Gustar

Hola, Buenos días
Hoy es: lunes
martes
miércoles
jueves
viernes
sábado
domingo
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hola, Buenos días
Hoy es: lunes
martes
miércoles
jueves
viernes
sábado
domingo

Slide 1 - Tekstslide

Bijvoeglijke naamwoorden

Slide 2 - Woordweb

Welke bijvoeglijke naamwoorden passen zich mannelijk/vrouwelijk/enkelvoud/meervoud aan naar het zelfstandig naamwoord?
De bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op een -O.
Bijvoorbeeld: guapo - feo - gordo - pequeño etc.

Slide 3 - Open vraag

Welke bijvoeglijke naamwoorden passen zich alleen enkelvoud/meervoud aan naar het zelfstandig naamwoord?
De bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op een -E ÓF medeklinker.
Bijvoorbeeld: amable - verde - azul - gris - etc.

Slide 4 - Open vraag

Welke bijvoeglijke naamwoorden passen zich NOOIT aan naar het zelfstandig naamwoord?
De die eindigen op een -A.
Bijvoorbeeld: naranja - violeta - rosa - lila

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Video

Gustar = leuk/lekker vinden, houden van
  + gusta ÓF gustan

me
te
le
nos
os
les

Slide 7 - Tekstslide

Enkelvoud
Meervoud
me
te
le
nos
os
les
gusta
me
te
le
nos
os
les
gustan
gusta: + zn enkelvoud ÓF een heel ww
gustan: + zn meervoud ÓF meerdere zn ev

Slide 8 - Tekstslide

ejemplos:
Me gusta el color.                           Me gustan los colores.
¿Te gusta la canción?                   ¿Te gustan las canciones?
Le gusta comer.                              Le gustan las fiestas.
Nos gusta el español.                  Nos gustan el español y el inglés.
¿Os gusta el móvil?                       ¿Os gustan los móviles?
No les gusta el fútbol.                 No les gustan los deportes.

Slide 9 - Tekstslide

Vul in:
Me ... el color rojo.


timer
0:15
A
gustan
B
gusta
C
gusto
D
gustas

Slide 10 - Quizvraag

Vul in:
¿Te ... el español?
timer
0:15
A
gusta
B
gustas
C
gustan
D
gustar

Slide 11 - Quizvraag

Vul in:
Me ... comer una pizza.
timer
0:15
A
gustan
B
gusta
C
gusto
D
gustar

Slide 12 - Quizvraag

Vul in:
Nos .... los coches rápidos.

timer
0:15
A
gustar
B
gustamos
C
gustan
D
gusta

Slide 13 - Quizvraag

Vul in:
Juan.........................gusta cantar.


timer
0:15
A
me
B
le
C
les
D
nos

Slide 14 - Quizvraag

Vul in:
(hij vindt leuk) .... esuchar música.
timer
0:15
A
él gusta
B
le gusta
C
le gustan
D
les gustan

Slide 15 - Quizvraag

Vul in:
(jij) ... el deporte.
timer
0:15
A
te gustas
B
te gusta
C
te gustan
D
te gusto

Slide 16 - Quizvraag

Wij houden van dansen.
timer
0:15
A
Nos gustan bailar
B
Nos gustar bailar
C
Gustamos bailar
D
nos gusta bailar

Slide 17 - Quizvraag

¡Trabajar juntos!
*  Vul de juiste vorm in van gustar + wie iets leuk vindt: 
1.  (ik) ________________________ las hamburguesas.
2. (Paco en José) _______________________ jugar al fútbol. 
3. (hij) _________________________ los gatos. 
4. (María en ik) _______________________el teatro. 
5. ¿(jullie) _______________________leer?

Slide 18 - Tekstslide

Hoe goed begrijp je de stof tot nu toe?
A
Heel goed
B
Redelijk
C
Ik vind het lastig
D
Geen idee waar het over gaat

Slide 19 - Quizvraag

Deberes           Huiswerk

Slide 20 - Tekstslide