4V Formuleren: dubbelop en verwijsfouten

Formuleren 4V - les 1
dubbelop en verwijsfouten
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Formuleren 4V - les 1
dubbelop en verwijsfouten

Slide 1 - Tekstslide

Aan het eind van de les...
  • ... ken je vijf vormen van dubbelop: onjuiste herhaling, tautologie, pleonasme, contaminatie en dubbele ontkenning;
  • ... kun je de vijf vormen van dubbelop herkennen, benoemen en verbeteren;
  • ... ken je de regels voor het gebruik van de juiste verwijswoorden;
  • ... kun je verwijswoorden gebruiken die passen bij het antecedent;
  • ... kun je onjuiste en onduidelijke verwijzingen herkennen en verbeteren.



Slide 2 - Tekstslide

Onjuiste herhaling
Een voorzetsel of voornaamwoordelijk bijwoord (zoals hierdoor of waarmee) wordt ten onrechte twee keer gebruikt.

Slide 3 - Tekstslide

Onjuiste herhaling
(1) Op zo'n partij als Partij voor de Dieren zou een overtuigd vleeseter niet op moeten stemmen.
(2) Het invullen van de belastingaangifte is iets waarmee veel mensen moeite mee hebben.

Slide 4 - Tekstslide

Hoe zou je de volgende zin verbeteren?
Het invullen van de belastingaangifte is iets waarmee veel mensen moeite mee hebben.

Slide 5 - Open vraag

Onjuiste herhaling: let op!
(1) De woorden met en mee zijn varianten van hetzelfde voorzetsel.
Vb. Met de huidige maatregelen om de verspreiding van COVID-19 tegen te gaan, heb ik geen moeite mee.
(2) Als twee keer hetzelfde voorzetsel in een zin staat, is dat niet per se fout.
Vb. Tussen de middag moesten we kiezen tussen wraps en groentesoep.

Slide 6 - Tekstslide

Tautologie
Er wordt twee keer hetzelfde gezegd met verschillende woorden van dezelfde woordsoort (synoniemen).

(1) Hoewel we de catalogus reeds weken van tevoren al in huis hadden, konden we geen keuze maken uit het enorme aanbod van artikelen.

Slide 7 - Tekstslide

Hoe zou je de volgende zin verbeteren?
Hoewel we de catalogus reeds weken van tevoren al in huis hadden, konden we geen keuze maken uit het enorme aanbod van artikelen.

Slide 8 - Open vraag

Pleonasme
Een deel van de betekenis van een woord of woordgroep wordt nog eens door een ander woord uitgedrukt. Dat andere woord is meestal van een andere woordsoort.

(1) Bij de tandarts kreeg je vroeger een gratis cadeautje na de halfjaarlijkse controle.

Slide 9 - Tekstslide

Hoe zou je de volgende zin verbeteren?
Bij de tandarts kreeg je vroeger een gratis cadeautje na de halfjaarlijkse controle.

Slide 10 - Open vraag

Contaminatie
Twee woorden of uitdrukkingen worden verward en ten onrechte vermengd.

(1) Het maakt voor mij geen enkel verschil uit of ik veel studeer of weinig: ik haal toch wel voldoendes.
(2) Toen mijn moeder de thee omstootte, moest ik helemaal overnieuw beginnen met mijn tekening.

Slide 11 - Tekstslide

Hoe zou je de volgende zin verbeteren?
Het maakt voor mij geen verschil uit of ik veel studeer of weinig: ik haal toch wel voldoendes.

Slide 12 - Open vraag

Dubbele ontkenning
In zinnen met een werkwoord dat al een ontkennend karakter heeft, zoals verbieden of nalaten, wordt soms ten onrechte een tweede ontkenning, zoals niet of geen, toegevoegd.

(1) De examenkandidaten deden veel moeite om te voorkomen dat er in hun profielwerkstuk geen spelfouten zouden staan.
(2) Minister-president Mark Rutte raadt ons af om in de meivakantie geen reis te boeken.

Slide 13 - Tekstslide

Hoe zou je de volgende zin verbeteren?
Minister-president Mark Rutte raadt ons af om in de meivakantie geen reis te boeken.

Slide 14 - Open vraag

Hoe pak je het aan?
  1. Lees de zin een of twee keer goed door.
  2. Herken je de fout meteen: gefeliciteerd! Benoem de fout en verbeter de zin.
  3. Herken je de fout niet meteen, concentreer je dan eerst op de fouten die het eenvoudigst te herkennen zijn: de dubbele ontkenning en de onjuiste herhaling.

Slide 15 - Tekstslide

Hoe pak je het aan?
- Dubbele ontkenning: kijk naar de werkwoorden in de zin. Heeft een van de werkwoorden een ontkennend karakter en staat er een woord als niet of geen, controleer dan of de betekenis van de zin klopt of niet.
- Onjuiste herhaling: loop de voorzetsels na. Staat er twee keer hetzelfde voorzetsel in de zin, controleer dan of dat klopt of niet.

