G2a Grieks: de anti-meivakantiewegzakherhaling

G2a Grieks


De anti-meivakantiewegzakherhaling
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

G2a Grieks


De anti-meivakantiewegzakherhaling

Slide 1 - Tekstslide

Programma deze les
  • Woordjes les 7 leren
  • T7B bespreken
  • De anti-meivakantiewegzakherhaling
  • PPT autos herhalen + bespreken opdracht laatste slide
  • Korte LU check
  • Bezig met GR en Inhoud T7B

Slide 2 - Tekstslide


Het Griekse lidwoord
In tegenstelling tot het Latijn, heeft het Grieks een lidwoord. Dat betekent dus extra rijtjes voor jullie (hebben jullie even mazzel! ;-) )
Tijdens het vertalen moet je in je vertaling laten zien of er in het Grieks wel of geen lidwoord staat.

Slide 3 - Tekstslide

Wat bepaalt het geslacht van het Griekse zelfstandige naamwoord?
A
De betekenis
B
De uitgang
C
Het lidwoord
D
Iene, miene, mutte...

Slide 4 - Quizvraag

Vertaal ὁ δοῦλος

Slide 5 - Open vraag

Vertaal δοῦλος

Slide 6 - Open vraag

Vertaal ὁ Διόνυσος

Slide 7 - Open vraag

mnl
vrl
onz
φοβερός 
μάκρα
τὸ πλοῖον
ταῖς θεοῖς 
δεινόν
τά τέκνα
τῇ ἐλευθερίᾳ 
τοὺς δούλους

Slide 8 - Sleepvraag

Noem een kernmerk
van het onzijdige rijtje

Slide 9 - Woordweb

Het Griekse zelfstandig naamwoord
Net als het Latijn gebruikt het Grieks naamvallen om de functie van een woord in een zin aan te duiden.
Het Grieks heeft echter een naamval minder. 

Slide 10 - Tekstslide

Hoeveel naamvallen heeft het Grieks?
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 11 - Quizvraag

Welke naamval bestaat er NIET in het Grieks?
A
Genitivus
B
Dativus
C
Accusativus
D
Ablativus

Slide 12 - Quizvraag

Op welke manieren
kun je een dativus vertalen?

Slide 13 - Woordweb

Welke functie kan de nominativus nog meer hebben naast het onderwerp?

Slide 14 - Open vraag

Verzin een zin met
een naamwoordelijk gezegde

Slide 15 - Woordweb

Nom
Gen
Dat
Acc
μεγάλου
τῶν θυρῶν
ἡ ἡμερα
οἱ ἀνθρωποι
τοῖς δοῦλοις
πολλῳ
καλας
τους χρονους

Slide 16 - Sleepvraag

Congruentie

Slide 17 - Tekstslide

Waarmee congrueert τῇ θαλαττᾳ?
A
ἀλλα
B
ἀλλη
C
ἀλλᾳ
D
ἀλλῃ

Slide 18 - Quizvraag

Waarmee congrueert αἱ Ἀθῆναι?
A
μεγαλαι
B
μεγαληι
C
μεγαλας
D
μεγαλα

Slide 19 - Quizvraag

Waarmee congrueert τόν δεσποτήν?
A
κακος
B
κακην
C
κακον
D
κακη

Slide 20 - Quizvraag

Waarmee congrueert τοῦ θηριου?
A
πολλος
B
πολλόν
C
πολλοῦ
D
πολλύ

Slide 21 - Quizvraag

Waarmee congrueert ταις νῆσοις?
A
φιλοις
B
φιλαις
C
φιλους
D
φιλας

Slide 22 - Quizvraag

Het Griekse werkwoord

Slide 23 - Tekstslide

Wordt het ww verbogen volgens λύω of volgens ποιέω?
λύω
ποιέω
καθεύδω
γαμέω
δακρύετε
καλοῦμεν

Slide 24 - Sleepvraag

Geef persoon + getal OF imper + getal OF inf van μενεῖς

Slide 25 - Open vraag

Geef persoon + getal OF imper + getal OF inf van φεύγουσιν

Slide 26 - Open vraag

Geef persoon + getal OF imper + getal OF inf van οἰκεῖν

Slide 27 - Open vraag

Geef persoon + getal OF imper + getal OF inf van ποίει

Slide 28 - Open vraag

Vertaal δακρύομεν

Slide 29 - Open vraag

Vertaal ἀκούω

Slide 30 - Open vraag

Vertaal ἐκβαινετε (2x)

Slide 31 - Open vraag

1e ev
2e ev
3e ev
1e mv
2e mv
3e mv
κρατοῦσιν
λύετε
ἐκβαινεις 
γαμεῖ
σῴζομεν
δακρύω
εἰμί
εἶ
ἐστί(ν)
ἐσμέν
ἐστέ
εἰσί(ν)

Slide 32 - Sleepvraag

Aan de slag!
Maak het volgende:
  • GR T7B
  • Inhoud T7B

Slide 33 - Tekstslide