In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat is de naam van Tijdvak 1?
A
Tijd van Jagers en Verzamelaars
B
De Prehistorie
C
De Oudheid
D
Tijd van Jagers en Boeren
Slide 2 - Quizvraag
Wie was ötzi?
A
Een van de eerste koningen
B
Een farao
C
Een ijsmummie
D
Een keizer
Slide 3 - Quizvraag
Van wie is het masker dat je op de achtergrond ziet?
A
Ramses II
B
Ramses I
C
Cleopatra
D
Toetanchamon
Slide 4 - Quizvraag
Wat is de naam van Tijdvak 2?
A
De oudheid
B
Tijd van Romeinen
C
Tijd van Grieken
D
Tijd van Grieken en Romeinen
Slide 5 - Quizvraag
Waar staat het gebouw dat op de achtergrond te zien is?
A
Sparta
B
Rome
C
Troje
D
Athene
Slide 6 - Quizvraag
Welke taal spreken de Romeinen?
A
Latijn
B
Romeins
C
Grieks
D
Italiaans
Slide 7 - Quizvraag
Wie was de eerste keizer van de Romeinen?
A
Nero
B
Augustus
C
Caesar
D
Brutus
Slide 8 - Quizvraag
In welk jaar werd Jezus van Nazareth geboren? (vul alleen het nummer in)
Slide 9 - Open vraag
Wat zijn Limes?
A
Citrusvruchten
B
Griekse forten
C
Versterkte Romeinse grenzen
D
Germaanse dorpen
Slide 10 - Quizvraag
Wat is een horige?
A
Iemand met een gehoorprobleem
B
Een rijke ridder
C
De baas van een klooster
D
Een boer
Slide 11 - Quizvraag
Waarom kreeg Keizer Karel de naam 'Karel de Grote'?
A
Hij had de Paus geholpen
B
Hij was erg lang
C
Hij was erg klein
D
Dit was de achternaam van zijn vader
Slide 12 - Quizvraag
Wat is de 'Zwarte Dood'?
A
Een bijnaam van de pest
B
Een bijnaam van de tyfus
C
Een bijnaam van de Spaanse Griep
D
Een bijnaam van Covid-19
Slide 13 - Quizvraag
Hoeveel mensen zijn ongeveer gestorven aan de pest?
A
10 miljoen
B
5 miljoen
C
40 miljoen
D
75 miljoen
Slide 14 - Quizvraag
Wat is een voorbeeld van een ambacht?
A
Jager
B
Boer
C
Ridder
D
Bakker
Slide 15 - Quizvraag
Wie heeft/hebben Amerika als eerste ontdekt?
A
Vasco da Gama
B
Columbus
C
De Noormannen
D
Willem Barentsz
Slide 16 - Quizvraag
Hoe lang duurde de Nederlandse Opstand?
A
80 jaar
B
45 jaar
C
75 jaar
D
5 jaar
Slide 17 - Quizvraag
In welke stad is Willem van Oranje vermoord?
A
Leiden
B
Amsterdam
C
Breda
D
Delft
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
Wie is de schilder van dit schilderij?
A
Van Gogh
B
Vermeer
C
Rembrandt
D
Picasso
Slide 20 - Quizvraag
Wat was de oorspronkelijke naam van New York?
A
Nieuw Haarlem
B
Nieuw Amsterdam
C
Nieuw Antwerpen
D
Nieuw Rotterdam
Slide 21 - Quizvraag
Waar handelde de VOC in?
A
Slaven
B
Drugs
C
Specerijen
D
Graan
Slide 22 - Quizvraag
Waar woonde koning Lodewijk XVI van Frankrijk?
A
Marseille
B
Lille
C
Versailles
D
Parijs
Slide 23 - Quizvraag
Op welke dag vieren de Fransen het begin van de Franse Revolutie?
A
14 juli
B
5 december
C
5 mei
D
11 november
Slide 24 - Quizvraag
Wie werd verslagen bij de slag bij Waterloo?
A
Willem I
B
Koning Leopold
C
Napoleon
D
Abba
Slide 25 - Quizvraag
In welk land begon de Industriële Revolutie?
A
Frankrijk
B
Rusland
C
Amerika
D
Engeland
Slide 26 - Quizvraag
Welke slag vond niet plaats tijdens de Eerste Wereldoorlog?
A
Slag bij Ieper
B
Slag om Stalingrad
C
Slag bij Verdun
D
Slag om de Somme
Slide 27 - Quizvraag
In welk jaar begon de Tweede Wereldoorlog in Europa?
A
1940
B
1933
C
1937
D
1939
Slide 28 - Quizvraag
Wie was de eerste man op de maan?
A
Martijn Armstrong
B
Lance Armstrong
C
Louis Armstrong
D
Neil Armstrong
Slide 29 - Quizvraag
Op welke datum vond de aanslag op de 'Twin Towers' plaats?
A
11 september
B
9 november
C
31 februari
D
14 februari
Slide 30 - Quizvraag
En de winnaar is....
Slide 31 - Tekstslide
Slide 32 - Tekstslide
Slide 33 - Tekstslide
Gifgas
Gif- of strijdgassen moesten ervoor zorgen dat de vijand, in paniek, de loopgraven zouden verlaten
De meeste gasaanvallen waren door het gebruik van gasmaskers steeds minder dodelijk voor de soldaten, maar zorgde voor brandwonden, tijdelijke blindheid en angst
Slide 34 - Tekstslide
Tanks
Hoe kom je levend bij de loopgraven van de vijand? Bouw een rijdend stalen harnas om je heen!
Omdat de ontwikkeling ervan zeer geheim was, gebruikten de Britten de term 'tank', van watertank. Zelfs de arbeiders geloofden dat ze mobiele watertanks maakten.
Slide 35 - Tekstslide
Beurskrach en crisis
Zwarte Donderdag 24 oktober 1929: beurskrach
'Miljoenen aandelen zijn in één klap niets meer waard
Bedrijven en banken gaan failliet: grote werkloosheid
Daling van de handel zorgt voor een economische wereldcrisis
Slide 36 - Tekstslide
Duitsland valt Polen aan
1 september 1939
"Vanaf 5:45 uur wordt teruggeschoten!"
Hitler geeft aan dat hij wel móet reageren op een Poolse aanval op een Duits radiostation.
De Duitsers hebben deze aanval in scène gezet.
Slide 37 - Tekstslide
Japanse aanval op Pearl Harbor
7 december 1941
As-mogendheid Japan wil in Azië een machtig land zijn.
Om dit doel te bereiken vallen ze de Amerikaanse marinebasis op Hawaï (Pearl Harbor), volkomen bij verrassing, aan.
Door de verwoeste Amerikaanse vloot, heeft Japan vrij spel in Azië
Slide 38 - Tekstslide
Fidel Castro pleegt
staatsgreep in Cuba
1 januari 1959
Slide 39 - Tekstslide
Waarom?
Reagan wordt herkozen als president van de VS in 1984: hij kan nu iets vriendelijker richting de Sovjet-Unie zijn
Nieuwe leider voor de Sovjet-Unie, Mikhail Gorbatsjov, brengt een ander geluid