H4 Leerdoel 3 HV1

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Ik kan aflezen waar een grafiek stijgt, daalt of constant is.

Samenstelling van deze les

• Uitleg leerdoel aan de hand van succescriteria
• Voorkennis check
• Slides met theorie, voorbeelden en filmpjes
• Aan de slag
• Check
• Afsluiting

Ik kan aflezen waar een grafiek stijgt, daalt of constant is 

Succescriteria

Ik kan aan een grafiek zien welke grootheid en eenheid erbij hoort. 

Ik weet wat er bedoeld wordt als er een verband is tussen twee grootheden.

Ik kan aan een grafiek zien waar hij stijgt, daalt of constant is.

Ik kan het verband tussen twee grootheden aflezen uit een grafiek.

Voorkennis check

Teken de volgende punten in een assenstelsel: 

A(1,1), B(4,3), C(7,1), D(6,4), E(8,6), F(5,6), G(4,9), H(3,6), I(0,6), J(2,4)

Welk figuur herken je als je de punten met elkaar verbindt?

 

Slides met theorie, voorbeelden en filmpjes.

Een grafiek geeft het verband weer tussen twee grootheden en de daarbij horende eenheden.

Grootheid: Dat wat je kunt meten.  

Eenheid: De maat die hoort bij de gemeten grootheid.

 

Verband: Twee grootheden afhankelijk zijn van elkaar. Als de één veranderd, dan veranderd de andere ook. 

°C

Bijvoorbeeld: Temperatuur en ijsdikte. Als de temperatuur stijgt daalt de ijsdikte. 

Bijvoorbeeld: (temperatuur in)     , (hoogte in) meters of (tijd in) seconden.

Bijvoorbeeld: Temperatuur, hoogte of tijd.

STIJGEND

CONSTANT

DALEND

Stijgend: De grafiek gaat omhoog.

Constant: De grafiek is horizontaal.

Dalend: De grafiek gaat naar beneden. 

Aan de slag

Heb je aantekeningen genoteerd in je schrift?

Maak opgaven: 

Voor extra uitleg/ tips zie de laatste slides van deze gedeelde les.

Controleer je werk kritisch met behulp van de uitwerkingen via magister leermiddelen.

Snap je wat je fout gedaan hebt? Verbeter je fouten met een andere kleur. 

Wie kan je om hulp vragen als je het niet begrijpt?

Let ook op je notatie!

Lever in je nagekeken uitwerkingen van opgaven 16 en 19 via de volgende slides.

Ondersteunend: 16, 17, O18, 019, 19

Doorlopend: 16, 17, 19, 20, 21ab, U4a

Uitdagend: 16, 17, 19, 20, 21, U4

Maak opgave 16

Upload een foto van je uitwerkingen hieronder. Let op je notatie!

Ik kan aan een grafiek zien welke grootheid en eenheid erbij hoort. 

 

Maak opgave 19

Upload een foto van je uitwerkingen hieronder. Let op je notatie!

Ik kan het verband tussen twee grootheden aflezen uit een grafiek.

Leerdoel 3

Ik kan aflezen waar een grafiek stijgt, daalt of constant is

1. onvoldoende
2. voldoende
3. goed
4. uitmuntend

Fijn dat je de hele les hebt doorlopen!

Check

Aantekeningen voor jezelf gemaakt bij dit leerdoel?

Alle opgaven nagekeken?

Alle slides doorgelopen en foto's ingeleverd? 

Succes met het volgende leerdoel.