Thema 7 Bs 4 De iris en de ooglens

Basisstof 4: de iris en de ooglens.
Pak je handboek op blz. 60.

In deze basisstof gaan we leren wat de pupilreflex is en hoe je scherp kunt zien.
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Basisstof 4: de iris en de ooglens.
Pak je handboek op blz. 60.

In deze basisstof gaan we leren wat de pupilreflex is en hoe je scherp kunt zien.

Slide 1 - Tekstslide

Waaruit bestaat het vaatvlies?
A
uit een doorzichtige vloeistof
B
uit bloedvaten
C
uit lenzen
D
uit traanvocht

Slide 2 - Quizvraag

op deze plek zit geen netvlies, omdat je oogzenuw daar aan je oog vast zit
A
gele vlek
B
blinde vlek
C
netvlies

Slide 3 - Quizvraag

In je oog gaat het licht achtereenvolgens door:
A
Pupil - hoornvlies - lens - glasachtig lichaam - netvlies
B
Hoornvlies - lens - pupil - glasachtig lichaam - netvlies
C
Hoornvlies - pupil - lens - glasachtig lichaam - netvlies
D
Hoornvlies - pupil - lens - netvlies - glasachtig lichaam

Slide 4 - Quizvraag

De pupilreflex
Proefje voor thuis.
1. Ga voor een spiegel staan.
2. Dim het licht (of houdt een hand voor je oog)
3. Kijk wat er gebeurt met je pupillen.
4. Zet het licht weer aan. (of haal de hand weg voor je oog)
5. Kijk opnieuw wat er met je pupillen gebeurt.

Slide 5 - Tekstslide

Pupilreflex
Als het klopt heb je het bovenstaande zien gebeuren. Dit is een reflex van je lichaam om je ogen tegen te fel licht te beschremen.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Spieren in de iris
Kringspieren: trekken samen en duwen dan de pupil dicht.

Straalsgewijs lopende spieren: trekken samen en trekken de pupil open.

Slide 8 - Tekstslide

pupilreflex 

Slide 9 - Tekstslide

Sleep de omschrijvingen naar het juiste vak.
Pupil is klein
Pupil is groot
Kringspieren samengetrokken
Kringspieren zijn ontspannen
Straalsgewijsl lopende spieren ontspannen.
Straalsgewijs lopende 
spieren samengetrokken.
Fel licht
Zwak licht

Slide 10 - Sleepvraag

Scherp zien
Proefje voor thuis.
1. Houd 1 vinger op ongeveer 25 cm afstand van je ogen.
2. Kijk vervolgens scherp naar een voorwerp in de verte. 
3. Kijk nu weer scherp naar je vinger.

Kon je het voorwerp in de verte en je vinger tegelijkertijd scherp zien?

Slide 11 - Tekstslide

Als je naar een voorwerp kijkt, vormt op je netvlies een beeld. 
Op je netvlies staat het omgekeerd en verkleind.
De grote hersenen verwerken  deze impulsen en zetten alles weer recht en in de juiste grootte.

Slide 12 - Tekstslide

Scherp zien, dichtbij en verraf.
Rondom de lens bevindt zich het straalvormig lichaam.
Hierin liggen kringspieren.
De lens is bevestigt met lensbandjes.

Scherp zicht komt door het bollen en uitrekken van de lens = Accomoderen.







Slide 13 - Tekstslide

Verraf scherp zien
Kringspieren ontspannen.
Lens uitgerekt. 
Lensbandjes strak.
Rusttoestand.

                                  
                   

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Dichtbij scherp zien
Kringspieren samengetrokken.
Lens boller.
        Lensbandjes ontspannen.
Geaccomodeerd.


Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Waarom krijg je vermoeide ogen als je lang naar een voorwerp dichtbij kijkt? (bv een boek lezen)

Slide 18 - Open vraag

De lens van het oog kan van vorm veranderen (accomoderen).
Marieke kijkt naar een kaars in de verte, welke "vorm" hebben haar lensbandjes en haar lens?
A
lensbandjes: strak lens: bol
B
lensbandjes: strak lens: plat
C
lensbandjes: slap lens: plat
D
lensbandjes: slap lens: bol

Slide 19 - Quizvraag

Bij oudere mensen worden de lenzen minder elastisch. Hierdoor wordt het accommoderen moeilijker. Wat gaat bij hen moeilijker?
A
Scherp zien dichtbij.
B
Scherp zien verraf.

Slide 20 - Quizvraag

Huiswerk 
Maak opdracht 18, 19 en 22

Slide 21 - Tekstslide

Open de website op de volgende slide, en klik door naar 'ontdek hoe we zien' en 'de lens stelt scherp'.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Link

Slide 24 - Link