- Goedemiddag mevrouw Fatma.
- Dag meneer José! Hoe gaat het met u?
- Ik wil een vegetarische soep maken. Welke ingrediënten heb ik hiervoor nodig?
- U heeft 4 soorten biologische groenten nodig.
- Bedankt. Ik wens 1 kilo biologische wortelen. Hoeveel kilo aardappelen koop ik?
- U koopt best een halve kilo aardappelen
- Hoe lang kook ik de soep?
- U kookt de soep best twee uur. De smaak zal dan perfect zijn!
- Bedankt voor de tip!
- Wie komt er eten?
- Mijn broers en zussen!