Het uitscheidingsstelsel
1 / 36
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
alcohol
vitamines
koolhydraten
zuurstofgas (O2)
koolstofdioxide (CO2)
afvalstof
noodzakelijke stof
Slide 3 - Sleepvraag
Welk orgaan scheidt koolstofdioxide uit?
A
de huid
B
de nieren
C
de longen
D
de darmen
Slide 4 - Quizvraag
Welke organen scheiden resten van voedingsmiddelen uit?
A
de darmen
B
de longen
C
de nieren
D
de huid
Slide 5 - Quizvraag
Welk orgaan herken je?
A
de darmen
B
de nieren
C
de huid
D
de longen
Slide 6 - Quizvraag
Welk orgaan herken je?
A
de darmen
B
de nieren
C
de huid
D
de longen
Slide 7 - Quizvraag
Welk orgaan herken je?
A
de darmen
B
de nieren
C
de huid
D
de longen
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
urine
koolstofdioxide (CO2)
water en zout
waterdamp
voedselresten
de huid
de longen
het darmstelsel
uitscheidings-
stelsel
Slide 11 - Sleepvraag
Wat is het nut van het uitscheidingsstelsel?
A
schadelijke afvalstoffen stoffen verwijderen uit het lichaam
B
voedingsstoffen opnemen in het lichaam
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Welke nummer geeft
het kluwen van
kronkelende buisjes weer?
het kluwen van
kronkelende buisjes weer?
A
nummer 5
B
nummer 12
C
nummer 10
D
nummer 11
Slide 19 - Quizvraag
Welke nummer geeft
de huidporie weer?
de huidporie weer?
A
nummer 5
B
nummer 12
C
nummer 10
D
nummer 11
Slide 20 - Quizvraag
De afvalstoffen uit het lichaam verwijderen
De afvalstoffen, opgelost in water, naar de opperhuid vervoeren.
De afvalstoffen, opgelost in water, opnemen uit het bloed.
de huidporie
het afvoerbuisje
het kluwen van kronkelende buisjes
Slide 21 - Sleepvraag
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Video
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Welke nummer toont
het niermerg?
het niermerg?
A
nummer 3
B
nummer 6
C
nummer 5
D
nummer 7
Slide 29 - Quizvraag
Welke nummer toont
het nierbekken?
het nierbekken?
A
nummer 3
B
nummer 6
C
nummer 5
D
nummer 7
Slide 30 - Quizvraag
Welke nummer toont
de nierader?
de nierader?
A
nummer 3
B
nummer 6
C
nummer 5
D
nummer 7
Slide 31 - Quizvraag
Welke nummer toont
de nierslagader?
de nierslagader?
A
nummer 3
B
nummer 6
C
nummer 5
D
nummer 7
