Thema 1, les 1 - je brein: een supercomputer

Thema 1, les 1
Je brein: een supercomputer?
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
StudielessenMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Thema 1, les 1
Je brein: een supercomputer?

Slide 1 - Tekstslide

Doel van de les
De leerlingen:
  • doen een activiteit om hun concentratie en geheugen te oefenen. 
  • hebben een idee van de waarde van hersenonderzoek voor leren. 
  • weten globaal hoe de hersenen informatie doorgeven.
  • begrijpen dat leren betekent dat verbindingen ontstaan tussen neuronen. 
  • kunnen informatie over hersenen en leren toepassen in een puzzel. 

Slide 2 - Tekstslide

Breintraining
Klassikaal lezen blz. 7

Opdracht:
  1. klas verdelen in vier groepen, iedere groep zit in een kring.
  2. Lees onderstaande zin, je buurman/vrouw voegt steeds een woord toe aan de zin. 

Ik ga met de fiets/bus/metro/trein naar school.
timer
5:00

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Hoe werkt je brein?

  1. Klassikaal lezen blz. 8-9
  2. Maken 'breinbreker' blz. 10-11 

Slide 5 - Tekstslide

Oplossing puzzel
  1. neuron
  2. miljard
  3. berichten
  4. elektrische
  5. ontwikkelen
  6. verbindingen
  7. meer
  8. aandacht
  9. keuzes
  10. snoeien

Slide 6 - Tekstslide

Goed of fout?
Je hersenen zijn even snel als een computer.
A
Goed
B
Fout

Slide 7 - Quizvraag

Kies het meest passende antwoord.
Wat heb je er aan om te weten hoe je hersenen werken?
A
Je weet hoe je brein eruit ziet.
B
Je weet hoe je je brein moet trainen.
C
Je weet hoe je brein informatie opneemt en onthoudt.
D
Je hebt er niks aan.

Slide 8 - Quizvraag

Hoeveel kilo wegen je hersenen?
A
0.5 kilo
B
1 kilo
C
1.5 kilo
D
2 kilo

Slide 9 - Quizvraag

Welke twee antwoorden zijn juist?
Een ander woord voor neuronen is?
A
lichaamscellen
B
zenuwcellen
C
hoofdcellen
D
Hersencellen

Slide 10 - Quizvraag

Vul het juiste woord in op de puntjes.
Een neuron kan berichten in het lichaam .....
A
ontvangen
B
doorgeven
C
ontvangen en doorgeven

Slide 11 - Quizvraag

Wat vonden jullie van deze les breingeheimen?

Slide 12 - Woordweb