Slide 16 - Tekstslide

Hoe pak je het aan?
4. Heb je geen dubbele ontkenning of onjuiste herhaling gevonden, ga dan op zoek naar de andere drie vormen van dubbelop: tautologie, pleonasme en contaminatie. Een grote woordenschat helpt hier.

Slide 17 - Tekstslide

Hoe pak je het aan?
4. Heb je geen dubbele ontkenning of onjuiste herhaling gevonden, ga dan op zoek naar de andere drie vormen van dubbelop: tautologie, pleonasme en contaminatie. Een grote woordenschat helpt hier.

Slide 18 - Tekstslide

Tijdens deze coronacrisis lees ik graag boeken over de toekomst van de samenleving, zoals bijvoorbeeld '1984' van George Orwell.
A
Contaminatie
B
Correct
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 19 - Quizvraag

De import van mondkapjes uit het buitenland is de laatste maanden met meer dan 300 procent gestegen.
A
Contaminatie
B
Correct
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 20 - Quizvraag

Die nieuwe sneakers van Nike zijn prachtig, maar ze kosten toch echt veel te duur.
A
Contaminatie
B
Correct
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 21 - Quizvraag

Als overheid zijnde ontkomen we er niet aan om de coronamaatregelen wekelijks te evalueren.
A
Contaminatie
B
Correct
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 22 - Quizvraag

Ik heb toestemming van de directeur van het verzorgingshuis om mijn oma volgende week te mogen bezoeken.
A
Contaminatie
B
Correct
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 23 - Quizvraag

1. Deze trendviewer heeft vroeger vaak rake voorspellingen gedaan, maar kennelijk zat hij er bij het voorspellen van de nieuwste woningtrends klaarblijkelijk behoorlijk naast.
2. Veel ouders verbieden hun studerende kinderen om naast hun studiefinanciëring geen lening af te sluiten bij commerciële banken, want die vragen een veel hogere rente.
3. De voorzitter van de mr stelde als eis dat de directie alle stukken voor de vergadering minimaal één week van tevoren moest aanleveren.
Contaminatie
Dubbele ontkenning
Onjuiste herhaling
Pleonasme
Tautologie

Slide 24 - Sleepvraag

Hoe noteer je de fouten?
1. Deze trendviewer heeft vroeger vaak rake voorspellingen gedaan, maar kennelijk zat hij er bij het voorspellen van de nieuwste woningtrends klaarblijkelijk behoorlijk naast.

Je noteert in je schrift:
1. kennelijk - klaarblijkelijk - tautologie
'kennelijk' of 'klaarblijkelijk' weghalen

Slide 25 - Tekstslide

Hoe noteer je de fouten?
2. Veel ouders verbieden hun studerende kinderen om naast hun studiefinanciëring geen lening af te sluiten bij commerciële banken, want die vragen een veel hogere rente.

Je noteert in je schrift:
2. verbieden + geen - dubbele ontkenning
'geen' weglaten.  'geen' --> 'een'

Slide 26 - Tekstslide

Wat noteer je in je schrift bij de volgende zin?
3. De voorzitter van de mr stelde als eis dat de directie alle stukken voor de vergadering minimaal één week van tevoren moest aanleveren.

Slide 27 - Open vraag

Aan de slag!
  • Maak opdracht 2 (NN, p. 131-132). De eerste drie zinnen hebben we net gezamenlijk gedaan. Maak gebruik van de aanwijzing 'Elke fout komt twee keer voor.'
  • Ik zal je over een aantal minuten vragen om een foto van je schrift te maken.
  • Stel tussendoor vragen als je er niet uitkomt.

Slide 28 - Tekstslide

Maak een foto van je schrift, meer specifiek van de uitwerkingen van opdracht 2 (p. 131-132).

Slide 29 - Open vraag

Opdracht 2 - Antwoorden
4. op + op – onjuiste herhaling
5. voorkomen + niet –  dubbele ontkenning
6. van + van –  onjuiste herhaling
7. stomme sufferd – pleonasme
8. Plotseling + ineens –  tautologie
9. je + bedenken –  contaminatie van ‘bedenken’ en ‘je realiseren’
10. rekenschap houden –  contaminatie van ‘rekening houden’en ‘rekenschap afleggen’

Slide 30 - Tekstslide

Wat vind je nog onduidelijk of lastig?

Slide 31 - Open vraag

Huiswerk
  • Maak opdracht 3 (p. 132)
  • Bekijk zelfstandig het filmpje met de uitleg over de verwijsfouten (staat in Classroom)
  • Maak opdracht 4 t/m 9 (p. 136-137)
  • Lever opdracht 3 t/m 9 in in de Classroom

Slide 32 - Tekstslide