingsrisico's kennen.
  • Je begrijpt waarom het overstromingsrisico van veel gebieden toeneemt.
  • Je kunt een aantal maatregelen beoordelen om overstromingsrisico's te verkleinen.
  • Je kent de begrippen piekafvoer, tropische orkaan, bodemdaling.

Slide 3 - Tekstslide

Risicogebieden voor overstromingen door de natuur:
  1. Vlakbij rivieren of zeeën
  2. Aan de voet van gebergten.
  3. Bij smeltende gletsjers met piekafvoer.
  4. Waar tropische stormen voorkomen.
Risicogebieden voor overstromingen door de mens:

  1. Bij ontbossing
  2. Bij te veel verstening
  3. Gebied met bodemdaling door oppompen grondwater.

Slide 4 - Tekstslide

Oorzaken toename overstromingen

  1. Minder bomen, meer verstening
  2. Kanalisering
  3. Door bodemdaling
  4. Zeespiegelstijging

Slide 5 - Tekstslide

Maatregelen korte termijn
  1. Dijken, dammen en bufferbassins aanleggen
  2. Het weer in het stromingsgebied in de gaten houden
  3. Drinkwater én voedsel veilig stellen 
  4. Burgers voorlichten en trainen                                       (wat te doen bij een evacuatie?)

Slide 6 - Tekstslide

0

Slide 7 - Video

Maatregelen lange termijn
  1. Ruimte maken voor de rivier: overstromingsvlakte naast rivier maken
  2. Versterkte broeikaseffect verminderen.
  3. Mensen weren in risicogebieden.

Slide 8 - Tekstslide

Hoe noemen we de neerslag die beschikbaar is voor gebruik?
A
Stijgingsregen
B
Neerslagverdeling
C
Nuttige neerslag
D
Piekafvoer

Slide 9 - Quizvraag

Als de piekafvoer hoog is, is er kans op overstromingen.
A
goed
B
fout
C
alleen in het voorjaar
D
alleen in het najaar

Slide 10 - Quizvraag

Als regenwater door de bodem sijpelt, heet dat...
A
condensatie
B
infiltratie
C
sedimentatie
D
irrigatie

Slide 11 - Quizvraag

Welk begrip hoort niet in het rijtje thuis?
A
condensatie
B
infiltratie
C
neerslag
D
regenwater

Slide 12 - Quizvraag

Hoe heet de natste plaats van de wereld (meeste neerslag)?
A
Dubai in Verenigde Arabische Emiraten
B
Haren in NL
C
Vladivostok in Rusland
D
Cherrapunjee in India

Slide 13 - Quizvraag

De overheid stimuleert burgers tot duurzaam gebruik van water. Welke maatregel draagt bij aan duurzaam watergebruik?
A
De tuin betegelen
B
Leidingwater gebruiken om de planten water te geven
C
Opgevangen regenwater gebruiken om planten water te geven
D
Regenwater afvoeren via de riolering

Slide 14 - Quizvraag

In landen rondom de evenaar blijft er minder nuttige neerslag over hoe komt dit?
A
minder regen
B
meer condensatie
C
meer verdamping
D
ze slaan minder op

Slide 15 - Quizvraag

Neerslag ontstaat door dalende of stijgende lucht?

A
Dalende lucht
B
Stijgende lucht

Slide 16 - Quizvraag

Waardoor valt er veel neerslag rond de evenaar en in hooggebergte?
Kies 2 antwoorden.
A
Bij de evenaar komt dat door stijgingsregens.
B
Bij hooggebergte komt dat door stijgings-regens
C
Bij de evenaar komt dat door stuwingsregens.
D
Bij hooggebergte komt dat door stuwings-regens.

Slide 17 - Quizvraag

Wie is de boosdoener?
Mens
Natuur
gebieden met hevige regenval in de zomer en veel smeltwater

bodemdaling

 

rivier- en kustvlaktes

gebieden met tropische orkanen

 

gebieden met stroomopwaarts ontbossing

 

gebieden die verstenen

 

gebieden aan de voet van een gebergte met een rotsige ondergrond

 

Slide 18 - Sleepvraag

Huiswerk
  • Lezen par 3.3
  • Maken par. 3.3 opdr. 1,2,3,4,7

Slide 19 - Tekstslide

Leerdoelen par 3.3
  • Je weet welke gebieden overstromingsrisico's kennen.
  • Je begrijpt waarom het overstromingsrisico van veel gebieden toeneemt.
  • Je kunt een aantal maatregelen beoordelen om overstromingsrisico's te verkleinen.
  • Je kent de begrippen piekafvoer, tropische orkaan, bodemdaling.

Slide 20 - Tekstslide

Doei, Bye, Ciao, Hasta la vista!

Slide 21 - Tekstslide