Komma's

Startopdracht
Maak de startopdracht.
timer
10:00
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Startopdracht
Maak de startopdracht.
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
  • Startopdracht nabespreken                                                 5 min
  • Uitleg komma's                                                                         15 min
  • Maken opdracht 1 & 2                                                             10 min
  • Nabespreken                                                                               5 min
  • Maken opdracht 2 & 3                                                             10 min
  • Nabespreken                                                                                5 min
  • Schoolwerk & afsluiten                                                           5 min
  • Beterspellen                                                                                10 min

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
Na de les kan ik komma's op de juiste manier gebruiken.

Slide 3 - Tekstslide

Wat heb je nodig?
  • Wisbordje
  • Pen
  • NL boek
  • Schrift

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

KOMMA

- Maakt een zin overzichtelijker

- Staat op de plaats waar je bij hardop lezen even een rust neemt



Slide 6 - Tekstslide

KOMMA 

- Tussen de delen van een opsomming


Ik hou van verschillende smaken ijs: chocolade, vanille, bosvruchten en cookie&caramel.



Slide 7 - Tekstslide

KOMMA

- Tussen twee persoonsvormen


Als je fietsband lek is, moet je ervoor zorgen dat het gemaakt wordt.



Samengestelde zin
Van twee zinnen is één zin gemaakt. Een zin heeft dan twee persoonsvormen (dit leer je in leerjaar 2).

Slide 8 - Tekstslide

KOMMA
 Na een naam, aanhef of uitroep aan het begin van de zin, schrijf je een komma.
  • Meneer De Vries, u bent aan de beurt.

Na een naam, aanhef of uitroep aan het einde van de zin, schrijf je een komma.
  • Let jij ook op, Huib?
  • We zijn te laat, helaas.

Slide 9 - Tekstslide

KOMMA

  • Voor verbindingswoorden zoals maar, nadat, omdat, terwijl,  want
  • Voorbeelden: 
  • Ik heb honger, maar ik mag pas eten in de pauze.
  • Jij gaat niet naar school, omdat je ruzie hebt met een docent. 

Slide 10 - Tekstslide

Komma
Voor 'en' en 'of' zet je meestal geen komma.

Ik hou van pasta, rijst en aardappelen.
Wil je thee of koffie?



Slide 11 - Tekstslide

Pak je wisbordje!

Slide 12 - Tekstslide

komma
A
B
C
%
D
*

Slide 13 - Quizvraag

Een komma is een leesteken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Komma
Waar staat de komma op de goede plaats?
A
Ik ga naar de dierentuin met jurre Joes en Mitch.
B
Doei papa, mama ,en lotje.
C
Met vriendelijke groet, Awa en Arthur
D
ik ga naar de stad omdat, ik nog iets moet halen

Slide 15 - Quizvraag

Voor want en omdat zet je een komma.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

komma
A
Toen ze thuis kwam, zag ze dat de lamp al brandde.
B
Toen ze thuis kwam zag ze dat de lamp al brandde.

Slide 17 - Quizvraag

komma
A
Ik hou van chocolade, dropjes, spekjes en koekjes.
B
Ik hou van chocolade dropjes spekjes en koekjes.
C
Ik hou van chocolade , dropjes, spekjes, en koekjes.
D
Ik hou van chocolade , dropjes spekjes en koekjes.

Slide 18 - Quizvraag

Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.

mieke heeft veel dieren kippen schapen en honden

Slide 19 - Open vraag

Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.

ik blijf vandaag thuis omdat ik schoolziek ben

Slide 20 - Open vraag

Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.
eva ging naar de supermarkt maar vergat haar boodschappenlijstje

Slide 21 - Open vraag

Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.
peter en inge houden van lezen maar ze hebben nooit genoeg tijd

Slide 22 - Open vraag

Opdracht 1 & 2 maken (blz. 230)
In stilte! Heb je een vraag? Steek je vinger op.
timer
10:00

Slide 23 - Tekstslide

Opdracht 1 & 2 nabespreken

Slide 24 - Tekstslide

Opdracht 2 & 3 maken 
In stilte! Heb je een vraag? Steek je vinger op.
timer
10:00

Slide 25 - Tekstslide

Opdracht 2 & 3 nabespreken

Slide 26 - Tekstslide

Schoolwerk
Maken: opdracht 5 (blz. 231)
Leren: theorie (blz. 230)

Slide 27 - Tekstslide

Lesdoel
Na de les kan ik komma's op de juiste manier gebruiken.

Slide 28 - Tekstslide

Beterspellen 2A

Slide 29 - Tekstslide

Beterspellen 2B

Slide 30 - Tekstslide

Beterspellen 2C

Slide 31 - Tekstslide

Beterspellen 2D

Slide 32 - Tekstslide