H 9.4 Tabel en grafiek

Wat gaan we deze les doen?


- Huiswerk nakijken
- Terugblik
- Doelen van deze les
- Theorie
- Huiswerk
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we deze les doen?


- Huiswerk nakijken
- Terugblik
- Doelen van deze les
- Theorie
- Huiswerk

Slide 1 - Tekstslide

Huiswerk nakijken
 

H 9.2 Formules 
opdrachten 
15, 20, 21, 22, 23

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik
- Ik kan rekenen met een woordformule. 
- Ik kan uit een context een woordformule opstellen. 
- Ik kan mbv een context het begingetal in een     
   woordformule veranderen. 
- Ik kan mbv een context het stijggetal in een woordformule 
   veranderen.

Slide 3 - Tekstslide

Doelen van deze les
- Ik ken het begrip begingetal, stijggetal en daalgetal. 
- Ik weet waar het begingetal in een tabel staat. 
- Ik weet waar het begingetal in een grafiek staat.
- Ik ken het begrip stijggetal.
- Ik weet waar het stijggetal in een tabel terug te vinden is. 
- Ik weet waar het stijggetal in een grafiek terug te vinden is. 
- Ik weet waar het daalgetal in een tabel terug te vinden is. 
- Ik weet waar het daalgetal in een grafiek terug te vinden is.

Slide 4 - Tekstslide

Begingetal (blz. 132)

Slide 5 - Tekstslide

Denken - delen - uitwisselen
1. je krijgt een som en rekent deze alleen uit.

2. wanneer de docent dit zegt, ga je je antwoord delen met je buurman of buurvrouw

3. wanneer docent dit zegt ga je het antwoord wat je in je tweetal hebt afgesproken, uitwisselen met de klas.

 









aantal
240









aantal







Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 31 (blz. 133)

a. Wat is het begingetal 
    van de grafiek?
b. Wat betekent dit?

 
 









aantal
240









aantal







timer
1:00

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 31 (blz. 133)

a. Wat is het begingetal 
    van de grafiek? 30 cm
b. Wat betekent dit?
Dat de hoogte van de kaars,
voordat hij wordt aangestoken,
30 cm is.

 
 









aantal
240









aantal







Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 33 (blz. 133)


 
 









aantal
240









aantal







timer
1:00

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 33 (blz. 133)
a. Welk begingetal hoort bij de tabel over de lengte 
    van de kaars? 23 cm
b. Wat betekent dit? Dat de hoogte van de kaars, voordat       hij wordt aangestoken, 30 cm is.

 
 









aantal
240









aantal







Slide 10 - Tekstslide

Stijggetal (blz. 134)

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 36 (blz. 135)
a. Waar gaat de grafiek hiernaast over?
b. Wat is het begingetal van de grafiek?
c. Hoeveel euro komt er per uur bij?
d. Wat is het stijggetal,
dat bij de grafiek hoort?


 
 









aantal
240









aantal







timer
2:00

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 36 (blz. 135)
a. Waar gaat de grafiek hiernaast over? 
    Over de verdiensten van Ralf.
b. Wat is het begingetal van de grafiek? Het begingetal is 5.
c. Hoeveel euro komt er per uur bij? Per uur komt er €3 bij 
d. Wat is het stijggetal, dat bij de grafiek hoort? 
    Stijggetal dat bij de grafiek hoort is 3.


 
 









aantal
240









aantal







Slide 13 - Tekstslide

Daalgetal (blz. 135)

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht 38 (blz. 136)
a. Waar gaat de grafiek hiernaast over?
b. Wat is het begingetal van de grafiek?
c. Hoeveel kilometer gaat er per dag af?
d. Wat is het daalgetal dat 
    bij de grafiek hoort?


 
 









aantal
240









aantal







timer
2:00

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 38 (blz. 136)
a. Waar gaat de grafiek hiernaast over? 
    De afstand tijdens de fietsvierdaagse.
b. Wat is het begingetal van de grafiek? 600 km
c. Hoeveel kilometer gaat er per dag af? 150 km
d. Wat is het daalgetal dat bij de grafiek hoort? 150


 
 









aantal
240









aantal







Slide 16 - Tekstslide

Doelen van deze les
- Ik ken het begrip begingetal, stijggetal en daalgetal. 
- Ik weet waar het begingetal in een tabel staat. 
- Ik weet waar het begingetal in een grafiek staat.
- Ik ken het begrip stijggetal.
- Ik weet waar het stijggetal in een tabel terug te vinden is. 
- Ik weet waar het stijggetal in een grafiek terug te vinden is. 
- Ik weet waar het daalgetal in een tabel terug te vinden is. 
- Ik weet waar het daalgetal in een grafiek terug te vinden is.

Slide 17 - Tekstslide

Huiswerk

H 9.4 
opdrachten 32, 34, 35, 37, 39, 40, 41

Slide 18 - Tekstslide